16 februari 1966.
40(13) Voorstel om de garantie voor een tekort van het concours-hippique 1965
te verhogen van 3.000,tot 4.000,
De heer DIJKSTRA zegt dat hij steeds de behandeling van deze
zaak in de financiële commissie heeft meegemaakt, doch dat hij de laatste
vergadering van deze commissie niet tot het einde heeft kunnen bijwonen.
Daarom komt spreker thans op deze zaak terug. Hij betreurt namelijk de
vorm waarin de conclusie van deze commissie is gegoten.
Spreker geeft toe dat hij behoorlijk ontstemd^astoen hij hoor
de van de misère waarop het in 1965 gehouden concours hippique is uitge
lopen. Men hoorde toen namelijk van allerlei bepaald onaangename dingen,
zoals van niet betaalde rekeningen en van uitgebreide consumpties. Al met
al kreeg spreker de indruk dat men het geld nogal over de balk had ge
gooid, dat men ir. het algemeen de zaak slordig had geadministreerd en
dat betrokkenen hebben gedacht: Wat kan het ons schelen of het een beetje
duurder of iets minder duur wordt, want de gemeente is er goed voor.
Spreke" wil niet zeggen, dat dit laatste met zoveel woorden is gezegd,
maar hij kreeg de indruk dat met name het organiserende comité zich on
voldoende rekenschap gaf van het bedrag waartoe de gemeente zich garant
had gesteld De financiële commissie heeft enige vergaderingen gehad
met het bestuur van de betrokken vereniging en bij die gelegenheden zijn
er van de zijde van de financiële commissie-zeer duidelijke dingen gezegd.
Dat bestuur heeft zich dat blijkbaar toch wel aangetrokken: alle nota's
die tevoren onbetaald waren gebleven zijn. uiteindelijk voldaan en men is
na lang trekken voor de dag gekomen, met een volledige verantwoording.
Een en ander is voor spreker aanleiding om het college en de
raad aan te "aden, ook de keerzijde van de medaille te bekijken. Aan de
ene kant staan er dingen waarover men zich oprecht kwaad heeft gemaakt:
slordig omspringen met de kosten van de organisatie, een slordige ad
ministratie, traagheid in betaling en het feit dat men de gemeente weken
lang op antwoord heeft laten wachten. Hiertegenover staat dat het concours
goed is geweest, op een hoog niveau heeft gestaan en bij insiders een
heel goede pers heeft gehad Alles tegen elkaar afwegende, moet spreker
zeggen dat hij persoonlijk het prettiger zou hebben gevonden als de gemeen
te ook het estant van het nadelige saldo voor haar rekening zou hebben
genomen en dat gebaar vergezeld zou hebben doen gaan van de zeer duidelijke
waarschuwing aan de heren die het bestuur hebben uitgemaakt, dat in den
vervolge het bedrag van de garantie nimmer zal worden overschreden en dat
wanneer nog eens ter zake van een concours hippique een beroep op een
gemeentelijke garantie wordt gedaan, de gemeente verwacht dat er aan
stonds een behoorlijke verantwoording ter tafel wordt gebracht. Hij be
treurt het dus dat niet is voorgesteld, de verleende garantie uit te brei
den tot 4 740,99 en. dat men niet iets meer de positieve kant, namelijk
die van de geleverde prestaties, naar voren heeft laten komen, waarbij
hij o.a denkt aan het werk van de jury en van de deskundigen die zich
wekenlang met de organisatie van dit concours hippique hebben bezigge
houden
De heer 0LDENB0QM merkt op dat het bestuur van de in dit voor
stel genoemde vereniging waarschijnlijk wat verder heeft gesprongen dan
zijn polsstok lang is. Uit toelichtingen heeft spreker begrepen, dat dit
gedeeltelijk het gevolg is van misverstanden, die voor een deel zijn te
wijten aan het feit dat het-zij van de kant van de sportstichting, hetzij
van de zijde van de gemeente geen inzicht in de begroting is gevraagd en
niet juist is gesteld, dat het in dezen niet ging om een bijdrage fonds
perdu, doch uitsluitend om een garantie voor het geval dat het concours
hippique door onverhoopte omstandigheden zou mislukken. Spreker laat in
het midden of hetgeen de gemeente heeft toegezegd met opzet verkeerd is
geïnterpreteerd, maar hij kan zich in ieder geval voorstellen, dat er
misverstanden zijn ontstaan. Daarom zou hij willen adviseren dat in de
toekomst van de kant van de gemeente begrotingen worden gevraagd, wanneer
het gaat om het verlenen van gemeentelijke garanties in gevallen als het
onderhavige