van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad der gemeente
Soest op woensdag 16 maart 1966, te 19.30 uur.
VOORZITTER: de burgemeester, de heer Mr. S.P. Baron Bentinck.
SECRETARIS: de heer J.J.J.M. Festen.
Tegenwoordig de leden: J.van den Arend, G.C.van den Berg, J.W.D. Berkel-
bach van der Sprenkel, J.K.de Bruin, Drs. L.J. Dijkstra, B.H.A. Elbertse,
P. Grift, K.de Haan, A.P. Hilhorst, J.H. Hom, mevrouw P.M.van Kleef-Beck,
J.C. Korte, G.H. Oldenboom, Dr. D.J.P. Oranje, mevrouw S.M. Polet-Musier
P.C. Pieren, J.R.van Poppelen, C. VerheusA.J.van Vloten, mevrouw M.C.P.
Walter -van der Togt en A.S. Westra.
De VOORZITTER opent, te 20.15 uur, de vergadering en doet voor
lezing van de gebedsformule.
Vervolgens spreekt hij de volgende woorden:
Dames en heren.' Ik moet beginnen met mijn verontschuldigingen
aan te bieden voor het feit dat wij een aantal van de hier aanwezige leden
een hele tijd hebben laten wachten. U wilt misschien wel aannemen dat dat
is gebeurd in verband met besprekingen in het belang van de gemeente en
dat dat enigszins als verontschuldiging mag dienen.
Aan het begin van deze vergadering wil ik gaarne even stilstaan
bij j.1. donderdag, toen onze kroonprinses is getrouwd, een voor ons land
en onze natie bijzonder belangrijke historische dag, voor de kroonprinses
persoonlijk uiteraard ook een heel erg belangrijke en ingrijpende dag.
Ik spreek de hoop en de verwachting uit, dat die dag het begin zal zijn
van een heel gelukkige periode voor de kroonprinses en haar man en dat
dit ook zal strekken tot zegen van ons land.
De gemeente heeft, zoals u zich zult herinneren, het bruidspaar
een geschenk gegeven. Dat geschenk is aangeboden door een deputatie uit
het college en het is met grote dankbaarheid en met groot enthousiasme
ontvangen. De prinses heeft ons gevraagd haar dank aan het gemeentebestuur
over te brengen en te zeggen dat zij het geschenk bijzonder waardeert.
Ik kwijt mij heel graag van deze taak.
45(1) Vaststelling van de notulen d.d. 19 januari 1966.
Deze notulen worden zonder discussie en zonder hoofdelijke
stemming ongewijzigd vastgesteld.
46(2) Ingekomen stukken.
a. schrijven d.d. 26 januari 1966 van de directeur van het telefoondistrict
Amsterdam inzake telefoonnetten Soest en Soesterberg.
De heer PIEREN zegt dat dit stuk betreft een eerste stap naar
een belangrijke verbetering. Spreker stelt het op prijs dat de abonnees
te Soest en te Soesterberg in één telefoonboek zullen worden vermeld. Hij
hoopt dat deze abonnees spoedig ook onder één netnummer te bereiken zullen
zijn. Hij vreest evenwel dat dit nog lang een vrome wens zal blijven. Hij
hoopt dat het college ten aanzien hiervan attent zal blijven in zijn con
tacten met de P.T.T.
De VOORZITTER zegt dat hij tegenover de directeur van het tele
foondistrict Amsterdam erkentelijkheid voor het eerste en grote teleurstel
ling over het tweede heeft uitgesproken, toen de directeur hem vóór de ont
vangst van dit schrijven de inhoud hiervan mededeelde. Aan een wijziging
ten aanzien van de netnummers als door de heer Pieren bedoeld blijken
zoveel technische moeilijkheden te zijn verbonden, dat spreker niet verwacht
dat die wijziging spoedig een feit zal zijn.
De heer HOM constateert dat de zakenmensen in Soest op een ander
district zullen zijn aangewezen als zij met Amsterdam willen telefoneren.
- 45 -
Nr. 3.
16 maart 1966.
NOTULEN