- 21 januari 1959 -
13.
toch zeker veel te laag is in verhouding tot de toelage van
1500,aan twee diensthoofden.
Sprekers conclusie is dat hij het college dringend in
overweging moet geven de voordracht terug te nemen. Anders
zou hij stemming moeten vragen.
De VOORZITTER acht het verwijt dat het college geen
nieuwe argumenten heeft aangevoerd ongerechtvaardigd. In de
vorige vergadering heeft het college geen argumenten achter
gehouden, maar ze alle op tafel gelegd. De heer Dijkstra
overschat het inventief vermogen van het college, wanneer hij
meent dat dit, omdat het voorstel is aangehouden, thans
nieuwe argumenten naar voren zou kunnen brengen. Zou het
voorstel nogmaals worden aangehouden en zou men dan wederom
nieuwe argumenten van het college verlangen, dan wordt het
voor het college toch wel erg moeilijk!
De vergoeding voor de directeur van gemeentewerken en die
voor de directeur van het gasbedrijf staan vast, zelfs reeds
gedurende langere tijd. De voor de hoofdinspecteur voorge
stelde vergoeding is in verhouding daarmede waarschijnlijk
laag, maar het college beschikt niet over gegevens betreffend
de beide andere ambtenaren. En er is naar het oordeel van het
college geen reden voor de hoofdinspecteur een hogere ver
goeding vast te stellen.
De heer Dijkstra meent, dat zoveel diensten van de auto
gebruik maken, dat er nog twee nieuwe auto's bij zouden
moeten komen, maar het gebruikmaken van de auto wordt in het
belang van de gemeentefinanciën zoveel mogelijk afgeremd,
terwijl gezocht is naar een methode om het zakelijk autorijden
voor de gemeente op goedkope wijze te doen plaatshebben.
De commandant van de brandweer is geen gemeenteambtenaar;
zijn vergoeding ad 500,is geen kilometervergoeding, maa
alleen een premie voor het beschikbaar hebben van een auto.
Het is namelijk van belang dat hij onmiddelijk kan uitrukken
met een auto die bij zijn huis staat.
De heer DIJKSTRA zegt dat de voorzitter hem niet heeft
kunnen overtuigen. Men verwacht van de commandant van de
brandweer meer dan dat hij alleen mobiel is.
De VOORZITTER zegt dat de commandant van de brandweer,
die hier eigenlijk buiten staat 500,als premie krijgt
voor het beschikbaar hebben van een auto, maar tevens een
kilometervergoeding wanneer hij voor de gemeente rijdt. Bin
nen de gemeente wordt het echter nooit in rekening gebracht.
De heer DIJKSTRA zegt dat dit de zaak natuurlijk veran
dert, maar hij vindt het toch een groot hiaat dat voor
kilometers binnen de gemeente geen vergoeding wordt betaald.
Men verlangt van deze functionaris immers, dat hij zich ter
plaatse voortdurend op de hoogte houdt. En dat kan hij dus
niet declareren?
De VOORZITTERS Wij dwalen erg af; laten wij dit maar
laten rusten.
De heer VAN DER AREND vraagt, of het voorstel om de
hoofdinspecteur een vergoeding te geven voor het gebruik van
zijn privé-auto voor de dienst impliceert dat de dienst bij
de politie door gebrek aan auto's al eens heeft gestagneerd.
Wanneer een andere dienst en de hoofdinspecteur tegelijkertijd
de dienstauto nodig hebben, dan moet het belang van dc
hoofdinspecteur naar sprekers oordeel prevaleren. Is het wel
eens voorgekomen, dat de hoofd-inepecteur door het niet aan
wezig zijn van een auto niet in staat was zijn werk te ver-
- richten? -