21 December 1937 207» aan de Staten-Generaal. Volgens de mededeelingen van B.en W, is het tekort op Openbare Y/erken f,7.000- minder dan verleden jaar, doch de wachtgelden zijn daarbij vergeten. De reorganisatie bij goneentewerken baart zorg, zoo dat er dan ook iets moet gebeuren. Spreker verbeent dat zich bij gemeente werken een personenstrijd heeft afgespeeld, welke niet door den beugel kan. Men heeft niet gekeken of er slachtoffers zijn. illeen heeft men gedacht een bezuiniging te verkrijgen, doch in plaats van bezuiniging is het tekort nog grooter geworden. Er zijn nu zelfs weer bedragen uitgetrokken voor aan stelling van nieuw personeel, n.1. een post van f.1500,voor aanstelling van een kracht voor het in orde brengen van de administratie der eigendom men en f.1000,voor een vacature. Spreker zegt dat de Raad hieromtrent een uitspraak zal hebben te doen. Voorts vindt Spreker het onjuist, dat de gemeente gebruik maakt van de diensten van kostelooze krachten. De gemeen te dient geen onbetaalde krachten te laten werken. Spreker doelt hierbij op den bij Gemeentewerken werkzaam zijnden volontair. De heer Endendijk sluit zich aan bij de waardeerende woorden, welke door de vorige Sprekers aan het adres van den Burgemeester zijn uitgespro ken. Spreker wacht met vertrouwen af wat er in de toekomst zal geschieden onder leiding van don Burgemeester. Spreker zegt nog steeds een tegenstan der te zijn van de reorganisatie bij Gemeentewerken. Spreker kan zich dan ook geenszins indenken, dat door die reorganisatie een bezuiniging is ver kregen, Het werk, dat momenteel door de Heide-Maatschappij verricht wordt, behoort in feite thuis bij Gemeentewerken. Spreker hoopt dan ook dat Ge meentewerken weer gebracht zal worden op het peil, waarop het behoort te zijn. Bij dezen dienót moet de bron gevonden worden voor de noodige energie om een zich ontwikkelende gemeente als Soest te dienen. Het is in 't be lang der gemeente, dat Gemeentewerken weer op peil wordt gebracht. De heer Helmus kan zich volkomen aansluiten bij hetgeen door den heer Nooder is gezegd. Spreker, die vdjst op de lage steunnormen in de gemeente, hoopt dat het College alle mogelijke best zal doen om de steunnormen ver hoogd te krijgen en wel in overeenstemming met die in omliggende gemeenten. De normen in onze gemeente zijn te laag, en verbetering acht Spreker zeer wel mogelijk. De heer van Klooster zegt dat hij den Burgemeester ook wel een pluim zou willen geven, doch Spreker is bang dat de Burgemeester dan van hoog moedigheid buiten zijn schoenen zal gaan loopen. De heer van de Ven verzoekt den Burgemeester zich in t komende jaar te willen belasten met de leiding van Gemeentewerken, zulks in samenwer king met de Wethouders. Het is zeer gewensdht, dat deze dienst goed func- tionnoert. De Voorzitter zegt dat hem,toen hij naar Soest ging, de Raad van Soest was afgeschilderd als een lastig lichaam. Toen de begrooting dan ook in aantocht was, dacht Spreker dat hij bij de algemeene beschouwingen wel ee- nige vellen papier had vol te schrijven. Het is Spreker eensdeels erg mee gevallen dat er zoo weinig naar voren is gebracht, doch anderdeels §>ijt het Spreker, dat hij zijn zwaard niet uit de scheede behoeft te halen. Spreker zegt buitengewoon erkentelijk te zijn voor de vriendelijke woorden van sympathie, welke tot hem gericht zijn. Spreker heeft hier in de afge- loopen vijf maanden met plezier gewerkt en hij hoopt dit in 't belang van Soest te kunnen blijven doen, waarvoor hij echter den steun van den Raad en van do bevolking noodig heeft. Spreker zal alsdan met vertrouwen verder werken. Omtrent de reorganisatie bij Gemeentewerken zegt Spreker, dat deze zaak zijn aandacht heeft. Spreker heeft zich hieromtrent dan ook nog geen omlijnde meening gevormd. Zulks zullen de leden, die een en ander beter weten, wel begrijpen. Deze zaak is niet zoo eenvoudig. Spreker zal dan ook aan deze belangrijke kwestie zijn persoonlijke aandacht niet onthouden. Voorts

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1937 | | pagina 414