4 Maart 19 5657 De heer Strohand wijst vervolgens cp de vervuiling van de sloot, loopen- de langs den Lange Brinkweg en langs den Korte Brinkweg. Wethouder de Bruijn deelt mede, dat de Raad op 29 Augustus 1955 e^n cre- diet heeft toegestaan voor het in werkverschaffing uitvoeren van verschillende werkzaamheden, als het verbeteren van wegen en trottoirs en voorts voor het ophalen van slooten. De door den heer Stroband bedoelde sloot is in dit plan opgenomen. Met de uitvoering v-n dit plan, o.a. aan de Ferdinand Huijcklaan, is reeds een aanvang gemaakt. De heer stroband vraagt voorts of er ook een verzoek is ingekomen tct be bouwing van het terrein aan de Birkstraat bij het wachthuisje van de autobus. Volgens het uitbreidingsplan komt dit terrein in aanmerking voor gesloten bebou wing. Spreker vraagt of soms van net uitbreidingsplan wordt afgeweken, daar hij zich dan hiertegen zou moeten verzetten. Spreker zcu hieromtrent gaarne wat vernemen in verband met een ander ingekomen adres, en dringt er op aan dat in een onder onsje geen verandering wordt aangebracht- in de bestemming, welke het uitbreidingsplan aangeeft. Bovendien moet men in dezen tijd om het financieel belang der gemeente denken. Wethouder de Bruijn zegt dat bij de ingekomen stukken dezer raadsvergade ring een adres was gevoegd van de Vereeniging "Soest Zuid" om dit terrein te mogen huren. Nagegaan zal worden of het de bedoeling is dit geheele terrein of een gedeelte daarvan in huur te mogen ontvangen. Dit adres meet echter nog door de Grondcommissie worden behandeld, waarna den Raad een voorstel zal worden gedaan. De heer Stroband zou dan in overweging willen geven om met den bouw door te gaan. Er meet niet gehandeld worden in strijd met het uitbreidingsplan, Dij gedeeltelijke bebouwing van het terrein aan de zijde der Birkstraat zou er neg voldoende ruimte overblijven voor het houden van volksspelen. Spreker zegt voorts, dat er voor gezorgd dient te worden, dat de Birkstraat, waarop een druk doorgaand verkeer is, niet bestemd wordt tot standplaats voor het publiek, dat naar festiviteiten kijkt. De Voorzitter zegt- dat het verhuren van het terrein niet in strijd is met het uitbreidingsplan. Wanneer het terrein voor bebouwing in aanmerking wordt gebracht, dan zal een gedeeltelijke bebouwing volgens het uitbreidingsplan niet mogen geschieden, doch dan zal een aaneengesloten bouw tct stand moeten komen. Deze aangelegenheid zal echter eerst nog door de Grondcommissie bekeken moeten worden. De heer Hilhorst zegt vervolgens, dat de ondersteunden van Armenzorg een z.g, Kerst-gave zouden ontvangen. Spreker vraagt of die gave inderdaad verstrekt is, en zoo neen, waarom niet. Wethouder Gasille licht toe dat de Voorzitter van Maatschappelijk Hulpbe toon tot de ontdekKing is gekomen, dat in den Kersttijd verschillende gaven zijn verstrekt. Van verschillende zijden werd veel gegeven en daarom werd het beter gevonden om de verstrekking der Kerstgave uit te stellen totdat er meer behoefte aan was. Maatschappelijk Hulpbetoon heeft later aan de daarvoor in aanmerking komende personen kolen verstrekt. Ingeval van koude zullen nogmaals brandstoffen worden verstrekt. De heer Hornsveld vraagt hoe het staat met de verbreeding van den Rijks weg. Wethouder de Bruijn zegt dat hij over deze zaak, welke in een zeker sta dium verkeert, thans liever weinig wil zeggen. De plannen en teekeningen zijn opgezonden naar den Rijkswaterstaat, en binnenkort zullen hieromtrent wederom besprekingen gevoerd worden. De heer Hom wijst er vervolgens op, dat in de laatste vergadering van het vorig jaar besloten is tct het toekennen van toeslag óp kasuitkeeringen met te rugwerkende kracht vanaf 1 December 1955. Door Wethouder Gasille is in die ver gadering medegedeeld dat zoo mogelijk aan dit besluit gevolg zou worden gegeven, doch de betrokkenen hebben tot heden die uitkeering met terugwerkende kracht nog niet ontvangen. Spreker wenscht hieromtrent ingelicht te worden. Wethouder

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1936 | | pagina 74