28 Juni 1935158— bij de behandeling der begrooting is het plan ter sprake ge bracht en de Wethouder heeft toen beloofd, dat het spoedig in behandeling gebracht zou worden. Waar van het Departement een bevredigend antwoord is ontvangen, begrijpt Spreker niet waar om nu niet wordt nagegaan of zijn plan aanvaardbaar is. Spre ker, die hier straks van het podium verdwijnt, dringt op spoe dige behandeling aan daar hij anders genoodzaakt zal zijn zich tot het betrokken Departement te wenden, met verzoek deze aan gelegenheid in behandeling te nemen. De Voorzitter zegt dat het plan van den heer Mulder zeer serieus wordt behandeld en nog steeds een punt van bespreking uitmaakt in de betrokken Commissie. De heer Mulder kan er ver zekerd van zijn dat Spreker de verdere behandeling van het plan op zich zal nemen. De heer Mulder neemt kennis van deze mededeeling. EONDVRAAG. De heer de Bruijn zegt dat de wegen op 't Hart aandacht vragen. Naar Sprekers inzicht dienen ze opnieuw met teer bewerkt te worden. Spreker adviseert den Wethouder om deze zaak onder oogen te zien. Wethouder van Klooster zegt dat hij deze zaak reeds heeft besproken met den Directeur van Gemeentewerken, die zich te de zer zake in verbinding zal stellen met den betrokken aannemer. De heer Gasille merkt eveneens op, dat deze wegen slecht zijn en dat de bovenlaag uit elkaar dreigt te gaan. De heer van den Breemer verzoekt ophaling van de slooten der gemeente, gelegen tusschen den Lange Brinkweg en de spoor lijn. Wethouder van Klooster zegt toe hieraan zijn aandacht te zullen schenken. De heer van Dam verzoekt een oplossing voor de berging van de brandweerauto te Soesterberg, aangezien de garage te klein is. De Voorzitter zegt dat deze zaak reeds met den Directeur van Gemeentewerken is besproken en de volle aandacht heeft. De heer Hornsveld vestigt ook nog de aandacht op den slechten toestand van de wegen en voornamelijk op de bermen daarvan. De heer Nooder brengt in herinnering dat hij in de laat ste vergadering heeft gezegd dat er een dienst is, welke aan het oog van B. en W. dreigt te ontsnappen. Spreker zal zoo meteen te dezer zake een voorstel doen, gesteund door den heer de Nies. Het gaat hier n.1. om den ambtenaar, die belast is met de contröle over de werkverschaffing, steunverleening en armenzorg. Een maand geleden zou de betrokken ambtenaar voor die functie bedankt hebben, en men heeft toen aan Spreker ge zegd, dat het ontslag was verleend. Later zou deze ambtenaar het verzoek gedaan hebben om de ontslag-aanvrage ongedaan te maken. Spreker weet niet of aan dit verzoek tegemoet gekomen is, doch Spreker weet wel dat deze ambtenaar zich geuit heeft over leidende organen en leidende personen, en wel zoodanig dat dit alle perken te buiten ging. Spreker meent dat een der- gelijk ambtenaar niet gehandhaafd kan worden. Deze uitlatingen betroffen den Burgemeester, de Wethouders en den Secretaris, die er niet bij tegenwoordig waren. Spreker vraagt welke om standigheden bij B. en W. voorzitten om een dergelijk ambte naar te handhaven. Spreker stelt mede namens den heer de Nies voor om het crediet, uitgetrokken op den desbetreffenden post voor

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1935 | | pagina 316