- 22 april 1959 -
4-8.
De VOORZITTER zegt, dat het hier een nagekomen voor
stel "betreft.
De wethouder VAN ZADELHOPP merkt op, dat het voor
stel niet kan worden aangehouden, daar de zaak hij de
Schaepmanstraat voor 1 juni rond moet zijn. Anders moet
de gemeente gaan procederen. Daar ook gedeputeerde staten
nog hun goedkeuring moeten geven, is dit de laatste raads
vergadering, waarin deze kwestie kan worden behandeld.
Dat deze aangelegenheid zo laat aan de orde wordt gesteld
ligt aan hot late binnenkomen van de stukken van de
re chtbank
De VOORZITTER zegt te bemerken, dat de meeste raads
leden niet op de hoogte zijn van de nagekomen voorstellen.
Hij schorst daarom gedurende enige tijd de vergadering,
ten einde de raadsleden in de gelegenheid te stellen van
de desbetreffende stukken kennis te nemen.
Na hervatting der vergadering verleent hij het woord
aan wethouder van Zadelhoff ter beantwoording van het
betoog van de heer Hilhorst.
De heer HiEHORST merkt op, dat dit niet meer nodig
is, daar hij tijdens de schorsing reeds een bevredigende
uitleg van de wethouder heeft ontvangen.
Hierop wordt het voorstel zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
i. voorstel tot aankoop van grond, gelegen nabij de Schaep
manstraat van D. Molenkamp.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde
lijk stemming aangenomen.
84. Voorstel tot het aangaan van een ruiling van gronden, ge
legen aan/nabij de Korte Hartweg en aan de Hartweg, met
G. Mastenbroek.
De heer D. DE HAAN vraagt, of op het op de tekening
groen gearceerde stuk een loods staat.
De wethouder VAN ZADEIHOPP deelt mede, dat dit een
huis is, dat na ontruiming zal worden afgebroken. Om de
bewoners van andere huisvesting te voorzien wordt een
ander huis aangekocht.
Hierop wordt het voorstel zonder hoofdelijke stem
ming aangenomen.
85. Voorstellen tot verkoop vans
a. grond gelegen aan de van lenneplaan aan H. van Doorn,
van Lenneplaan 24 te Soest (1-6895).
Mevrouw POLET-Musler heeft met grote verbazing
gezien, dat dit punt opnieuw aan de orde komt. Een jaar
of twee geleden is dit voorstel aangeboden aan de commisie
grondbedrijf en uitbreidingsplan. Deze commissie is ter
plaatse gaan kijken en constateerde, dat de tekening de
situatie niet juist weergaf. Op grond daarvan zijn zowel
de commissie als de wethouder tot de conclusie gekomen,
dat het beste het achterterrein aan de heer van Doorn
kan worden verkocht, terwijl dan de zijstrook van een
beplanting zou kunnen worden voorzien. Thans wordt weer
met dezelfde foutieve tekening gewerkt. Het lijkt
spreekster het beste dit voorstel nde t aan te nemen, maar
de heer van Doorn het achterterrein aan te bieden. Hoe
denkt het college de verkoop van grond te realiseren,
waarvan een gedeelte als twee stukjes bij huizen behoren
de tuin reeds is verhuurd? Verkoop breekt geen huur.
- De -