15 december 1966. Tegenover het werk van de betrokken ambtenaren mag gerust wat staan. Op de betrokken ambtenaren wordt met een zekere regelmaat buiten de kantooruren een beroep gedaan. Het is begrijpelijk dat het extra verlof niet in zijn totaliteit wordt opgenomen en dat dat alleen gebeurt wanneer daar dringende redenen voor zijn. Immers: de vakantie is aan het werk aange past. Deze ambtenaren voelen zelf dat een zwaarder belasten van de dienst door het opnemen van extra verlofdagen niet mogelijk is. Wanneer iemand dringende arbeidsvoorwaarden worden voorgeschreven, moet hij eerst gehoord worden. Dat moet niet uit een gevoel van goedigheid worden gedaan, want misschien vinden die ambtenaren een eventueel te treffen regeling helemaal niet prettig. De VOORZITTER zegt dat het niet dringend noodzakelijk is dat de ambtenaren de commissieyergaderingen bezoeken. Het voorstel van de heer van den Berg heeft alleen zin als de gemeente de aanwezigheid van de ambte naren dwingend zou voorschrijven en er kan worden gekozen tussen betaling en verlof. Maar zo is het niet. De ambtenaren bezoeken de commissievergaderin gen, omdat men geïnteresseerd is, omdat men bij het werk betrokken is. Als het de ambtenaren niet zo goed schikt, komen ze niet. De ene ambtenaar komt ook vaker dan de andere. Dat hangt ook een beetje van de persoonlijke instel ling van de betrokkenen af. In ieder geval zou spreker de hogere ambtenaren van een eventueel te treffen maatregel willen uitsluiten, want voor deze categorie ambtenaren is het bezoeken van de commissievergaderingen helemaal een onderdeel van hun functie. Dan rijst echter de vraag: Waar ligt de scheiding? Wanneer is het geen onderdeel van iemands functie en wanneer wel? De ambtenaren van sociale zaken hebben wel eens meer werkzaamheden buiten de kantooruren. Dat ligt nu eenmaal aan de aard van hun werk. Als men een beroep kiest, weet men wat de gevolgen zijn. De politie weet dat b.v. ook, ook die mensen zijn nooit zeker van hun werkuren. Dat geldt voor een sociaal werker niet zo sterk, maar het is toch iets anders dan de normale, administratieve betrekking. Misschien wil wethouder de Haan de kwestie nog eens met de betrokken ambte naren bespreken. Maar op het ogenblik is er geen noodzaak om te komen, dus men kan niet zeggen: of geld omdat men er moet zijn, of extra verlof. Want dan kan de gemeente op dit moment zeggen: dan komt u maar niet. De heer VAN POPPELEN gelooft niet dat het juist is dat het voorstel van de heer van den Berg thans in stemming wordt gebracht. Bekeken zal moeten worden of het bijwonen van de commissievergaderingen inharent is aan de fune- tie van de desbetreffende ambtenaren,, een en ander afhankelijk van de salariëring. Spreker stelt voor - niet alleen de commissie voor sociale bij stand houdt immers avondvergaderingen - de kwestie in het georganiseerd over leg aan de orde te stellen. De heer VAN DEN BERG: Daar is de kwestie al aan de orde geweest.' De heer BERKELBACH VAN DER SPRENKEl/denkt in dezelfde richting als de heer van Poppelen. Hij vindt het bedenkelijk dat eigenlijk het merendeel van de raadsleden onvoorbereid voor een beslissing wordt gesteld, voor een beslissing die zeer verstrekkende gevolgen heeft. Er zou beslist moeten worden over het principe of ambtenaren presentiegeld krijgen voor het bijwo nen van de commissievergaderingen. Daartoe is de zaak terug te voeren. Dat is geen kwestie die vanmiddag eventjes kan worden beslist. Spreker ondersteunt derhalve het initiatief van de heer van Poppelen, zodat het college de mate rie eerst van alle kanten kan bekijken. Burgemeester en wethouders kunnen dan in de komende raadsvergadering met een voorstel komen waarin alle mogelijk heden en onmogelijkheden aan de raad ter kennis worden gebracht. De VOORZITTER wil. dit voorstel graag overnemen. Het college zal over de onderhavige materie een nota samenstellen. Gaan de heren van den Berg en Verheus met deze gang van zaken akkoord? De heer VAN DEN BERG merkt op dat de onderhavige materie reeds - 271 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1966 | | pagina 272