1 5 januari 1964
beleid en kan wellicht het nemen van de harde maatregel van de uitzetting -
die zeer ten koste gaat van het gehele gezin - worden voorkomen. Spreker
meent dat het aan het college moet worden overgelaten welk middel in een be
paald geval het meest geëigende is De onderhavige maatregel wordt niet geacht
het alleenzaligmakende middel te zijn. Hij dient slechts ter uitbreiding van het
bestaande arsenaal van middelen, om de mensen te brengen tot het betalen van
de huur
Hierop wordt het voorstel zonder hoofdelijke stemming aangenomen,
met de aantekening dat mevrouw Polet geacht wenst te worden te hebben tegenge
stemd
6. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor vergroting van het markt
terrein alsmede het aanbrengen van een kolk.
Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming
aangenomen
7. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor de bouw van een Chr
kleuterschool te Soest-Zuid.
De VOORZITTER deelt mede dat later nog een voorstel zal vol
gen voor de regeling ten aanzien van de grond waarop de school wordt gebouwd.
Het onderhavige voorstel betreft slechts het krediet voor de bouw
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
8. Voorstel tot het vergoeden van de reiskosten aan de leden van de schoonheidscom
missie
9. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een aanvullend krediet voor het verbete
ren van de woning Julianalaan 69-
Deze beide voorstellen worden achtereenvolgens zonder discussie
en zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
10. Voorstel tot het verlenen van ontheffing van het bepaalde in artikel 1 van de "Zo
neverordening Hinderwet" aan:
a. J. Meerding, Braamweg 49 te Soest voor het oprichten van een bankwerkerij
en lasinrichting op/in het perceel Braamweg 49-
De VOORZITTER deelt mede, dat naar aanleiding van dit punt van
de heer Janssen, Duinweg 20 te Soest, het volgende, aan de raad gerichte schrij
ven is ingekomen:
"Betreft verzoek om uitbreiding bedrijf van de heer Meerding,
Braamweg Soest-Zuid, lijkt het mij wenselijk uwe eventuele vergunning te verle
nen onder de onderstaande twee voorwaarden, t.w.:
1 ten behoeve van mijn woonhuis, gelegen westelijk achter het bedrijf. Met het
oog op radio- en televisie storingen, dat alle te gebruiken werktuigen blijvend
storingvrij moeten zijn;
2. dat alle werkzaamheden binnenshuis met gesloten deuren zullen worden gedaan,
opdat de rust in de omgeving niet wordt verstoord door hinderlijke geluiden.
Vertrouwend dat U van het bovenstaande goede nota zult willen nemen".
De VOORZITTER merkt op dat dit schrijven betrekking heeft op
voorwaarden die moeten worden verbonden aan een eventueel door burgemeester
en wethouders te verlenen vergunning. Alvorens burgemeester en wethouders
evenwel de vergunning kunnen verlenen en daaraan voorwaarden verbinden, moet
ontheffing zijn verleend van de Zone verordening Hinderwet". De brief van de
heer Janssen had dus eigenlijk moeten zijn gericht aan het college.
De heer ORANJE is het opgevallen dat het voorstel van het college
vrij sterk afwijkt van het advies van de directeur van gemeentewerken. De door
de directeur genoemde bezwaren lijken spreker echter nogal redelijk. Hij zou
daarom gaarne vernemen, op grond van welke motieven het college diens advies
niet heeft gevolgd.
De heer BERKELBACH VAN DER SPRENKEL heeft bij de behande
ling van dit punt in de commissie grondbedrijf en uitbreidingsplan gezwegen. Te
dien tijde had hij de desbetreffende stukken nog niet gezien. Hetgeen hem uit de
mondelinge uiteenzetting van de directeur van gemeentewerken niet duidelijk is
- 19 -
