10 Februari 1937 7« le Commissie niet eens was en daarom deze zaak in de vergadering van den Raad naar voren heeft gebracht, wijst er op dat de Itaad na eventueels vernietiging van zijn besluit weer op deze zaak kan terugkomen. Spreker zegt' dat de betrokke nen niet gedupeerd kunnen worden. De heer Hom zegt dat hij den heer Thijssen wel heeft begrepen. Spreker meent echter dat wanneer de Raad zijn besluit niet wijzigt en in beroep gaat, de uit voering daarvan wordt geschorst en de betrokkenen geenerlei uitkeering zullen bekomen. Het voorstel van B.en W. met de aangeboden ontwerp-besluiten wordt hierna in stemming gebracht en aangenomen met 11 tegen 2 stemmen. Tegen stemden de hee- ren Thijssen en van Breukelen. ARBEIDSBEMIDDELING - WBRK100SHEIDSVERZEKERING (3e afd.no.3164/2542) Voorstel van Burgemeester en Wethouders: a. tot intrekking van het raadsbesluit van 1 Augustus 1934 strekkende aan de Kroon ontheffing te vragen van de verplichting tot het oprichten van een arbeidsbeurs b. om over te gaan tot oprichting en instandhouding van een arbeidsbeurs; c. tot vaststelling van een verordening op den gemeentelijken dienst der arbeids- b emiddeling-werklo 0 she ia sver z ekering Dit voorstel wordt gedaan bij schrijven dd, 12 Januari 1937, 3e afd.no.3164/ 2542. De desbetreffende besluiten worden ter vaststelling aangeboden. De heer Helmus zegt dat het hem verheugt dat de gemeente het recht heeft een arbeidsbeurs in te stellen. Hoewel er thans wel een agentschap der arbeidsbemid deling bestaat, hoopt Spreker dat bij de instelling van een arbeidsbeurs de rege ling voor werkzoekenden beter zal zijn. In dit verband wijst Spreker op de rege ling te Amersfoort. Ten aanzien van de ontwerp-verordening op den gemeentelijken dienst der arbeidsbemiddeling en werkloosheidsverzekering merkt Spreker op dat volgens art.5 sprake is van een commissie van toezicht op den dienst, terwijl in art.14 ook sprake is van een commissie, Yfordt hier weer een andere commissie be doeld, vraagt Spreker. De Voorzitter zegt dat inderdaad sprake is van 2 commissies. Le commissie, bedoeld in art.14 wordt op dezelfde wijze samengesteld als die, bedoeld in art,5. De heer Helmus vraagt uit hoeveel leden dan de commissie, als bedoeld in art.14 zal bestaan. Wethouder Gasille zegt met verwijzing naar art,13 dat die commissie uit een zelfde leden-aantal zal bestaan als de commissie, bedoeld in art.5. De commissie bedoeld in art.14, is belast met het toezicht op de dagelijksche leiding der vak afdeel ing. De heer Nooder zegt dat het hem verwondert dat de Verordening zoo kort is. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten tot: a. intrekking van het raadsbesluit van 1 Aug.lS34 strekkende aan de Kroon onthef fing te vragen van de verplichting tot het oprichten van een arbeidsbeurs en b, om over te gaan tot de oprichting en instandhouding van een arbeidsbeurs. Vervolgens stelt de Voorzitter aan de orde de artikelsgewijze behandeling der ontwerp-verordening op den gemeentelijken dienst der arbeidsbemiddeling en werkloosheidsverzekering in de gemeente Soest. De heer Thijssen zegt met betrekking tot art.4, dat voorgesteld wordt het hulppersoneel te benoemen door B.en W, Dit beginsel is al lang verworpen. Bij Ge meentewerken worden immers alle ambtenaren en werklieden door den Raad benoemd, zoodat ook de andere ambtenaren door den Raad benoemd dienen te worden. Voorts dienen ook de instructies door den Raad vastgesteld te worden. De Voorzitter nuent dat de Raad. niet moet bepalen wie tot klerk benoemd moet worden. De Directeur wordt wbl door den Raad benoemd. Wethouder Gasille zegt van oordeel te zijn dat hulppersoneel, indien dit noodig is, door B.en W, behoort te worden aangewezen. Spreker meent te weten dat de heer Thijssen toch altijd van opinie was, dat het ondergeschikte personeel door B.en behoort te worden benoemd. De

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1937 | | pagina 14