24 februari 1941 4.
kindertoelageregeling en schrapping ongehuwden-aftrekalsmede
tot vaststelling van een kindertoelageregeling voor personeel
op arbeidscontract.
Volgens hun schrijven dd. 14 Pebruari 1941, no.606, stel
len Burgemeester en Wethouders onder aanbieding van de desbe
treffende ontwerp-besluiten voor:
1e. aan de gehuwde ambtenaren en werklieden in vasten of tijde-
lijken dienst, en genoemd in de bijlagen A en B van de veror
dening tot vaststelling van regelen ten aanzien van de be
zoldiging van ambtenaren en werklieden, alsmede aan de ge
huwde ambtenaren van politie, in vasten of tijdelijken dienst,
met ingang van 1 December 1940 een tijdelijke toelage te ver-
leenen van 6van de bruto-wedde, de kindertoelage, de diplo
ma- en recherchetoelagen daarbij niet inbegrepen, voorzoover
die wedde, vermeerderd met deze tijdelijke toelage, een be
drag van 7*1900,= 's jaars niet overschrijdt;
2e. met ingang van 1 Januari 1941 bij wijze van tijdelijken maatre
gel de minimum-bedragen van de kindertoelage voor het per
soneel genoemd onder 1e. te verhoogen tot «75,= per kind
en per jaar voor ambtenaren met maandloon en tot ƒ.1,45 per
kind en per week voor ambtenaren met weekloon;
5e. met ingang van 1 December 1940 de belooning van den deur
waarder-ambtenaar bij de plaatselijke belastingen, vastge
steld bij raadsbesluit van 5 Mei 1958? wanneer deze ambte
naar gehuwd is, tijdelijk te verhoogen met 6c/a;
4e. met ingang van 1 December 1940 de belooning van den contro
leur der werkverschaffing en steunverleening, vastgesteld
bij raadsbesluit van 17 December 1955, wanneer deze ambte
naar gehuwd is, tijdelijk te verhoogen met 6jfc;
5e. artikel 25 der Verordening Gemeentepolitie te wijzigen, en
wel in dier voege dat de Hoofdinspecteur, de Inspecteur(s
en de Inspecteur van Politie 2e klssse voortaan geen ver
goeding voor overwerk zullen kunnen genieten, zulks in ver
band met de verhoogde salarissen, welke genoemde functiona
rissen zullen genieten door de wijziging van de gen; omde
verordening bij raadsbesluit van 25 November 1940, en mede
omdat zij zelfstandig overwerk verrichten of daarbij leiding
geven;
6e. ten aanzien van de ambtenaren en werklieden eenzelfde kin-
derbijslagregoling te treffen als geldt voor het politieper
soneel, n.1. voor elk kind beneden den leeftijd van 10 ja
ren, ±e rekenen vanaf het 5e kind, een bijslag van y/o van
de wedde per jaar met een minimum van 60,= en een maximum
van 205,20 per kind en per jaar, onder bepaling dat de
minimum-bijslag voor hen, wier bezoldiging in weekloon is
uitgedrukt, ƒ.1,15 per kind per week bedraagt;
7e. de ongehuwden-aftrek voor ambtenaren, bedragende 95,=
per jaar te doen vervallen, aangezien de ingevoerde loon
belasting de ongehuwden reeds extra belast;
8o. een afzonderlijke kindertoeslagregoling voor het personeel
op arbeidsovereenkomst vast te stellen, welke regeling aan
sluit bij de wettelijke regeling en bij do regeling, welke on
langs door het Rijk voor zijn personeel op arbeidsovereen
komst is vastgesteld.
De heer Nooder zegt dat tot zijn genoegen hot principe, dat
de ongehuwde ambtenaar minder salaris ontvangt dan de gehuwde
ambtenaar