- 1>5. een groenteboer, een oude jongejuffrouw, een werkend en een rus tend landbouwer. Is dat een toon, welke past in een publicatie? Staan de heeren, die verbonden zijn aan "de Soester" zooveel hoo- ger? Doorloopend wordt in het blad geïnsinueerd. Zoo krijgt de heer Endendijk een veeg uit de pan omtrent de aanschaffing van de beplanting, welke aangelegenheid destijds al in den Raad is behandeld en naar genoegen is geregeld. Verder insinueert meh over aankoop van stoelen. Spreker zegt dat het natuurbad de stoe len heeft gekregen die het had moeten krijgen tegen een lagen prijs. Zij zijn betaald, en dat ze goedkoop waren, is in het voordeel der gemeente geweest. De door enkele particulieren aan gekochte stoelen zijn betaald en dit is een kwestie, waar de ge meente buiten staat. Spreker weet niet wie de schrijver der arti kelen is of wat hij is, maar te oordeelen naar het product dat hij geleverd heeft, is dit product een product van eigenwaan, inderdaad staat de schrijver geenszins hooger dan de personen, die volgens hem de paskwillige Commissie vormen. Het wil Spreker voorkomen dat het niet getuigt van hooge geestesgesteldheid in dien laag wordt neergekeken op menschen van misschien lageren maatschappelijken rang of klasse, hoewel Spreker dit - te oordee len naar de personen, die de entourage van "de Soester" vormen, - niet zou willen bevestigen. Gelukkig, dat niet ieder de Commissie van voorbereiding een paskwil vindt. De heer Gasille n.1. bracht in de raadsvergadering van 10 nov.1922 een woord van hulde voor hetgeen door de Commissie van particulieren, en daarna door de Raadscommissie is verricht. De heer Gasille zei dat het begin der Commissie moeilijk geweest zal zijn, doch dat zij als resul taat van haar werk een mooi project heeft aangeboden, waarvoor de heer Gasille hulde bracht, terwijl deze voorts nog zei dat het natuurbad voorzeker een veraangenaming zal zijn van het ver blijf in deze gemeente en de vestiging in de gemeente daardoor ook zal toenemen. De heer Gasille, die een woord van dank richtte tot de Commissie voor haar werkzaamheid, zei nog dat het bad on getwijfeld een natuurmonument zal worden. Spreker zegt voorts dat als men hulde brengt aan een Commissie, men niet laag op die Commissie neerziet. Men noemt die Commissie niet een paskwil en laat nog minder deze passage door in een artikel, dat men ter be oordeeling ontvangt om dat in een courant te plaatsen, tenzij men, hoewel verbonden aan het blad, hierover niets te zeggen heeft, of het kan verkeeren, zooals van Brederode zei. Vervolgens zegt Spreker dat de bevuiling van het water, zooals deze in het blad is weergegeven, onjuist is. Spreker zegt dat het Gemeente bestuur reeds een onderzoek heeft ingesteld naar de juistheid van die berichten. Tot ons genoegen kunnen wij U echter mededee- len, dat uit de rapporten van de deskundigen, welke officieel met het onderzoek van het badwater waren belast, is gebleken, dat het water aan alle eischen van eersteklas badwater voldeed. Deze rapporten zijn regelmatig aan den ingang van het bad gepu bliceerd. Nooit is er ook maar de geringste aanmerking gemaakt. F3?;® wel het geval geweest, dan zouden B.en W. niet geschroomd hebben ten koste van alles die stappen te doen, welke in het be lang der hygiëne en volksgezondheid zouden zijn. Uit het door ons ingestelde onderzoek is komen vast te staan, dat ook door het Centraal Laboratorium voor de Volksgezondheid watermonsters zijn genomen, welke zonder uitzondering gunstig waren. Mochten door anderen watermonsters zijn genomen, met het vooropgezette doel een hetze-campagne tegen het bad te ondernemen, dan is het geens zins buitengesloten, dat het monster, vóór dat het werd opgezon den

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1935 | | pagina 270