Nr .6
1 8 april 1962
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der
gemeente Soest op woensdag18 april 1962, te 19-30 uur
VOORZITTER: de burgemeester, de heer Mr S.P.Baron Ben-
tinck
SECRETARIS: de heer J.J.J.M. Festen.
Tegenwoordig de leden: J. van den Arend, Ir. W.G. Bouwman, J.E.
Brouwer, J.K. de Bruin, drs L. J Dijkstra, B H A Elbertse
mevrouw E.C.van Goor-Cleton, P.Grift, D. de Haan, K. de
Haan, APHilhorst, J.H. Hom, mevrouw MHB Muurling-
Voorthuis, dr DJ P Oranje P.C.Pieren, P R van Roomen,
P.H. Versteijne en drs W G van Zadelhoff.
Afwezig met kennisgeving zijn de leden J W D Berkelbach van
der Sprenkel, H C Klarenbeek en me vrouw S M Polet-Musler
De VOORZITTER opent de vergadering en doet voorle
zing van de gebedsformule
Vervolgens deelt hij mede dat bericht van verhindering
is ingekomen van de heren Berkelbach van der Sprenkel, Kla
renbeek en mevrouw Polet-Musler
70. Vaststelling van de notulen van de raadsvergadering d.d. 26
januari 1962.
De VOORZITTER vestigt de aandacht op twee notoire
tikfouten in de notulen In het voor hem liggende exemplaar zijn
deze fouten gecorrigeerd en spreker stelt voor de notulen met
deze correcties vast te stellen.
De notulen worden, met de correcties, zonder discussie
en zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
De VOORZITTER deelt voorts mede dat van de heren
Hilhorst en van Roomen een brief is ingekomen. De heer Hilhorst
vraagt in de gelegenheid te worden gesteld vragen te stellen naar
aanleiding van het ongeval met dodelijke afloop dat op 11 april jl.
heeft plaatsgevonden bij de spoorwegovergang bij de Grote Melm-
weg. De heer van Roomen schrijft daar ook over en vraagt, het
bij de rondvraag ter sprake te brengen.
Spreker vindt de zaak van zo groot belang dat hij voor
stelt haar voor de agenda te behandelen. Dit is geen zaak voor
de rondvraag: alle aanwezigen zullen diep zijn getroffen door
het bijzonder tragische ongeluk, dat op deze spoorwegovergang
heeft plaatsgevonden. De gevoelens van deelneming gaan natuur
lijk in de eerste plaats uit naar de ouders van het slachtoffer.
Het is begrijpelijk dat een ieder die in deze gemeente verant
woordelijkheid draagt, zich er onmiddellijk op heeft beraden, of
hier niet iets moet worden gedaan om dergelijke ongelukken in
de toekomst te voorkomen.
Het lijkt spreker het beste dat hij, alvorens de heren
Hilhorst en van Roomen het woord te geven, de brief voorleest
van de heer van Roomen. Deze luidt als volgt:
"Nog vers ligt in ieders geheugen het tragisch ongeluk op
woensdag, 11 april jl. waarbij wederom een inwoner van onze
gemeente op de onbewaakte overweg aan de Grote Melm dodelijk
verongelukte
- 113 -