21 augustus 1968. toch op wijzen dat dit stuk maandagavond j.1. om half acht niet in het be zit van de raadsleden was en dat in het reglement van orde staat dat 2 x 24 uur voor de raadsvergadering alle voorstellen in het bezit van de raads leden behoren te zijn. De VOORZITTER merkt op dat de raad kan zeggen dit voorstel niet in behandeling te willen nemen, doch dat het hem erg zou spijten en betrok kene zou worden gedupeerd als de raad dit voorstel inderdaad zou aanhouden. De heer DE BRUIN wijst er op dat deze overeenkomst pas per 1 ok tober 1968 ingaat en dat de raad op 18 september a.s. wederom vergadert. De VOORZITTER merkt op dat men niet moet geloven, dat een in de vergadering van 18 september a.s. genomen desbetreffend raadsbesluit op 1 oktober a.s. zal zijn goedgekeurd en dat men zeker niet moet geloven, dat dan op 1 oktober a.s. het benodigde krediet beschikbaar zal zijn. De heer VAN POPPELEN zegt dat hij zich in grote lijnen met de ge- dachtengang van de heer De Bruin kan verenigen. Hij wijst er op dat van de kant van verschillende fracties meermalen is gesteld, dat de raadsleden tijdig de beschikking moeten hebben over de te behandelen stukken. De secretaris heeft vrijdag j.1. dit voorstel in de vergadering van de commissie grondbedrijf en uitbreidingsplan gebracht en daarbij behoor lijk toegelicht om welke redenen het op prijs zou worden gesteld als dit voorstel in de eerstvolgende raadsvergadering zou worden behandeld. De toen aanwezige leden van deze commissie waren er naar sprekers mening wel van doordrongen, dat het belangrijk zou zijn als een uitzondering werd gemaakt en dit voorstel alsnog op de agenda voor deze vergadering werd geplaatst. Gezien de achtergronden van het onderhavige geheel, zou spreker de raad wil len vragen in overeenstemming met de wens van de voorzitter thans het in ontwerp voorgelegde besluit te nemen. De heer DE BRUIN zegt dat hij wat de heer Van Poppelen naar voren heeft gebracht graag aanneemt. Met dit voorstel is een vrij groot bedrag gemoeid, namelijk ruim 81.000,plus wat hier in de toekomst aan belastingschadevergoeding bij komt. Met het oog hierop vraagt spreker bij wijze van voorstel of niet op korte termijn voor dit agendapunt - en als er tussentijds nog iets naar vo ren komt, ook daarvoor - een aparte raadsvergadering kan worden belegd, zodat de raad in elk geval de gelegenheid zal hebben de bijbehorende stuk ken behoorlijk te bestuderen. Hij voegt hieraan toe dat hij niet eens de gelegenheid heeft gehad de stukken in te zien, aangezien ze er niet waren. De VOORZITTER meent voldoende duidelijk te hebben gemaakt, waarom hij van mening is dat het van belang is dit voorstel thans aan te nemen. Er wordt beslist schade berokkend bij ieder uitstel, want het is, gelet op de periode tussen nu en 1 oktober a.s.al heel kort dag, wil deze zaak nog tijdig een beetje rond komen, zowel wat de goedkeuring betreft als wat de financiering betreft. Het college ontraadt de raad aanneming van het voor stel van de heer De Bruin om dit voorstel van het college aan te houden. Hierna vraagt de voorzitter of het voorstel van de heer De Bruin wordt gesteund. De heren EBBERS en WESTRA verklaren het voorstel van de heer De Bruin te steunen. De VOORZITTER constateert dat het voorstel van de heer De Bruin voldoende wordt gesteund om onderwerp van beraadslaging te kunnen uitmaken. De heer DE BRUIN vestigt er de aandacht op, dat zijn voorstel niet alleen aanhouding van het voorstel van het college, maar ook het op korte termijn beleggen van een aparte raadsvergadering betreft. De VOORZITTER zegt dat hij niet weet wat de heer De Bruin onder "op korte termijn" verstaat. De heer DE BRUIN zegt dat hij hierbij in dit geval aan het be gin van de volgende week denkt. - 160 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1968 | | pagina 161