1 Juni 19 58 68.
om de gronden voer rekening van het rijk aan te koopen en een kazerne te doen
bouwen» De voordeeier van de aanwezigheid van een kazerne in de gemeente zijn
voldoende bekend, zoodat Spreker daarover niet verder behoeft te spreken.
Toch vermeent Spreker een woord van eerbiedigen en grooten dank te moeten
uitspreken aan den Minister van Defensie voor de wijze, waarop deze de zaak
tot een oplossing heeft gebracht, Namens den Raad en namens de gemeente uit
Spreker den wensoh, dat deze uitbreiding van het garnizoen moge bijdragen
tot den bloei en vooruitgang der gemeente. Spreker hoopt dat de prettige en
hartelijke verhouding, welke steeds bestaat tusschen het bestaande garnizoen
en de gemeente in de toekomst bij de garnizoensuitbreiding zal blijven be
staan en zoo mogelijk nog zal toenemen»
De heer van Klooster stelt voor den Minister van Defensie een telegram
van dahk voor diens beslissing te zenden.
De heer Stroband, die hiertegen wel eenig bezwaar heeft, wijst er op,
dat de Minister eigenlijk terug gekomen is op een dwaling, daar volgens de
Grondwet alle kosten voor de defensie uit s Lands kas moeten worden betaald.
De Minister heeft aanvankelijk een abnormalen weg gevolgd en de Raad heeft
destijds deze aangelegenheid aanvaard, omdat ze niet te ontzeilen was. De
Minister is terug gekomen op een dwaling, hetgeen als zoodanig een felicita
tie waard is.
De heer Endendijk, die in deze geen vriendelijke handeling van den Minis
ter kan zien, meent dat hier sprake is van een zakelijke afdoening van zaken.
De Voorzitter wijst er op, dat de Staat entegenzeggelijk de kosten van
de Defensie moet dragen, en derhalve ook moet zorgen voor de behuizing der
troepen, In bijna alle gemeenten, alwaar garnizoenen zullen worden gevestigd,
is door den Minister dezelfde werkwijze toegepast als te Soest» Het blijkt nu
evenwel, dat niet alle gemeenten eenzelfde behandeling ondergaan» De gemeenten
Apeldoorn, Grave en Oldehroek hebben ofa. uiting gegeven aan hun wensch om
een garnizoen te krijgen door aanbieding van grond, welke de Minister accep
teerde. De gemeente Soest zal dus nu in dit opzicht een bijzondere plaats
gaan innemen in het hart van den Minister» Uit dat oogpunt juicht Spreker het
voorstel van den heer van Klooster toe»
De heer Endendijk is van oordeel, dat er sprake was van een conflict tus
schen de heide Ministers, welk conflict thans door een uitweg tot een oplos
sing zal komen» Hier is een zeer zakelijke beslissing genomen tengevolge van
de Omstandigheden»
De Voorzitter wil een tusschenvoorstel doen» Aan den Minister van Defen
sie moet kennis worden gegeven van het heden door den Raad genomen besluit en
Spreker stelt voor in dienzelfden brief den Minister dahk te zeggen voor de
betoonde welwillendheid,
De heer van Breukelen zegt tegen een en ander geen bezwaar te hebben.
Spreker voalt ook wel voor het voorstel van den heer van KI. oost er, want men
vangt meer vliegen met stroop dan met azijn,
Zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel van den Voorzitter aan
genomen».
De heer Hornsveld verlaat hierna de vergadering, voorzien van het getee-
kende besluit, om tegenwoordig te kunnen zijn bij de overdracht van den grond.
78. PERSONEELSAANGELEGENHEDEN» COMPTABILITEIT (4e afd„nos,1088 en 21/623).
De Voorzitter deelt hierna namens Burgemeester en Wethouders mede, dat
de agent van politie M.,de Bruin ingevolge besluit van den Burgemeester dezer
gemeente is overgeplaatst van Soest naar Soesterberg. Krachtens art.25 der
verordening gemeen.te-pclv.ti9, geniet de politie-ditnaardie ter oorzake van
de uitoefening van zijn dienst, behoudens hij eerste aanstelling, verhuizen
moet, een door Burgemeester en Wethouders op voorste] van den Burgemeester
te bepalen vergoeding wegens terzake gemaakte kosten en geleden schade. Na
daartoe door den Burgemeester gedaan voorstel hebben B»en W„ deze vergoeding
bepaald
