30 December 1935 M3»
zwaar tegen, dat een onderzoek wordt ingesteld naar de doel
matigheid der uitgaven.
Wethouder Gasille zegt dat het zeer te waardeeren is, dat
door den heer Thijssen zooveel moeite gedaan wordt voor het
onderzoek der rekening, doch naar Sprekers inzicht gaat de
heer Thijssen wel wat te ver. De Einancieele Commissie is n.1.
geen Commissie van onderzoek naar het beleid ten aanzien van
de financiën. De bedoeling is, dat deze Commissie de rekening
naziet en enkele steekproeven neemt, daar deze renening toch
beoordeeld wordt door het Verificatiebureau der Vereeniging
van Nederlandsche Gemeenten. Een onderzoek, als door den heer
Thijssen bedoeld, zou minstens drie maanden vorderen. Spreker
zegt voorts, dat de heer Thijssen zich heeft gewend tot de
autoriteiten te Utrecht, doch Spreker is van oordeel dat een
ambtenaar van de Griffie geen autoriteit is, zoodat Spreker
geen waarde wil hechten aan een verklaring van dien ambtenaar.
Spreker wijst er tenslotte nog op, dat het vorig jaar de reke
ning en de begrooting in denzelfden tijd werden behandeld, en
dat er toen geen tijd was voor de raadsleden om de rekening
te onderzoeken. In vorige jaren heeft Spreker ook wel eens
uitstel van behandeling bepleit.
De Voorzitter zegt dat men niet kan eischen, dat de Ei-
nancieele Commissie de rekening in alle kleine onderdeelen na
gaat. Het Verificatiebureau gaat de rekening geheel na, en ook
Gedeputeerde Staten gaan de remening nauwkeurig na. nogmaals
zegt Spreker dat alle uitgaven gedekt zijn door goedgekeurde
raadsbesluiten.
De heer Stroband merkt op dat Wethouder Gasille gezegd
heeft, dat de Einancieele Commissie niet tot taak heeft de ge-
heele rekening te onderzoeken. De heer Gasille stelt zich voor
dat alleen steekproeven worden genomen. Die steekproeven zijn
reeds genomen en hebben tot eenige resultaten geleid, n.1. een
bezuiniging voor het komende jaar. De Commissie is nog niet
met haar werk gereed, en het is gewenscht dat de Commissie nog
14 dagen besteedt aan haar werk.
De heer Thijssen merkt op, dat de Voorzitter heeft ge
zegd, dat wanneer Thorbecke nog leefde, door dezen wel andere
datums aangehouden zouden worden, doch Spreker wil er even de
aandacht op vestigen, dat de wettelijke termijnen niet voor
niets zijn bepaald. Gedeputeerde Staten en de betrokken ambte
naren zullen ook niet zoo dwaas zijn om datums te bepalen,
welke onpractisch zijn. De staten A» en B.,^welke voor de Ei-
nancieele Verhouding moeten worden opgemaakt, houden verschil
lende rubrieken in, welke uit de gemeenterekening worden over
genomen. De cijfers worden dus nu getrokken uit de rekening,
die de Raad over 3 weken voorloopig zal vaststellen. Er mag
bij de beoordeeling van de cijfers voor de berekening der Ei-
nancieele Verhouding een klein verschil van opvatting komen
te ontstaan, doch de gemeente heeft in de practijk al meerma
len beroepskwesties meegemaakt en deze altijd verloren. Voor
het missen van het beroepsrecht behoeft men dus niet bevreesd
te zijn. Wethouder Gasille heeft daarstraks gezegd, dat een
ambtenaar van de Griffie geen autoriteit is, maar Spreker wil
even opmerken, dat die ambtenaren veeltijds de rechterhand
zijn van de autoriteiten, en de noodige adviezen geven. De
ambtenaren zijn dus zeer goed bekend met den gang van zaken.
Spreker zegt, dat een dergelijk onderzoek omtrent de gemeen-
terekening