12 december 1967.
Er zijn in de bossen inderdaad goede wegen. Gelukkig wordt er
tijdens de week-einden meer gebruik gemaakt van de Soester bossen dan voor
heen. Men ziet het aantal wandelaars steeds meer toenemen.Het is een geluk
kig verschijnsel dat degenen die niet beschikken over een auto toch in de
nabije omgeving in het bos kunnen gaan wandelen. Wanneer men echter gaat
wandelen in de bossen, dan zal men bemerken, dat er steeds meer fietsers
in het bos komen. De wandelaars moeten steeds opzij voor de fietsers. Dit
is vooral voor moeders met kinderen een niet direct aangename situatie.
Wanneer men de paden bewandelt die zijn uitgezet als wandelpaden, dan kan
men met plezier 200 meter A 300 meter lopen, maar daarna komt men tot de
ontdekking, dat men op een pad terecht komt dat practisch onbegaanbaar is.
Men zou dan, om op een goed pad te kunnen blijven wandelen, moeten terugke
ren en steeds op hetzelfde pad blijven lopen. Men zal de bossen, al zijn
ze niet renderend, meer toegankelijk moeten maken voor het publiek. Men zal
de hogere kosten voor lief moeten nemen, want de Soester bevolking kan van
de bossen profiteren.
De KVP-fractie begrijpt natuurlijk dat mevrouw Walter niet alle
gestelde vragen kan beantwoorden. Wanneer zij echter haar belofte nakomt
is sprekers fractie allang tevreden.
Reeds enkele jaren geleden is in de raad gesproken over de even
tuele bouw van een sporthal in Soest. Wethouder de Haan heeft toen inderdaad
gewezen op de in Amersfoort aanwezige sporthal, die nog niet volledig werd
gebruikt. De Soester zaalsportverenigingen werden daarom naar Amersfoort
verwezen. Thans blijkt dat de sporthal in Amersfoort te klein is. Het inwo
neraantal van Soest neemt gestadig toe. Men kan nu wel wachten tot alles
urgent is, maar wat de sporthal betreft zal men moeten vooruitzien. Natuur
lijk moeten er financieringsmogelijkheden aanwezig zijn.
In eerste instantie heeft spreker gepleit voor het voeren van een
progressief beleid. Wethouder van den Arend heeft gesteld dat het college
alles doet wat mogelijk is. Spreker zou echter graag hebben gehoord voor
welke projecten Soest extra kredieten heeft verkregen als gevolg van de
extra moeite die is gedaan. Wanneer bepaalde ingezetenen regelmatig bij bur
gemeester en wethouders op de stoep staan, dan besluit men op een gegeven
moment die steeds terugkerende vervelende vent maar te helpen om van het
gezeur af te zijn. Het gemeentebestuur van Soest zal dit in Utrecht of Den
Haag ook moeten doen. Ook al stoot men tien of twintig keer zijn hoofd, wan
neer men volhoudt zal Utrecht of Den Haag tenslotte wel een. keer buigen en
kan Soest iets meer doen.
De toezegging die wethouder de Haan heeft gedaan met betrekking
tot de scholenbouw is verheugend.
Met betrekking tot de sporthal merkt spreker nog op dat deze ma
terie vermoedelijk is besproken in de door wethouder de Haan aangehaalde
informele raadsvergadering. Helaas heeft slechts een gering aantal raadsle
den deze vergadering bezocht. Spreker moest tot zijn spijt naar een andere
vergadering (eveneens in gemeentelijk verband)die eveneens belangrijk was.
Men kan nu eenmaal niet op twee plaatsen tegelijk zijn. Dit geldt wellicht
ook voor andere raadsleden. Daarom verzoekt hij, wanneer het enigszins mo
gelijk is, uiteen te zetten hoever het initiatief-comité sporthal Soest met
zijn werkzaamheden is gevorderd.
Wethouder van den Arend heeft sprekers opmerking met betrekking
tot de bomensterfte goed begrepen. Hij heeft niet de bedoeling gehad te stel
len dat de gemeente in gebreke zou zijn gebleven bij de aanleg van gasbui
zen, waardoor veel sterfte aan de bomen zal ontstaan. De vraag van de
KV.P.-fractie was zuiver informatief bedoeld. Welke omvang heeft de schade
aangenomen? Kan er in de toekomst bij het aanleggen van gasbuizen rekening
worden gehouden met de aanwezigheid van bomen en planten, opdat er zo wei
nig mogelijk ziekte of sterfte zal optreden? Langs de rijksweg kan men ge
rust, ter verkrijging van een beter uitzicht, een stel bomen opruimen. In
- 328 -