21 December 1937 200.
borgsom van f.100,4oor de huurders vol laten vervallen. Verschillende
verbeteringen zullen worden aangebracht terwijl er van de leegstaande wonin
gen 2$ stelselmatig, ook naar de huurwaarde, over het complex verdeeld, zul
len worden behangen. Voorts zal het binnenverfwerk aldaar, geheel worden
voorzien en het dakbeschot zal met triplex worden bekleed. Spreker, die van
meening is, dat een half ei beter is dan een leege dop, meent dat in de toe
komst naarstig gestreefd moet worden naar verbetering van het geheele com
plex. De Minister stelt zich heelemaal niet op het standpunt dat de wonin
gen afgebroken moeten worden. Het is dus de bedoeling, dat de Raad zich in
principe accoord verklaart met het aanbrengen der voorgestelde verbeterin
gen, opdat B,en W. dan in die richting kunnen voortwerken. Een definitieve
beslissing kan dan naderhand genomen worden.
De heer van Klooster is van oordeel, dat de door den Voorzitter aange
geven weg gevolgd moet worden. Er zijn destijds wel eens andere voorstel
len geweest, doch Spreker kon zich daarmede niet vereenigen.
De heer Stroband wijst er op, dat in het aantal onbewoonde woningen
wel een gunstige verandering is gekomen. Spreker wil gaarne zijn medewerking
aan het door den Voorzitter gedane principe-voorstel verleenen, en wel hij
wijze van proef. Spreker vraagt zich echter af of de bewoners bij verbete
ring van enkele woningen niet van de oene woning naar de andere woning zul
len willen overgaan.
De Voorzitter acht dit dan een zeer sterk argument om er hij den Minis
ter op aan te dringen om ook do andere woningen te verbeteren.
De heer Hornsvold vraagt of alle bewoners wel betalende bewoners zijn.
De Voorzitter zegt dat die vraag geen verband houdt met het voorstel
van B.en W,
De heer Hornsveld wil er toch nog even op wijzen dat het geen kunst is
om de woningen bewoond te krijgen. Men moet echter verzekerd zijn van de
huurb etalingen
De Voorzitter meent dat men in deze vertrouwen moet stellen in het wijs
beleid van het bestuur van "Ons Belang".
De heer Fooder wijst er op, dat men in den Haag rekening gaat houden
met de omstandigheden, hetgeen blijkt uit het toegestaan bedrag als tege
moetkoming in de huurverlaging. Spreker juicht ieder middel toe, dat zal
worden aangewend om do woningen meer bewoonbaar te maken. De persoon, die
belast is met het verhuren der woningen, gaat omtrent toekomstige huurders
informaties inwinnen, en iedereen wordt niet als huurder geaccepteerd. Spre
ker zegt tenslotte nog van oordeel te zijn, dat het gewenscht is, dat een
schatting zal plaats hebben van de werkelijke waarde der woningen en dat de
boekwaarde daarmede in overeenstemming wordt gebracht.
Nadat de Voorzitter heeft opgemerkt, dat laatstbedoelde aangelegenheid
bij de vaststelling der begrooting dient te worden behandeld, wordt het door
den Voorzitter gedane principe-voorstel zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
STRAATNAAMSVERANDERING - STRAATVERLICHTING (le Afd.N0.496l).
Adres van bewoners van de Molenstraat O.Z., verzoekende de benaming
dier straat te veranderen in "van der Huchtlaan", en voorts aanbrenging van
eenige lichtpunten, met voorstel van B.en W,
Aangezien B.en W6 het veranderen van straatnamen, behoudens in zeer
bijzondere gevallen, ongewenscht voorkomt, kunnen zij geen termen vinden
om den Raad een voorstel tot bovenbedoelde straatnaamsverandering te doen.
Wat de gevraagde uitbreiding der straatverlichting betreft, zijri B.en \7. van
oordeel, dat de straatverlichting in de gemeente als êên geheel behoort te
worden beschouwd en derhalve verzoeken om partieole uitbreidingen niet inge
willigd dienen te worden. Met de belangen van adressanten kan bij een algehee-
le