21 Februari 1940 6, scholen, De afstanden van de weningen der kinderen tot de tijdelijke lesloka len is nu veel te groot en mitsdien te bezwaarlijk; Er is thans met den auto- busdienstondernemer5 den heer Tensen, een overeenkomst gesloten betreffende dit vervoer- Hiervoor is een vergoeding verschuldigd van fo3»000,per jaar, waarvan de helft ten laste zal komen van do gemeente en de andere helft ten laste van het Christelijk Schoolbestuur, Het is nu. noodig, dat de Raad daar voor het benoodigde crediet verleent, Een begrootingswijziging is inmiddels opgemaakt en oprei.er biedt leze ter vaststelling aan» Aangenomen kan worden, dat de vergoeding van het Rijk even hoog zal zijn als het bedrag, hetwelk de gemeente zal moeten betalen voor tijdelijke onderbrenging der scholen en ver voer der kinderen^ Ten bate van den dienst 1939 zal komen een bedrag van f,550»- wegens huur der lokalen van het Rijk en frl60,— als overige inkomsten, alzoo in totaal f,. 710,—terwijl een gelijk bedrag zal worden uitgegeven voor kos ten van onderbrenging enz» der scholen, de ontvangsten van het Rijk voor 1940 worden geraamd op f„3en de uitgaven, n#lc huur lokalen en kosten auto- busvervoer, eveneens op f» 3«1 20de door de gemeente te doene uitgaven worden dus bestreden uit de van het Rijk te ontvangen vergoeding voor gevor derde schoolgebouwen, Mevrouw Landweer de Visser vraagt of het bedrag van f„1,500-als een globale som beschouwd moet worden en f ook gedurende de vacanties doorbetaald moet worden,- Wanneer de mobilisatie ten einde is, is dan de overeenkomst met den autobusdienstondernemer ontbonden? Wethouder Gasille deelt mede dat deze regeling van maand tot maand zal gelden» De heer Rooder vraagt op welk hoofdstuk der gemeer.tebegrooting de ont vangsten geboekt zullen worden- Spreker stelt dez-e /raag in verband met de wettelijke regeling inzake de afrekening met de bijzondere scholen». Indien deze ontvangsten op het hoofdstuk Onderwijs worden geboekt, vreest Spreker dat de bijzondere scholen dan recht hebben op een evenredig deel-, Voorts vraagt Spreker of uit de te treffen regeling inzake het vervoer geen verdere kosten voor de gemeente zullen voortvloeien, welke betaald zouden moeten wor den aan de bijzondere scholen- Verder wijst Spreker er op, dat dit vervoer niet geheel; volgens de bedoeling der './et is, die bepaal.de regelen stelt om trent afstanden van de woningen tot de scholen» De Voorzitter wijst er op dat er thans buitengewone omstandigheden zijn en dus buitengewone maatregelen dienen te worden getroffen, waaraan men in gewone omstandigheden niet zou denken. Deze buitengewone maatregelen zijn noodig en van de zijde der bijzondere scholen zal nimmer aanspraak op vergoe ding gemaakt kunnen worden- Als men den voorgestelden maatregel niet treft, dan zal het openbaar onderwijs ir, deze gemeente gaan verloopen, daar vele ou ders hun kinderen dan liever naar een school in aangrenzende gemeenten zenden» Er zijn reeds e enige kinderen naar een school in een _»aburige gemeente over gegaan» Het Gemeentebestuur acht zich, in de gegeven omstandigheden gerechtigd buitengewone maatregelen te treffen de heer Nooder» die natuurlijk een voorstander van een goede regeling is, vraagt zich af of hier niet een klein stukje school strijd in het geding komt. De Voorzitter merkt op dat de kosten van huisvesting der scholen, alsme de die van het vervoer der kinderen worden bestreden uit de van het Rijk te ontvangen vergoeding- De heer Nooder neemt genoogen met deze mededeeling- Wethouder Gasille zege dat de schoolvereenigingen voor de inbeslagname van de scholen eveneens een vergoeding van het Rijk ontvangen, uit welke ver goeding die bestoren ook de kosten van vervoer enz- bestrijden de heer van de Ven vraagt of door de te treffen regeling inzake het ver voer der kinderen vro^kaltor- s&ÊL de kinderen niét elders to-i? school zullen gaan en of het mogelijk is dat

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1940 | | pagina 12