17 februari 1967.
deskundige het gehele profiel van de Birkstraat te bekijken?
De wethouder HILHORST zegt dat het eerste contact met een verkeers-
deskundige heeft plaatsgehad. Deze persoon zal, als de raad zijn goedkeuring
geeftde gemeente straks adviseren met betrekking tot het gehele gemeente
lijke wegenpatroon. Maatregelen met betrekking tot de rijksweg zijn zeer ur
gent.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen.
25(6) Voorstel tot het verlenen van voorschotten aan diverse schoolbesturen over
het jaar 1967 als bedoeld in:
a. artikel 103, 6e lid der Lager-onderwijswet 1920;
b. artikel 35, 6e lid van het Besluit buitengewoon lager onderwijs 1949;
c. artikel lOlbis der Lager-onderwijswet 1920;
d. artikel 75, 4e lid van de Kleuteronderwijswet.
Deze voorstellen worden zonder discussie en zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
26(7) Voorstel tot aankoop van grond gelegen:
a. aan de Rademakerstraat van W.M.A. Akkerman.
Dit voorstel wordt - met vaststelling van de desbetreffende begro
tingswijziging - zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
b. aan de Birkstraat van W. van Altena.
De heer PIEREN zegt dat in voorgaande raadsvergaderingen en in deze
vergadering grondaankopen aan de Birkstraat aan de orde zijn gekomen en
komen. Hoeveel percelen grond of gedeelten van voortuintjes moeten nu nog
door de gemeente worden aangekocht, voordat tot verbreding van de Birkstraat
kan worden overgegaan? Is de verwachting gerechtvaardigd, dat binnen korte
tijd deze aankopen kunnen worden gerealiseerd? Hoeveel percelen moeton nog
worden aangekocht? Kan het college niet de nodige druk uitoefenen op de
grondeigenaren, opdat de gemeente de grond zo spoedig moeelijk in haar be
zit krijgt?
De heer HOM heeft vernomen, dat in het voois te gedeelte van ae BirK-
straat (het gedeelte dat thans open ligt) enkele percelen grond zijn die
nog niet aan de gemeente zijn afgestaan. Daardoor zal dezelfde situatie ont
staan als jarenlang elders heeft bestaan aan de rijksweg. Een aantal ob
stakels blijft daardoor in het smalle gedeelte van de straat bestaan en
die obstakels zijn zeer gevaarlijk. Wanneer er ongelukken plaatsvinden, wie
draagt dan de verantwoordelijkheid? De geringe medewerking om perceeltjes gronc
ter verbreding van dewegpnaf te staan, mag gerust aan de kaak worden gesteld.
De wethouder HILHORST merkt op dat de gemeente vier percelen nog
niet heeft kunnen aantrekken. Drie eigenaars hebben toegezegd dat de riole
ring door hun perceel grond mag worden gelegd, waardoor een geweldige stag
natie bij de werkzaamheden die thans aan de gang zijn, wordt voorkomen (op
het ogenblik is men bezig de riolering, de wandel- en rijwielpaden aan te
leggen). Eén eigenaar heeft aanvankelijk toegezegd, dat de riolering door
zijn perceel grond zou mogen lopen, doch is later op die toezegging terug
gekomen. Rondom dit perceel grond moet nu een noodriool worden gelegd. Als
geen overeenstemming met de eigenaars wordt bereikt - het college hoopt nog
steeds overeenstemming te bereiken - zal inderdaad een gedeelte.van het wan
delpad niet kunnen worden aangelegd, met alle gevaren van dien.
De heer PIEREN: Kan er niet tot onteigening worden overgegaan?
De wethouder HILHORST: Dat kan inderdaad.' Voortgaande zegt
spreker dat de gemeente met onteigeningen ook al minder aangename ervaringen
heeft opgedaan. Een onteigening duurt ontzettend lang en geeft zoveel compli
caties, dat het college nog steeds de voorkeur blijft geven aan het verkrij
gen van grond door minnelijke schikking. Het college koestert de hoop dat
met twee eigenaars nog overeenstemming zal worden bereikt. De mogelijkheid
bestaat dat de eigenaars - wanneer zij zien dat hun grond een opstakel vormt
voor de wandel- en rijwielpaden - alsnog bereid zijn mede te werken.