29 Augustus 1935 214.
dat het noodzakelijk was op één gehee'len dag te vergaderen.
De morgen werd besteed voor een inspectie in natura en de
namiddag voor de beoordeeling van bouwplannen.
De heer de Bruijn wijst er op dat de Commissie één maal
heeft nagegaan wat door haar in een halfjaar is bereikt.
Z"ij heeft des morgens een inspectie gehouden en om nu te
voorkomen dat de leden tweemaal reiskosten moesten maken,
werd op denzelfden dag, en wel des namiddags een gewone ver
gadering gehouden voor de beoordeeling van bouwplannen.
Het is ook nog eens voorgekomen#dat er 27 bouwaanvragen wa
ren te behandelen, wanneer er zóóveel aanvragen zijn, is
het noodig dat op een geheelen dag wordt vergaderd. Het is
de bedoeling dat zorg gedragen wordt dat zoo wéinig moge
lijk den geheelen dag wordt vergaderd, misbruik is dus
niet te vreezen.
De heer Endendijk zegt dat hij zich in de Einancieele
Commissie heeft verzet tegen het voorstel van B. en V. en
wel op grond van de omstandigheid dat de heer de Bruijn des
tijds eens heeft gezegd dat de Commissie 's morgens bijeen
kwam om moppen te tappen en kopjes koffie te drinken en dat
eerst^ s middags een aanvang werd gemaakt met het werk.
Als dat zoo is, is Spreker tegen het voorstel van x>. en \l
Spreker kan zich wel met het voorstel van B. en W. vereeni
gen, indien een zitting gedurende een geheelen dag als een
uitzondering is te beschouwen. Indien de Commissie haar
werk niet af kan, dan zou zij ook wel eens een keer extra
kunnen vergaderen, dus zonder een tusschenruimte van 14 da
gen. Spreker wil echter geen /.7,= toestaan voor het geven
van gelegenheid tot het tappen van moppen.
De heer Gasille vraagt hoeveel maal de Commissie ver
gaderd heeft gedurende een geheelen dag.
De Voorzitter zegt dat dit tweemaal is voorgekomen.
De heer Gasille zegt er geen bezwaar tegen te hebben
dat voor die twee dagen het door B. en W. voorgestelde pre
sentiegeld wordt uitgekeerd.
De Voorzitter wijst er op dat daarvoor wijziging van
het betrokken raadsbesluit noodig is.
De heer Grootewal merkt op dat de heer Endendijk ge
zegd heeft dat de Commissie den morgen besteed heeft voor
het tappen van moppen en kopjes koffie drinken. Zulks geeft
een verkeerden indruk naar buiten.
De heer Mulder brengt in herinnering dat in een der
vorige vergaderingen de vaststelling van de verordening op
bedoelde Commissie aangehouden is. Kunnen B. en W. nu in
de eerstvolgende vergadering. niet komen met deze veror
dening, waarin dan ook de thans in behandeling zijnde aan
gelegenheid geregeld kan worden? Mogelijk kan dan ook het
aantal leden der Commissie verminderd worden, aangezien de
Directeur van Gemeentewerken aesthetische bekwaamheden be
zit. Spreker wil de presentiegelden goedkeuren voor de
twee dagen, waarop des morgens en des middags vergaderd is.
De Voorzitter zegt dat het laatste kan geschieden
door aanneming van het voorstel van B. en W. Het vergade
ren op een geheelen dag zal een uitzondering blijven;
daarvoor zal worden zorggedragen.
Het voorstel van B. en W» wordt hierna zonder hoofde
lijke stemming aangenomen.
De