-16 november 1960 - 158. spreker hen aan - hij ziet het dan niet slechts plaatselijk, maar ook lan delijk - eens bij het Centraal Bureau voor de Statistiek te informeren, hoeveel tienduizenden en misschien wel honderdduizenden mensen een in komen tussen de 4.000,-- en 5,000,hebben. De VOORZITTER merkt op dat telkens wanneer de hondenbelasting in de raad ter sprake komt, daar veel over is te doen. Dit vindt waar schijnlijk zijn oorzaak in het feit dat vele gezinnen bij deze aangelegenheid direct zijn betrokken. De gemeente moet uit haar eigen belastinggebied wat meer geld halen dan tot nu toe, wil zij in aanmerking komen voor een verhoogde bijdrage van het rijk. Het college heeft nagegaan welke belastingen voor verhoging in aanmerking komen. De verschillende voorstellen inzake be lastingverhoging staan op de agenda voor de vergadering van heden avond. Het college is van oordeel dat de belasting op de honden op het ogenblik bepaald laag is. Er zijn hier enkele gemeenten genoemd met ongeveer ge - lijke tarieven als die welke Soest op het ogenblik heeft. Men weet echter niet, of ook in die gemeenten niet een verhoging aan de orde is. Gemeenten die evenals Soest een verhoogde uitkering van het rijk nodig hebben om hun begroting sluitend te maken, worden met dezelfde moeilijkheden geconfron teerd. In allerlei gemeenten zijn voorstellen tot verhoging van de eigen inkomsten aan de orde. Het rijk heeft nu eenmaal bepaalde normen gesteld ten aanzien van hetgeen de gemeenten zelf kunnen bijeenbrengen. Soest heeft beslist niet een bevolking met een hoog inkomen. Het zal zeker nooit een topgemeente op het gebied van de belastingen worden, maar het moet toch wel met de door de regering aangegeven lijn meegaan. En daarom wordt thans o.m. deze verhoging van de hondenbelasting voorgesteld. Het college wil gaarne overnemen de suggestie van de heer Dijk stra om door een verruiming van de verordening degenen, die politie honden e.d. opleiden, vrijstelling van hondenbelasting te geven. Misschien wil de raad het college dan nnachtigen de definitieve redactie van deze ont heffing vast te stellen. Er moet natuurlijk voor worden gezorgd, dat wan neer de belasting ZO,-- en de contributie van een vereniging tot opleiding van recherchehonden 5,-- bedraagt, de mensen niet vluchten in het lid maatschap van een dergelijke vereniging, zonder actief lid daarvan te zijn. Het moeten actieve leden zijn, die daadwerkelijk medewerken aan het op leiden van de betrokken honden. Het is echter van groot belang dat er buiten de kring van de directe beroepsmensen ook een groep mensen uit liefheb berij deze honden opleidt. Het koppelen van de belasting aan het inkomen - zoals de finan ciële commissie voorstelt - is in principe bijzonder aantrekkelijk, omdat een belasting van ZO,-- voor een luxe hond voor de een heel wat meer betekent dan voor de ander. In de praktijk is een heffing van de hondenbe lasting naar het inkomen echter niet uitvoerbaar. Vooreerst beschikt de gemeente niet over de gegevens van de inkomstenbelasting. Ten tweede: mocht de gemeente gegevens krijgen, die een aanduiding vormen voor de hoogte van de inkomstenbelasting, dan komen die veel en veel te laat los. Wanneer men een hond heeft in 1960, dan moet de aanslag daarvoor ook in het jaar 1960 de deur uitgaan en betaald worden. Het is dan niet mogelijk om voor 1960 in het jaar 1961 of 196Z de aanslag in te dienen. De mensen zijn dan verhuisd of zij herinneren zich niet of zij in het jaar 1960 al dan niet een hond hebben gehad. Van de gehele inning komt dan in de praktijk niets terecht. Een tarief naar inkomen zou bovendien de administratieve romp slomp aanmerkelijk vergroten. Bij belastingheffing moet men niet alleen aan het bedrag van de belasting denken; men moet zich ook afvragen: Gp welke wijze brengt de belastingheffing de minste kosten met zich mede? Wanneer men iets meer binnen krijgt door veel meer kosten te maken, kan men dat meerdere beter niet innen. Dan blijft het voor de gemeentekas hetzelfde en de bevolking wordt niet gehinderd door een hogere belasting heffing. Er moet dus bij belastingheffing altijd worden gestreefd naar het eenvoudigste en het de minste kosten medebrengende systeem, opdat de belastinggelden ten minste in de gemeentekas komen en niet voor een be- -langrijk -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1960 | | pagina 320