1963 18 september 1963. 146. lopig voorstel bij burgemeester en wethouders ingediend. Burgemeester en wet houders hebben dat "doorgespeeld" naar de rijksinspectie. De zaak is daar door een of andere, tot nog toe onopgehelderde, oorzaak blijven steken. Het college heeft contact opgenomen met de Amersfoortse muziekschool, die een belangrijke geschiedenis achter de rug heeft en een zeer goede naam bezit. De Amersfoortse muziekschool was bereid de mogelijkheid van het stichten van een dependance te Soest te onderzoeken. Daarbij is ook naar voren gekomen het belangrijke punt, dat het moge lijk is via deze muziekschool de opleidingsmogelijkheid ten behoeve van de plaat selijke muziekverenigingen te verbeteren. Daardoor zou de moeizame aanvulling van de muziekverenigingen met jeugdige personen kunnen worden verbeterd, ter wijl ook de kwaliteit van het samenspel via een behoorlijke leiding zou kunnen worden verbeterd. Dit aantrekkelijke punt zal nog apart in behandeling worden ge nomen. Naar spreker zo hier en daar heeft vernomen, wordt deze aangelegenheid door de muziekverenigingen beslist toegejuicht. Vanaf deze plaats wil hij een woord van dank brengen aan de aanvan kelijke initiatiefnemers. Deze hebben de eerste stoot gegeven. Door hun initia tief is gebleken, dat. er te Soest belangstelling bestaat voor een muziekschool. De dit voorjaar gehouden enquête heeft deze belangstelling aangetoond. De aan vang van de muziekschool is zeer hoopgevend. De vraag zou kunnen opkomen, of de plaatselijke muziekdocenten concurrentie van deze school kunnen ondervinden. In dit verband zij erop gewezen, dat het algemeen vormend muziekonderwijs een vak is, dat niet zonder meer kan worden gegeven door iemand die is opgeleid voor het lesgeven in piano, viool enz. Daar komt bij dat het. ontwikkelen van meer begrip voor muziek alleen maar tot gevolg kan hebben, dat de belangstelling voor het volgen van verdere cursussen toeneemt. Daardoor kan het "debiet" slechts toenemen. Bovendien bestaat bij de muziekschool de bereidheid, om Soester docenten die daarvoor belangstelling heb ben, voor de school aan te trekken. Voor concurrentie behoeft men dus niet ge ducht te zijn. De heer VANDEN BERG wil een lans breken voor de mensen beneden de inkomensgrens van 8.000,--. Hij verzoekt ten aanzien van deze groep - wan neer daartoe aanleiding bestaat - op het punt van het lesgeld van gemeentewege te subsidiëren. De lesgelden blijken namelijk echt niet mis te zijn. Zouden kin deren talent blijken te hebben voor het bespelen van een instrument, wil het col lege dan bijzondere waarborgen stellen, opdat iedereen met talent, zo nodig ten laste van de gemeenschap, de cursus kan volgen? De wethouder DE HAAN zegt dat het lesgeld voor de cursus algemeen vormend muziekonderwijs 30. -- per jaar bedraagt. Hij gelooft dat dit bedrag geen groot bezwaar kan opleveren. Misschien kan in een heel enkel geval dit be drag bezwaarlijk zijn. Wanneer het echter de richting uitgaat van het bespelen van een instrument, wordt de door de heer van den Berg aangesneden kwestie inderdaad een punt van overweging. De heer VAN DEN BERG: Ik meende dat het lesgeld 60,-- of 57,50 per jaar bedroeg. De wethouder DE HAAN: Het lesgeld is 30, -- en voor de volgende klas 35- - De heer VAN DEN BERG kan zich voorstellen dat ook dit bedrag voor bepaalde mensen bezwaar oplevert. Bestaat er dan een mogelijkheid deze mensen tegemoet te komen? De wethouder DE HAAN: Daar valt best over te piekeren. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Voorstel tot het. beschikbaar stellen van een krediet voor de verbetering van een gedeelte van de Prins Bernhardlaan De heer DE BRUIN merkt op dat dit voorstel de raadsleden nog iets later heeft bereikt dan dat met betrekking tot de muziekschool. Daardoor heeft de financiële commissie amper gelegenheid gehad het te bespreken. Welk gedeelte van het bedrag van 40.000,-- heeft betrekking op de - 142 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1963 | | pagina 144