21 november 1962. Wanneer de gemeente een plan heeft waarin die weg is opgeno men, kan iedereen bezwaren indienen en geldt de gemeentelijke schadevergoedingsregeling. Voor verontrusting is dus geen en kele reden, al zal de raad over een schadevergoeding voor de bewoners van de Wilhelminalaan nog wel eens moeten denken. Op het ogenblik is dit echter volkomen inopportuun. Spreker wil in elk geval wachten op de uitslag van het onderzoek van de tech nische mogelijkheden van een weg over de Eng en weet of wat nog maar een visie van de gemeente is werkelijk kan worden uit gevoerd Hij is het volkomen met mevrouw Polet eens dat van een opschorten van de opdracht aan het architectenbureau in Nijmegen geen sprake moet zijn. Integendeel, hij wil tot spoed manen, want als men tot een negatieve conclusie zou komen, is het voor de eigenaren die nu menen gedupeerd te worden, veel beter te weten dat dit niet het geval zal zijn. Ook de vraag naar het aantal mogelijk gedupeerden is op het ogenblik volkomen inopportuun. De gemeente heeft geen plan: zij heeft eenvoudig een plan van de Rijkswaterstaat geno men en daarbij te rechter en te linker zijde een marge aangehou den van 50 meter. Of daarin 200 of 300 mensen zitten, zegt niets, want het is niet nodig over 300 te spreken als er misschien maar 50 zijn die worden getroffen als de weg er komt. Van het betoog dat de heer Oranje gemeend heeft te moeten afsteken, heeft spreker niets begrepen. Hij heeft gepraat over de loyaliteit in het college, en natuurlijk moet men het in een college op een bepaald moment wel eens h contree-coeur met zijn collega's maar eens zijn. Maar bij een vraagstuk als dit, waar het college zelf nog niet uit is, had de heer Oranje zich niet druk behoeven te maken en niet behoeven te zeggen: Ik ben in die tijd maar loyaal geweest. Want toen de zaak in oktober in de raad is behandeld, was de heer Oranje geen wethouder meer en had hij van zijn afwijkende houding wel kennis kunnen geven. Maar spreker heeft in die vergadering van hem daarover niets gehoord De heer Oranje praat ook over een autosnelweg. Daarover heeft spreker in de krant ook iets gelezen. Maar waar komt het eigenlijk vandaan? Het gaat hier toch niet om een weg van honderden kilometers, maar om een aftakking van de rijks weg I, een aftakking die wat verkeer van Soest moet opnemen, wat verkeer dat in een bepaald deel van Amersfoort moet zijn en het verkeer dat uit Hilversum komt. Spreker weet niet of hier nu van een "autosnelweg" kan worden gesproken. De heer Berkelbach heeft terecht gezegd dat cijfers nog helemaal niet bekend zijn. Wel zal het vermoedelijk een brede weg moeten worden, maar dat zal overal wel het geval zijn, want het ver keer neemt zo enorm toe dat alle wegen te smal zullen worden, maar van een autosnelweg op dit punt heeft spreker nog nooit gehoord, en zeker niet van de Rijkswaterstaat. En men moet wel bedenken dat niet de gemeente met deze weg over de Eng is begonnen, maar de Rijkswaterstaat. De heer DE BRUIN heeft de heer van Zadelhoff ho ren zeggen, dat hij sprekers protest niet begreep. Spreker is het volkomen met de heer van Zadelhoff eens geweest, toen de ze in zijn antwoord aan de heer Brouwer zei, dat alleen de vra gen een rol speelden. Maar naar hij heeft begrepen, zijn in de commissie denigrerende opmerkingen gemaakt over de vragen en de vragensteller, en op grond daarvan heeft hij zijn protest ingediend en gezegd zeer binnenkort contact te willen opnemen met het college. - 247 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1962 | | pagina 247