21 juni 1967. nabij het vliegveld Soesterberg op het gemeenteriool. Ii7(21) Voorstel tot het verlenen van een krediet voor het aanschaffen van spelma teriaal ten behoeve van de openbare kleuterschool te Soesterberg. Deze beide voorstellen worden achtereenvolgens zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 148(22) Voorstel tot- het beschikbaar stellen van een krediet voor de bouw van een gymnastieklokaal bij de openbare school voor g.l.o. te Soest-Zuid, De heer VERHEUS vraagt of dit gymnastieklokaal wanneer het bij de openbare school voor g.l.o. te Soest-Zuid zal worden gerealiseerd, niet wat ongunstig zal zijn gefgen ten opzichte van de andere scholen in Soest- Zuid. Hij denkt hierbij met name aan de vrij grote school aan de Driehoeks- weg. Hij begrijpt wel dat te dezen ook de kwestie van de beschikbaarheid van de benodigde grond een belangrijke rol speelt, maar acht het niet uit gesloten dat met enig passen en meten en wat overleg een ten opzichte van de vier scholen die van dit lokaal gebruik zullen maken, een wat centraler gelegen stuk grond zou kunnen worden aangewezen voor de bouw van dit lo kaal. Hij zal graag vernemen of wat dit betreft de mogelijkheden zijn beke ken. De heer STAM constateert dat de in dit voorstel genoemde prijs zeer hoog is. Verder constateert hij dat de gemeente volgens dit voorstel wederom in zee zal gaan met de Koninklijke Nederlandse Heide Maatschappij, waarmede niet zulke prettige ervaringen zijn opgedaan. Hij gelooft dat het beter zou zijn een particuliere architect in te schakelen voor het maken en verder uitwerken van de plannen. De nu voorgestelde prijs vindt hij be duidend te hoog. Mevrouw POLET-Musler verheugt het zeer dat er na de ontstellend lange lijdensgeschiedenis met betrekking tot het tot stand komen van een gymnastieklokaal in Soest-Zuid een klein kansje is, dat wat dit betreft kan worden aangehaakt aan een bouwstroom waardoor men zo ver kan komen dat de kinderen in Soei-Zuid gymnastiekonderwijs kunnen ontvangen Zij merkt hierbij op dat in Soest-Zuid hele generaties door de lagere scholen zijn gegaan die nooit een gymnastieklokaal van binnen hebben gezien. De heer WESTRA onderschrijft de woorden van mevrouw Polet Ook zijn fractie juicht het zeer toe, dat er in Soest-Zuid een gymnastiek lokaal zal worden gebouwd,dat zal kunnen worden gebruikt door de leerlingen van de lagere scholen en door verenigingen in Soest-Zuid. Deze fractie heeft hiervoor alle waardering. De wethouder DE HAAN zegt als antwoord aan de heer Verheus dat de voor dit gymnastieklokaal gekozen plaats door gedeputeerde staten al in 1953 onder de aandacht van het college van burgemeester en wethouders, dat overigens de desbetreffende mogelijkheden reeds had onderkend, is geb bracht. Zolang is het al geleden dat men bezig is te trachten in Soest-Zuid een gymnastieklokaal tot stand te brengen. Een eenvoudig rekensommetje leert dat dit lokaal onvoldoende is voor alle scholen in Soest-Zuid, Er zijn wekelijks 26 beschikbare uren en er zijn 30 leerkrachten. Dat is niet best, want eigenlijk behoort per klas per week 2 uur gymnastiekonderwijs te worden gegeven. Men zou dus eigenlijk twee en een half gymnastieklokaal in Soest-Zuid moeten hebben, In de verdere planning van Soest-Zuid is gerekend met nog een ruimte voor een gym nastieklokaal bij de nog te bouwen tweede christelijke school. Zou over eenkomstig hetgeen behoort te geschieden per klas gedurende twee lesuren per week gymnastiekonderwijs worden gegeven, dan zouden de beide dichtbij elkaar gelegen scholen in Soest-Zuid, te weten de openbare school en de katho lieke school aan de Hildebrandlaan, dit lokaal al vullen en dan zou er voor de andere scholen andere ruimte moeten komen. Daarom is spreker wat de ge kozen plaats betreft niet zo benauwd. Het voordeel van het gekozen punt is dat het los van de openbare school, via een aparte ingang, is te bereiken vanaf de Heideweg, waardoor avondgebruikhet gebruik overdag en het gebruik door andere scholen geen stoornis oplevert voor het onderwijs in de school - 158 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1967 | | pagina 159