9 December 1936 226. den aandrang van hoogerhand; van oerdeel waren, dat een reorganisatie noodig was» volgens welke de dienst zco sober mogelijk zou. werden opgezet. De Burge meester en Spreker hebben deze zaak daarna besproken met Wethouder de Bruijn en toen kwam het College tot de conclusie dat de thans voorgestelde reorga nisatie noodig was. .fat de heer Kooiman heeft gezegd, is prachtig» voor hst geval er eenige kans was bij de tegenwoordige samenstelling van Gemeentewer ken, om zulke voorname werken uit te voeren. Spreker meent dat tot een derge lijke uitvoering niet kan werden overgegaan, daar Gemeentewerken in deze gemeen te niet deugt. Men heeft dit gemerkt zoowel bij Gedeputeerde Staten als bij de regeering. B.en ff. zoeken niet een omweg om den Directeur te ontslaan. Het staat als een paal boven water, dat men aan het hoofd van Gemeentewerken moet hebben een Directeur met den Ingenieurstitel. Het gaat nu niet aan te beoor- deelen of er iemand is, die niet zoo is als men verwacht had, maar volgens de formatie staat vast, dat er een Directeur meet zijn met Ingenieurstitel. Daar om moet men den Directeur behouden. Naast den Directeur moet een formatie ko men, welke zoo sober mogelijk is. Spreker zegt tenslotte dat men geen werk moet zoeken om menschen bezig te houden, daar zulks tot groote schade voor de gemeente zou leiden. De Voorzitter zegt dat men zich op het standpunt moet stellen om deze zaak objectief te bekijken. Het gaat thans niet cm de beocrdeeling van de kun digheden der ambtenaren, doch om de formatie bij Gemeentewerken als zoodanig. De formatie moet zoo sober mogelijk zijn. Toen Spreker hier kwam, was de for matie gelijk aan die, welke thans voorgesteld wordt. Met de vroegere formatie kon men het ook goed doen. Het gaat thans niet om de kundigheid der ambtena ren of om den Directeur. Zooals Spreker reeds heeft gezegd zijn daarvoor an dere maatregelen te treffen. De heer Nocder moet een woord van protest richten tot den Wethouder van Sociale Zaken. Er was afgesproken dat geen personen in debat zouden worden gebracht. De Wethouder heeft thans ever den Directeur gesproken buiten dezen om. Spreker vraagt wie de verantwoordelijkheid dragen van den huidigen toe stand. Toen de Directeur voor vast benoemd meest worden, heeft Spreker ge vraagd of betrokkene den dienst kon leiden zooals behoort, waarop B.en ff. vol mondig "ja" gezegd hebben. De verantwoording voor de benoeming van den Direc teur is dus bij B.en W. De heer 'fhijssen heeft volgens Spreker een juiste uit drukking gedaan door te zeggen dat hij en zijn "politieke vrienden" vdor het reorganisatievoorstel zouden stemmen. Spreker had den heer Thijssen steeds voor een liberaal aangezien, en daarom, begrijpt Spreker niet hoe de heer Thijssen is verdwaald in de Katholieke Democratische Partij. Naar Sprekers oordeel helpt de heer Thijssen mede de zaak in 't moeras te trappen en is de reorganisatie niet gediend met dergelijke inleiders en afgevaardigden. Spre ker zegt voorts duidelijk gedemonstreerd te hebben dat er raadsleden in de "Boschvijver" zijn geweest die tegenover particulieren hun neus voorbijge praat hebben. Waar gaan wij alzoo heen, vraagt Spreker. Gemeentewerken is in onze gemeente, voorzoover de personeelsbezetting betreft, aan den schralen kant in vergelijking' tot andere gemeenten. Alle beschuldigingen, welke tegen B.en W. zijn geuit, zijn niet weerlegd. In het College hebben thans wel ande re Wethouders zitting, doch de Burgemeester maakte toch deel uit van het vo rige College, Spreker is van meening dat, wanneer er een gezondere tactiek was toegepast geworden, men thans niet in de misère gezeten zou hebben. Spre ker geeft den heer Hilhorst in overweging zijn voorstel terug te nemen. Het is beter tegen het voorstel van B.en W. te stemmen. Men bereikt dan hetzelfde resultaat. Spreker doet tenslotte nog een beroep op de menschelijkheid der leden om te stemmen vo'o'r de beide conclusies, die Spreker vanmorgen voorgele zen heeft. De Wethouder heeft laten uitkomen dat de menschen bij Gemeentewer ken onbekwaam zijn, maar voor Spreker is dit absoluut uitgesloten. De groote werken

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1936 | | pagina 452