28 November 1947
117.
De wethouder de HAAN deelt mede, dat er na het binnen
komen van het verzoek met het schoolbestuur overleg is ge
pleegd over een gemeenschappelijke regeling. Het schoolbe
stuur wilde daar niet op ingaan, omdat het hierbij gaat om
het buiten-onderwijs. Het was echter niet ongevoelig voor
een regeling voor het binnen-onderwijswanneer daarvoor
een centraal punt kan worden gevonden.
De VOORZITTER zegt, dat de Raad slechts zijn medewerking
kan weigeren, wanneer de aanvrage de normale eisen te bo
ven gaat en dat is hier niet het geval.
De heer A.P.HILHORST meent, dat Gedeputeerde Staten
er toch geen bezwaar tegen zullen maken, wanneer de Raad
tot een voordeliger oplossing komt.
De VOORZITTER wijst er nogmaals op, dat de aanvrage
de normale eisen van het onderwijs niet te boven gaat, zo
dat de medewerking naar het oordeel van B.en W. niet kan
worden geweigerd. Daarnaast zal geprobeerd worden een gym
nastieklokaal te verkrijgen met enige toestellen voor de
drie scholen.
Het voorstel van B.en W. wordt hierop zonder hoofde-
- lijke stemming aangenomen.
127. Vaststelling van besluiten betreffende vergoeding (exploi
tatievergoeding en beloning vakonderwijzers) aan bijzondere
scholen (zie raadsbesluiten nrs.142 t/m 149 en 150 t/m
160; prae-advies nr.43).
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt over
eenkomstig de voordracht van B.en besloten.
128. Voorstel tot het verlenen van vergoeding van reiskosten
ingevolge art.13 der L.O.wet (zie prae-advies nr.49).
De heer NOQDER meent, dat deze vergoeding desverlangd
moet worden gegeven, daar hij niet heeft kunnen vinden, dat
er een weistandsgrens wordt gesteld.
De VOORZITTER zegt, dat in de wet staat, dat aan de
ouders een tegemoetkoming kan worden verleend en dat deze
kosten zo nodig geheel uit de gemeentekas worden ver
goed. Daarmede wordt aangegeven, dat de noodzaak tot het
verlenen van vergoeding aanwezig moet gijn. Spreker wijst
in dit verband op de jurisprudentie<évan het K.B. van 1 Au
gustus 1932 en zegt, dat de financiële draagkracht van
invloed kan zijn op de grootte van de vergoeding.
Het voorstel wordt daarop zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
129. Voorstel om aan de heer J.H.Wassing overeenkomstig ei
gen verzoek eervol ontslag te verlenen als hoofd der open
bare school voor v.g.l.o. (zie prae-advies nr.42).
Dit voorstel wordt zonder discussie of hoofdelijke
stemming aangenomen.
130. Voorstel inzake opheffing openbare school voor v.g.l.o.
en tot wijziging van de gemeenschappelijke regeling inzake
toelating van leerlingen uit Soest op de openbare scho
len te Amersfoort (zie prae-advies nr.47).
Mevrouw BDNGENER-Odinot vraagt zich af, of bij dit
voorstel wel aan de leerlingen en niet te veel aan het
geld is gedacht. De kinderen moeten nu naar Amersfoort
en over het algemeen zijn zij leerlingen, die niet zo ge
makkelijk meekunnen. Het voorstel vloeit voort uit de
wijziging van de Leerplichtwet. Moeten de kinderen nu maar
weer aan de arbeid? Tenslotte wijst spreekster er op, dat
de ouders nu ook de vervoerkosten der leerlingen zullen