15 december 1965. Het is gebruikelijk dit af te boeken op de gewone dienst. De heer Elbertse heeft er verleden jaar op gewezen, dat dit niet hele maal juist was en dat boeking diende plaats te vinden op de desbetref fende complexen die ten laste van het grondbedrijf komen, zoals Soesterveen e.d. Dat is inderdaad zuiverder en met ingang van 1965 zal die methode worden gevolgd. Natuurlijk moet nog wel een klein bedrag op de gewone dienst worden geboekt. Als hier bij voorbeeld eens een lezing wordt gehouden door het bureau van Embden, moeten de kosten daarvan ergens worden ondergebracht. Zulke'kleine posten kunnen ten las te van de gewone dienst komen. Het punt dat de heer Dijkstra naar voren heeft gebracht is in de financiële commissie besproken, alsmede nog enkele andere punten, waarmee de commissie tenslotte akkoord is gegaan. De heer de Bruin bracht echter verschillende andere punten ter sprake, welke niet in de commissie zijn behandeld. Hij kan niet verlangen, dat spreker al deze zaken in zijn hoofd heeft. Dit is een zuiver technische aangelegen heid; hij kan niet zo maar uit de mouw schudden hoe het allemaal is gegaan. Wel is hij het met de heer de Bruin eens, dat de posten wat duidelijker kunnen worden omschreven. Dat zal bij voorkomende gelegen heden zeker gebeuren. De heer DE BRUIN: Ik heb mijn bezwaar tegen de summiere toe lichting alleen maar met voorbeelden gestaafd.' De wethouder VAN DEN AREND zegt dat de tweede vraag van de heer Dijkstra, of hier alle kosten in zitten, bevestigend kan worden beantwoord De derde vraag van de heer Dijkstra zou spreker graag willen delegeren aan de heer Hilhorst. De wethouder HILHORST: Misschien wil de burgemeester die vraag beantwoorden. Ik wil het ook wel doen, maar ik vind het een heel vervelende vraag in een openbare vergadering; dat wil ik u toch zeggen. De heer DIJKSTRA: Ik ben toch zo vrij om die vraag te stellen. De wethouder HILHORST; De burgemeester zal u wel antwoorden. De VOORZITTER herinnert eraan, dat de heer van Embden aanvan kelijk persoonlijk het gemeentebestuur op het gebied van de uitbreidings plannen adviseerde Later heeft hij zich met verschillende medewerkers geassocieerd. Zijn bureau is tenslotte uitgegroeid tot een n.v. en de medewerkers hebben onderling de taken verdeeld. De heer Roorda van Eysinga heeft zich gespecialiseerd op het stedebouwkundige werk, ter wijl de heer van Embden zelf zich op het ogenblik blijkbaar meer met architectenwerk dan met stedebouwkundig werk bezig houdt. De heer Roorda van Eysinga doet het stedebouwkundige werk en, naar het inzicht van het college, op een bijzonder lofwaardige wijze. Hij werkt al heel lang voor Soest en hij is dus goed op de hoogte van de ontwikkeling in het verleden, van de wording ook, en te vens van de visie van het gemeentebestuur op de toekomstige ontwikke ling. Burgemeester en wethouders zijn volledig tevreden over het werk van de heer Roorda van Eysinga. Dit werk brengt uiteraard aanzienlijke kosten mee. Een ver andering van stedebouwkundige zou echter in geen enkel opzicht tot be zuiniging leiden; het zou waarschijnlijk juist duurder worden. De ta rieven van de stedebouwkundige zijn landelijk vastgelegd, evenals de architectentarieven. Wat dat betreft maakt het dus geen verschil of de ere stedebouwkundige voor de gemeente werkt of de andere, want ze han teren vastgestelde tarieven. Wanneer men verandert van stedebouwkundige moet men afwachten hoe de nieuwe man zijn werk doet. Hij zal boven- - 170 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1965 | | pagina 171