29 Juni 1936 103. te veel verschuiving van de bezittingen der gemeente heeft plaats gehad en nog plaats heeft, is er behoefte aan een gediplomeerd landmeter. Vroe ger bestond daaraan geen behoefte, omdat toen de gemeente-eigendommen als 't ware één blok vormden. Bij de besprekingen met de landmeters is geble ken, dat thans deskundige menschen beschikbaar zijn, die niet alleen tech nisch, doch ook juridisch onderlegd zijn. Zulks is noodig, daar de gehee- le administratie opgebouwd moet worden aan de hand van de titels van aan komst, De Directeur van Gemeentewerken zelf is niet in staat om die werk zaamheden te verrichten. De gemeente dient dus een gediplomeerd landmeter te hebben, die kan samenwerken met de landmeters van het kadaster. Naar Sprekers inzicht is de Raad niet verantwoord met het verwerpen van het voorstel van B.en W. De heer Stroband is het er volkomen mee eens dat de door B,en W, be doelde werkkracht onontbeerlijk is. Spreker wijst er op dat B.en W. een half jaar geleden nog hebben gezegd, dat bezuiniging ten aanzien van per soneelsuitgaven noodzakelijk was, en dat reorganisatie noodig was. Nu komt het College daarentegen met een voorstel tot personeelsuitbreiding. Hoe zeer Spreker er van doordrongen is, dat de aanneming van een deskundig persoon noodzakelijk is, wil hij de behandeling van het voorstel toch uit stellen tot het reorganisatieplan van Gemeentewerken aan de orde komt. Het is gewenscht dat laatstbedoeld plan nu eens met spoed bij den Raad ingezonden wordt. Met den financieelen toestand der gemeente dient dan ook rekening te worden gehouden. Bij de behandeling van het reorganisatie plan heeft men dan een behoorlijk overzicht om te kunnen oordeelen, mede in verband met de financieele gevolgen. De heer Hilhorst begrijpt niet dat aanstelling van een dergelijk amb tenaar noodig is, aangezien bij Gemeentewerken wel een kracht aanwezig is, die bedoelde werkzaamheden kan verrichten. Spreker, die tegen aanstelling van nieuwe ambtenaren is, zegt dat hetzelfde werk in Amersfoort wordt ge daan door een Technisch Ambtenaar 2e klasse, zoodat zulks ook in Soest mo gelijk moet zijn. Het is begrijpelijk, dat de landmeters een kracht pro- pageeren als bedoeld in het voorstel van B.en W.doch naar Sprekers in zicht is de gemeente daarmede niet gebaat. Spreker kan zich daarom niet vereenigen met het voorstel van B.en W, De heer Thijssen wijst er op dat deze zaak breedvoerig in de vergade ring der Financieele Commissie is besproken, en dat daarna voor de leden gelegenheid bestond om van gedachten te wisselen met de landmeters van het kadaster. Spreker is het er volkomen mee eens dat ingrijpen noodig is, doch dat behoeft niet momenteel en niet in draf te geschieden. De Raad moet eerst het reorganisatieplan van Gemeentewerken weten, en dat plan moet zoo spoedig mogelijk ingediend worden. De Raad moet niet langer met een kluitje in het riet gestuurd worden. Ook Gedeputeerde Staten hebben al eenige malen op reorganisatie aangedrongen. Bij de besprekingen met de landmeters van het kadaster is gebleken, dat er onder het gemeenteperso- neel geen personen zijn, die de hier bedoelde werkzaamheden kunnen verrich ten. De toestand bij het kadaster der gemeente - om dit zoo maar eens te noemen - is ontoelaatbaar. De leider van het kadaster van het Rijk heeft gezegd, dat de toestand bij de gemeente zoo erg en zoo diep ingeworteld is, dat er moet komen een technisch ambtenaar, kadastraal en juridisch on derlegd. Voorts zegt Spreker, dat de leider van het kadaster, de heer van Gastel, heeft gezegd, dat hij, wanneer hij te Soest aangesteld kon worden, op een hooger salaris dan hij thans geniet, niet benoemd zou willen worden. Deze persoon wil dus met een hooger salaris niet in Soest komen, waaruit wel degelijk blijkt dat de zaak niet zoo eenvoudig is. De heer Stroband merkt op dat de toestanden, als waarvan thans sprake is* aai

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1936 | | pagina 206