-15 maart 1961 -
88.
De VOORZITTER: Dat ligt zeer zeker in de bedoeling.
Hierop wordt het voorstel, met inachtneming van hetgeen de wet
houder vam Zadelhoff heeft gezegd over de verhoging van de grondprijs met
5% voor ieder jaar dat de grond later wordt afgenomen, zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
Voorstel inzake de bouw van 137 woningwetwoningen (etagewoningen)aan en
nabij de Dalweg.
De heer ELBERTSE merkt op dat in deze woningen misschien
centrale verwarming wordt aangebracht. Is er op het ogenblik al aan gedacht
de schoorstenen weg te laten? Of is de prijs daarvoor facultatief gesteld?
De heer DE BRUIN merkt op dat dit voorstel inhoudt dat het in de
vorige raadsvergadering genomen besluit wordt ingetrokken. Is hetgeen
thans aan de raad is voorgelegd nu definitief? Zo ja, wanneer zal dan met
de bouw worden begonnen?
De wethouder VAN ZADELHOFF zegt dat de schoorstenen inder
daad enigszins facultatief zijn. Of de schoorstenen zullen worden aange
bracht, hangt af van de vraag of de woningen van centrale verwarming zullen
worden voorzien. Maar dit geeft, voor zover spreker bekend, geen aanlei
ding meer voor verrekening. Hij heeft dit echter niet nagevraagd.
Naar aanleiding van de vragen van de heer de Bruin zegt spreker,
dat het thans goed is even te spreken over hetgeen waarover men in de vorige
raadsvergadering niet mocht praten. Toen de gemeente indertijd bezig was
met het aankopen van de grond tussen de Dalweg en de Molenstraat, werd zij
geconfronteerd met het feit dat de Coó'rdinatiebouw via een makelaar te
Soest en nog twee tussenpersonen elders een deel van deze grond aangeboden
had gekregen en min of meer in handen had. De directeur van de Coó'rdinatie
bouw heeft toen tot de gemeente gezegd: Ons wordt deze grond aangeboden;
wat is het gemeentebestuur eigenlijk van plan met die grond? Het college
heeft daarop geantwoord, dat een deel van de grond bestemd is voor woning-
wetbouw, terwijl een ander deel zou kunnen worden benut voor de bouw van
premie- en koopwoningen. Daaruit is de regeling voortgevloeid, dat de ge
meente de grond zou kopen, waarna de Coó'rdinatiebouw - hetgeen ie het vo
rige raadsbesluit is geregeld - een deel daarvan weer van de gemeente zou
overnemen voor de door haar zelf te bouwen 318 woningen, waarvan er
ongeveer 100 premie-A-woningen worden.De Coó'rdinatiebouw bood daarbij
aan de woningwetwoningen voor de gemeente te bouwen, waarbij zij de curve-
prijs garandeerdeIn de vorige raadsvergadering wist men nog niet wat de
curveprijs zou zijn. De prijs van de aannemer lag op 14.400,-- per wo
ning. Deze prijs is in Utrecht ingediend. Had spreker in de vorige raads
vergadering verteld, dat de aannemer de curveprijs garandeert, dan had
volkshuisvesting wellicht gezegd: O, zit het zo; dan kunnen wij wel een lage
curveprijs aanhouden. Had spreker in de vorige raadsvergadering die mede
deling gedaan, dan was dit onfatsoenlijk geweest tegenover deze ondernemer,
die toch in volle vrijheid mocht vechten om de curveprijs wat verhoogd te
krijgen. Oorspronkelijk had men in Utrecht een curveprijs van 13.100,
in het hoofd. Deze is na wat praten 13,400,-- geworden. Dit komt er dus
op neer, dat deze woningen worden gebouwd voor een prijs, waarvoor de
gemeente ze anders nooit had kunnen krijgen. Dit betekent echter aan de
andere kant dat de overige, door de Coó'rdinatiebouw te bouwen woningen
iets meer zullen kosten dan normaal noodzakelijk zou zijn geweest.
Als antwoord aan de heer de Bruin zegt spreker verder, dat op het
ogenblik alles hangt op de goedkeuring van het uitbreidingsplan. Het gemeente
bestuur is echter uitgenodigd daarover maandag over een week een laatste
bespreking met de provincie te hebben.
Hierop wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
De VOORZITTER stelt voor nog twee punten aan de agenda toe te
voegen. Hij doet dit omdat de bij deze voorstellen betrokkenen daarop hebben
aangedrongen.
- 70. -