Nr 1 O
21 oktober 1964.
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeen
te Soest op woensdag21 oktober 1 964te 19-30 uur
VOORZITTER: de burgemeester, de heer Mr S-P-Baron Bentinck.
SECRETARIS: de heer J J J M Fe sten
Tegenwoordig de leden: J van den Arend, G.C. van den Berg, J.W.D-
Berkelbach van der Sprenkel J.E. Brouwer, J.K de Bruin, Drs.L.J.
Dijkstra, B H A Elbertse P.Grift, K. de Haan A P Hilhorst, J.H.
Hom, J.C.Korte, mevrouw M H. B Muurling-Voorthuis Dr D.J.P.
Oranje, P.C.Pieren, mevrouw S M Polet-Mus Ier J R van Poppelen,
C.Verheus, mevrouw MC P Walter-van der Togt, C.C. van Weert en
Drs W.G. van Zadelhoff.
De VOORZITTER opent de vergadering en doet voorlezing
van de gebedsformule
Vervolgens stelt hij aan de orde:
207 (1) Vaststelling van de notulen van de vergadering gehouden op 1 6 september
1964.
De heer HILHORST zegt geen aanmerkingen te hebben op
deze notulen. Wat er in de desbetreffende vergadering is gezegd, staat
hierin wel vermeld. Juist daarom zijn deze notulen voor spreker evenwel
aanleiding om een zaak die hierin is vermeld, opnieuw - niet in deze
openbare vergadering, doch in de commissie grondbedrijf en uitbreidings
plan aan de orde te stellen. In deze notulen wordt nleen zodanig
scheve gang van zaken, helemaal niet strokende met de werkelijkheid, uit
de doeken gedaan, dat hij het van belang acht dat bedoelde zaak in een
commissievergadering wordt besproken.
De wethouder VAN ZADELHOFF merkt op, niet te wetai
waarop hetgeen de heer Hilhorst heeft opgemerkt betrekking heeft. Spre
ker wil ten aanzien van diens opmerkingen niettemin stellen, per se niet
van plan te zijn de zaak alleen in een commissievergadering te behandelen.
Het punt waarom het gaat zal dan ook nog eens in een openbare raadsver
gadering aan de orde moeten komen. Het lijkt erop dat het gaat om een be
schuldiging aan het adres van een wethouder die onware dingen vertelt en
dat is iets dat niet anders dan in een openbare raadsvergadering uit de
doeken moet worden gedaan.
De heer HILHORST: Het zal wel noodzakelijk zijn dat op de
behandeling in de commissie automatisch volgt, dat hierop in een openbare
raadsvergadering wordt teruggekomen.
Hierna worden de notulen zonder hoofdelijke stemming onge
wijzigd vastgesteld.
208 (2) Ingekomen stukken.
a. Besluit van burgemeester en wethouders van 15 juli 1964 inzake de
verkoop van grond "Achter Dammers", met voorstel dit besluit voor
kennisgeving aan te nemen.
b. Schrijven d.d. 27 augustus 1964 van de heer T.Rietveld, Groen van
Prinstererstraat 2 bis, alhier, inzake het knippen van hagen bij ge
meentewoningen, met een daarbij behorend rapport van de directeur
van gemeentewerken d.d. 17 september 1964, nr.2330-9, met voor
stel adressant te berichten conform dit rapport.
c. Controlerapporten van het Centraal Bureau voor Verificatie en Finan
ciële Adviezen van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, met
- 155 -