9 December 1936 215» bestaat deze zaak voor te bereiden. De heer van den Berg vraagt of Maatschappelijk Hulpbetoon zelf moet zor gen voor de verstrekking van pootgoed en kunstmest of dat de gemeente die kos ten weer aan Maatschappelijk Hulpbetoon terugbetaalt. Wethouder de Bruijn zegt dat de uit deze verstrekking voortvloeiende kos ten van het crediet, hetwelk Maatschappelijk Hulpbetoon krijgt van de gemeente, afgetrokken moeten worden. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna het voorstel van 3,en W, aange nomen en het desbetreffend besluit no.3985 vastgesteld, 234. MAATSCHAPPELIJK HULPBETOON (3e afd.no.l695). Voorstel tot vaststelling van een nieuw Reglement voor Maatschappelijk Hulpbetoon. Bij schrijven dd. 1 December 1936, no.1695 bieden B.en W, een hieuw Re glement voor Maatschappelijk Hulpbetoon ter vaststelling aan. Zij stellen voorts voor ter uitvoering van art.17 van dit reglement de vergoeding aan de armbezoekers te bepalen op f.JOO,per "jaar, de vergoeding aan een armbezoek ster, voor gévallen, waarin een onderzoek beter door deze dan door armbezoe kers kan geschieden,op f.150,per jaar, en het presentiegeld voor de verga deringen van de commissies van advies te bepalen op f,1,25 per vergadering, zulks ingevolge art.10 van het reglement. De heer Helmus vestigt de aandacht op art,25, le lid. De daar bedoelde ondersteuning heeft het vorig jaar niet in die mate plaats gehad, zoodat Spre ker Maatschappelijk Hulpbetoon wil adviseeren aan dat artikel zeer de aandacht te schenken. De Voorzitter zegt dat dit niet aan de orde is. Men kan daarover spreken bij de algemeene beschouwingen der begrooting. De heer Thijssen zegt dat de raadsleden den laatsten tijd zeer veel pa ppieren ter hestudeering hebben ontvangen, zoodat voor hem de tijd te beperkt is geweest om dit reglement in nauwkeurige studie te nemen. Het tegenwoordige reglement bevat 20 artikelen, terwijl het nieuwe ontwerp-reglement niet minder dan 60 artikelen telt. Spreker is tegen behandeling in deze vergadering en stelt voor deze behandeling te verschuiven tot de eerste vergadering in het volgend jaar. Hét voorstel van den heer Thijssen, in stemming gebracht, wordt verwor pen met 9 tegen 5 stemmen. Voor uitstel van behandeling stemden de heeren Stroband, Nooder, Thijssen, van Breukelen en van de Ven. Hierna wordt overgegaan tot de artikelsgewijze behandeling. art2De heer van den Berg deelt mede dat de leden van Maatschappelijk Hulp betoon op den morgen van den dag der vergadering van Maatschappelijk Hulpbe toon het ontwerp-reglement ter behandeling hebben ontvangen, zoodat er geen gelegenheid was om het te hestudeeren. Spreker heeft echter na dien dag het reglement nog eens bestudeerd, als gevolg waarvan hij eenige opmerkingen heeft. Momenteel bestaat Maatschappelijk Hulpbetoon uit 7 leden, waarvan verschillen de leden reeds zitting hebben vanaf den beginne. Door de thans voorgestelde wijziging zullen twee leden moeten uitvallen, hetgeen niet aangenaam is. Spre ker meent dat een vermindering van het aantal leden niet aan te bevelen is. Wethouder Gasille deelt mede dat hem na een ingesteld onderzoek is ge bleken, dat in omliggende gemeenten ook een minder aantal leden aanwezig is bij Maatschappelijk Hulpbetoon. Door een minder aantal leden zal men een soe peler samenwerking verkrijgen. Spreker zegt dat het echter de bedoeling is, dat de tegenwoordig zitting hebbende leden worden gehandhaafd. Er zal een overgangsbepaling worden voorgesteld, volgens welke de leden, die thans zit ting hebben, behouden blijven. Artikel 2 wordt dan toepasselijk wanneer het aantal leden zichzelf wijzigt. Men komt dan zoo langzamerhand tot den nieuwen toestand. De

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1936 | | pagina 430