12 April 1935 107.
lichting in de buitenwijken docr verkorting van den brand-
tijd. Vooral bij volle maan kan de verlichting beperkt wor
den, terwijl gedurende de maanden Juni, Juli en Augustus de
bebouwde kom wel alleen verlicht kan worden.
De Voorzitter zegt toe dat B. en W. zullen nagaan of de
branduren voor bepaalde gedeelten der gemeente verminderd
kunnen worden en of zulks volgens de met de P.U.E.M. gesloten
overeenkomst ten voordeele der gemeente zou zijn.
54.WEGEN. (1e afd. no.3945).
Voorstel om in principe te besluiten tot afdoende verbe
tering van eenige wegen met toepassing der Aanlegbelasting.
Burgemeester en Wethouders meenen dat in de allereerste
plaats voor afdoende verbetering in aanmerking komen de navol
gende wegen: Verlengde Postweg, Braamweg, Duinweg, Verlengde
Kolonieweg en Postweg. Zij verzoeken hieromtrent een princi-
pieele uitspraak en voorts een beslissing omtrent het percen
tage, hetwelk van de totaal-aanlegkosten zal worden afgetrok
ken teneinde vast te stellen het aanlegkapitaalhetwelk bin
nen een termijn van 20 jaren uit de opbrengst der Aanlegbe
lasting zal moeten worden gedekt. B. en W. stellen voor in
principe te besluiten het percentage, bedoeld in art.6, eerst
lid der desbetreffende verordening voor deze wegen te bepalen
op 25 zoodat 75 der totaal-kosten voor heffing in aan
merking zal worden gebracht.
De heer Mulder kan zich niet vereenigen met het door B.
en W. voorgestelde percentage, daar hij de plannen tot deze
wegverbeteringen niet weet, en een kostenberekening ontbreekt
De Voorzitter zegt dat de gemeente voor 25 i° belang
heeft bij deze wegverbetering. De overige 75 1° der kosten
dienen voor heffing der belasting in aanmerking te worden ge
bracht
De heer Mulder wil bij de kostenberekening het percenta
ge van heffing vaststellen. Spreker betoogt dat men er aan
moet denken, dat de betrokkenen bij heffing der belasting
volgens de verordening recht hebben op aansluiting aan de
rioleering voor den afvoer van faecaliën.
De Voorzitter zegt dat het de bedoeling is een afdoende
verharding aan te brengen. Het is nog niet bekend of een rio
leering zal worden aangelegd. Voor afvoer van faecaliën zal
echter in geen geval rioleering worden aangelegd. De gemeen
te is volgens de verordening daartoe ook niet verplicht. De
gemeente behoeft de wegen niet ineens te verharden en te rio-
leeren; de rioleering kan ook later tot stand gebracht worden
en daarvoor kan dan volgens de verordening een afzonderlijke
heffing plaats hebben. Het gaat nu om de vraag in hoeverre
of de perceelen gebaat zijn met een wegverbetering.
Nadat de heer Mulder heeft gezegd dat hij zich niet ge
heel met de uiteenzetting van den Voorzitter kan vereenigen,
daar naar zijne meening de verordening anders te lezen is,
wordt het voorstel van B. en W. zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
55.UITBREIDINGSPLAN. (1e afd. no.20).
Adres van G.van Egdom en J.van Raaij, verzoekende wij
ziging van een zijerfafscheidingsafstand
Adressanten, koopers van een gedeelte groot ongeveer
1280 M2 van het aan den Galle nkamppelsweg gelegen perceel,
kadastraal bekend in Sectie C.no.1231 verzoeken den afstand
van