-15 maart 1961 71. In het algemeen zullen deze verzoeken helemaal niet zoveel moeilijkheden opleveren. De grootste moeilijkheid is wanneer een blok uniform is geschil derd en de eigenaar van een der woningen een andere kleur wenst. Dat is nu iets dat het college niet wenst. Er zijn al veel blokken, waarbij het verfwerk is verbrokkeld, doordat men al te individueel te werk is gegaan. Mevrouw Polet wijst er op dat dit door de voorgestelde verordening blijft gehandhaafd. Men kan de mensen echter niet dwingen de zaak weer goed te maken. Wanneer iemand zijn, door het schilderwerk uit de toon vallend huis weer goed wil maken, dan moet hij volgens deze verordening het ge meentebestuur om toestemming vragen. Dat is een kwestie van even een brief en een antwoord. Spreker gelooft dat men tegen de administratieve consequenties van dit voorstel niet zo zwaar behoeft aan te kijken. Laten er per jaar nu eens tien, twintig, dertig mensen te Soest hun huis een geheel andere kleur willen geven. Dit kan het gemeentebestuur nog wel verwerken. De heer HILHORST: Ze zullen het toch allemaat moeten aanvragen. De VOORZITTER: Alleen wanneer men de kleur totaal verandert. Dat komt niet veel voor. Waar het gebeurt, is het echter van belang dat de gemeente een vinger in de pap heeft. Voor alleen-staande huizen kan men de eigenaars een veel grotere vrijheid laten. Maar bij blokken is het van belang te kunnen optreden. De gemeente zal bepaald geen kleurenexpert in dienst nemen. Het gaat alleen om het verkrijgen van de mogelijkheid om excessen te voorkomen. Spreker noemde reeds het voorbeeld van het huis dat een andere kleur heeft dan de overige woningen van hetzelfde blok. Men ziet ook wel een huis van een bedrijf, dat bepaalde kleuren voert, in de kleuren van dat bedrijf geschilderd. Dat is misschien uit reclame-oogpunt heel goed, maar het schreeuwt en het past niet in de omgeving. Om dergelijke gevallen tegen te gaan is deze verordening ontworpen. Het kan zijn dat de architect met opzet verschillende kleuren heeft toegepast, zoals bij de Meidoornweg is geschied. Daar zou het jammer zijn wanneer het schilderwerk uniform zou worden» Daar kunnen de mensen dus de speling in de kleuren handhaven, indien zij blijven schilderen over eenkomstig de opzet van de architect. Het betreft hier bepalingen die worden opgenomen in de Bouwver ordening. De in de Bouwverordening opgenomen mogelijkheid van beroep op de raad zal derhalve ook voor de onderhavige bepalingen gelden. De heer HOM kan wel met het voorstel akkoord gaan. Hij dringt er echter op aan de schilders ter plaatse van de bepalingen op de hoogte te stellen. De schilders kunnen daar dan hun klanten op attent maken. De heer HILHORST: Deze verordening wordt toch gepubliceerd? De VOORZITTER zegt dat de verordening inderdaad wordt gepu bliceerd. Wat deze zaken betreft, blijkt de bevolking echter niet zo goed te lezen. Het komt hem daarom goed voor om, wanneer de verordening is vastgesteld, een kleine toelichting daarop aan de schilders te zenden. De heer HILHORST merkt op dat de voorzitter zegt, dat het hier eigenlijk gaat om een administratieve kwestie. Heeft spreker het goed be grepen, dan zal echter voor ieder schilderwerk een aanvrage moeten worden ingediend, tenzij men dezelfde kleur handhaaft. Het laatste zal z.i. in de praktijk niet zoveel voorkomen, omdat de mode nu eenmaal steeds verandert. Deze gang van zaken houdt in dat iemand van gemeentewege moet beoorde len of het schilderwerk in de desbetreffende omgeving wel past. Spreker is het volledig met de heer de Bruin eens, dat dit dan een expert moet zijn. Hij gelooft dan ook dat hier meer aan vastzit dan de voorzitter zegt. Boven dien vindt hij het te ver gaan dat, wanneer iemand zijn huis in een bepaalde kleur wenst te schilderen, dit door de overheid kan worden verboden, om dat bij ti d en wijle excessen plaatshebben. Deze excessen zullen overigens wel blijven voortduren, want men is geheel afhankelijk van de man die het schilderwerk zal moeten beoordelen. Spreker is dan ook zeer beslist tegen dit voorstel. - De -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1961 | | pagina 141