4 22 maart 1966. heer Westra duidelijk zal zijn, dat dit voor wat het onderhavige object betreft tot de onmogelijkheden behoort. Er is moeilijk iets in te brengen tegen het wantrouwen dat de heer Oranje uitspreekt ten aanzien van de stedebouwkundige De heer ORANJE: Ten aanzien van de architect.' De wethouder HILHORST In zijn persoon als architect. Wij delen uw mening niet. Wij geven toe, dat wij het toezicht op de bouw op Eng I graag beter hadden gehad, maar u kunt ervan verzekerd zijn, dat hier echt wel op is gewezen en dat wij de volledige zekerheid hebben, dat voor wat het toezicht betreft van de zijde van de architect volledig zal worden voldaan aan de verwachtingen die men mag hebben ten aanzien van hetgeen een architect in het belang van zijn principaal heeft te doen. Het spijt ons heel erg dat dit het argument is om zich te verklaren tegen deze wo ningbouw. In VVD-kringen beluistert men altijd nogal dat men zo begaan is met de woningzoekenden. Ik geloof dat dit ook een zoeken is, maar dan naar een manier om verschoond te blijven van de medewerking aan het doen tot stand komen van deze woningen en dat men zich verschuilt achter een architect zonder er nu eens spontaan blijk van te willen geven dat het de V.V.D. werkelijk menens is met de bestrijding van de woningnood. De heer ORANJE: Dit laatste is een insinuatie die ik helemaal voor uw rekening moet laten.' De wethouder HILHORST zegt dat het college ook de heer Hom er kentelijk is voor diens medewerking in dezen. Tot slot dankt spreker voor het vertrouwen dat men als raad te dezen in het college stelt door ter zake van deze zo moeilijke en belang rijke materie spontaan medewerking te verlenen. De heer DE BRUIN zegt dat de heer Hom het ten onrechte heeft doen voorkomen alsof de raad het uitstel van de behandeling van dit voor stel heeft te danken aan de K.V.P-fractieSpreker meent dat in de com missievergadering voorafgaande aan de vorige raadsvergadering alle frac ties hebben aangedrongen op dat uitstel. Spreker blijft het een bezwaar vinden dat bij de huurvaststel- ling ten aanzien van déze woning hun inzicht in de mogelijkheden van huur betaling der woningzoekenden ontbreekt. Het is spreker niet mogelijk met het door het college gekozen bouwteam in zee te gaan. Hij wil wat dit betreft een uitzondering maken voor het Bureau Berenschot. Hij kan zeer tot zijn spijt zijn stem aan dit voorstel niet geven. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen, waar bij op hun verzoek wordt aangetekend, dat de heren de Bruin en Oranje ge acht wensen te worden tegen te hebben gestemd. Op voorstel van de VOORZITTER wordt het volgende punt aan de agenda toegevoegd 73(2) Voorstel om in beroep te gaan tegen het besluit van gedeputeerde staten van Utrecht, waarbij alsnog de raad is gehouden medewerking te verlenen aan de besturen van de v.g1o-scholen te Soest voor de aanschaffing van een wasmachine en een centrifuge. De wethouder DE HAAN zegt dat. het hier een zaak betreft die aan een bepaalde termijn is gebonden. In oktober 1963 hebben een tweetal v.g1o.-scholen verzocht om medewerking voor de aanschaffing van wasmachines en centrifuges voor het onderwijs aan die scholen. De raad heeft toen op voorstel'tvah het college op dat verzoek afwijzend beschikt, mede in overleg met de school besturen, om te trachten tot in de hoogste instantie te laten uitmaken, of het inzicht van het college inderdaad het juiste was, danwel of er plaats was voor een ander inzicht. Deze zaak heeft in beroep gediend bij gedepu- et raadsbes wijz.g.g. - 72 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1966 | | pagina 73