-15 maart 1961 - 75, 48, Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van een in te stellen onderzoek naar de juiste vorm van de gemeentelijke bemoeiin gen met de lichamelijke opvoeding en de sport. De heer DIJKSTRA wil benadrukken dat het stemmen voor dit voorstel niet betekent, dat hij straks ook akkkoord zal gaan met de aan stelling van een vaste kracht en het oprichten van een nieuwe instantie die alles zal organiseren wat met de sport samenhangt. De heer DE BRUIN dringt er met klem op aan de desbetreffende afdeling van de vereniging van Nederlandse gemeenten te verzoekan zich bij dit onderzoek vooral toe te leggen op de behoeften van de zaalsporten. Er bestaat te Soest namelijk een zeer, zeer dringende behoefte aan een sport zaal of sporthal. De wethouder VAN ZADELHOFF zegt als antwoord aan de heer Dijkstra dat niemand zich op het ogenblik bindt. Het gaat hier alleen om het instellen van ean onderzoek. Wanneer het rapport binnen is, zal het college met een voorstel komen, ten opzichte waarvan de raad volkomen vrij zal staan. Als antwoord aan de heer de Bruin zegt spreker dat dit onderzoek alle sporten, dus ook de zaalsporten, zal omvatten. De heer DE BRUIN dringt er op aan speciaal de zaalsporten onder het oog te zien. Hierop wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 49. Voorstel tot het verstrekken van een garantie in een eventueel tekort van een op 29 april en 1 meias. te houden concours-hippique. De VOORZITTER deelt mede dat een lid van de financiële commissie zich tegen dit voorstel heeft verklaart. De andere leden van genoemde commissie kunnen zich met het voorstel verenigen, mits het dit jaar de laatste keer is dat in deze vorm een tekort wordt gedekt. De heer DE BRUIN zegt aan dit jaarlijks terugkerend voorstel nooit zijn fiat te hebben kunnen geven en dit ook thans niet te kunnen doen. Hij vindt het namelijk onverantwoord dat enige heren een staat van uitgaven en een staat van inkomsten opstellen en dan het nadelig saldo op de gemeen schap afwentelen. Hij zou voor dit voorstel nog iets kunnen voelen, indien de heren van dit comité in de tien jaar dat zij het concour s-hippique organi seren eens iets hadden gedaan om bij voorbeeld door een stichting of een landelijke rijvereniging een zekere aanhang te verkrijgen van contribuanten en leden. Ook dan zouden zij een tekort hebben gehad, maar dan was er in ieder geval een basis voor dit concour s-hippique geweest. Thans is het - met alle respect overigens voor het werk dat de betrokkenen verrichten - meer een onderonsje van enkele heren die niets en niemand vertegenwoordi gen. Het gehele concour s-hippique heeft geen enkele historische achtergrond De heer ELBERTSE kan zich aansluiten bij de heer de Bruin, al gaat hij niet zover dat hij tegen het voorstel zal stemmen. Kan echter in het onderzoek naar de subsidiëring van de sport ook deze tak van sport worden betrokken, opdat hier een betere basis van subsidiëring wordt verkregen? De VOORZITTER zegt dat het concour s-hippique indertijd één van de feestelijkheden was, die het comité voor de koninginnedag organiseer de op deze dag. Het kreeg daarvoor een bepaalde toelage of garantie van de gemeente. Naderhand heeft men - spreker is het daar wel mede eens - het beter gevonden het organiseren van het concour s-hippique over te laten aan een speciaal daarvoor gevormd comité; Dit comité heeft het concours- hippique nu enige jaren steeds op koninginnedag georganiseerd. Het concours hippique behoort eigenlijk tot de feestelijkheden op koninginnedag. Als zodanig is het wel iets anders dan een concours-hippique dat op een wille keurige dag in het jaar door een vereniging tot het organiseren van concour sen-hippique of door een landelijke ruitervereniging wordt gehouden. Spreker meent dat er in Soest een vereniging van landelijke ruiters bestaat. De heer HILHORST: Verschillende zelfs. - De -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1961 | | pagina 149