511.
puteerde Staten bij schrijven van 10 Septj.1. hebben medege
deeld dat de Minister zich kan vereenigen met de salarisrege
ling van 5 Dec. 1954 met uitzondering van een paar punten. Zoo
wordt er op aangedrongen om het salaris van den bevolkingsagent
/oontrodour armwoaoia vast te stellen op ƒ.2.100, doch B.en W.
willen die functie laten vervallen in de salarisregeling, het-
geen zeer juist is. Spreker zegt verder dat de Raad g-jen zeg-
YkU genschap heeft over de salarissen van den Burgemeester, Secre-
taris en Ontvanger. Daarover hebben de Kroon en Gedeputeerde
Staten te oordeelen. Spreker wil dus een tijdelijke korting
van 5 fo op de bestaande salarissen toepassen.
De Voorzitter wil er nog even op wijzen dat de Politie
buiten de nieuw ontworpen salarisregeling zal blijven.
De heer Hilhorst zegt dat hij naar aanleiding van de gehou
den besprekingen zijn voorstel dan maar zal intrekken, doch
hij doet een nieuw voorstel, n.1. om op salarissen beneden
ƒ.1.400,= niet te korten.
De heer hooder ondersteunt dit voorstel.
De Voorzitter acht deze regeling onbillijk en in strijd
met de bedoeling van den Minister.
De heer Hom meent dat de salarisregeling door vele leden
in verband met den korten tijd niet voldoende bestudeerd is en
bepleit uitstel van behandeling.
De heer van den Berg vraagt of uitstel van behandeling
niet mogelijk is.
De heer Dooder is voor het voorstel van den heer Hilhorst,
doch Spreker zal gaarne vernemen of de bestaande salarissen ge
lijk geschakeld zijn aan de rijkssalarissen.
De Voorzitter, die hierop een bevestigend antwoord geeft,
zet nog eens het voorstel van B.en W. uiteen, welk voorstel
eenvoudig is en thans zeer goed behandeld kan worden.
Het voorstel van den heer Hilhorst om geen korting toe te
passen op salarissen beneden ƒ.1.400,=, wordt hierna in stem
ming gebracht en verworpen met 11 stemmen. Voor het voorstel
stemden 4 leden, t.w. de heeren Hilhorst, van Klooster, Hom
en Nooder.
Vervolgens wordt met 11 tegen 4 stemmen aangenomen het
voorstel van de heeren Thijssen en van Breukelen om op de thans
geldende salarissen van het personeel een tijdelijke korting
van 5 *f° toe te passen. Tegen dit voorstel stemden de heeren
van Klooster, Gasille, de Bruijn en Stroband.
De heer nooder verzoekt in verband met de mededeeling van
den Voorzitter dat een onderzoek wordt ingesteld naar de moge
lijkheid tot verhooging der leges en schoolgelden, er wel re
kening mede te houden dat de belastingen al verhoogd zijn, en
dat het niet gewenscht is de schoolgelden te verhoogen.
De Voorzitter wil nog even terugkomen op de salarisrege
ling, en wijst er op dat de Minister er op aangedrongen heeft
een paar wijzigingen te brengen in de door den Raad op 5 De
cember 1954 vastgestelde salarisregeling. Zoo is de Minister
van oordeel dat het maximum-salaris voor den hoofdcommies
moet worden bepaald op 5*900,= in plaats van ƒ.4.000,=; de
wedde van den bode op ƒ.1.400,= tot ƒ.1.900,= en van den bevol
kingsagent-controleerend ambtenaar op een maximum van ƒ.2.100,=
doch B.en W. stellen nu voor deze laatste functie uit de sa
larisregeling te doen vervallen. Deze zaak is ook behandeld
in het Georganiseerd Overleg en er zijn geen bezwaren om aan
de