26 september 1968. plaats inneemt en dat u het bindend element vormt in de gehele gemeente lijke bestuurs-organisatieIk. heb vanaf de eerste dagen dat ik in uw na bijheid mocht werken, grote waardering gehad voor uw wijsheid, recht vaardigheid en humaniteit. Ik heb altijd bewondering gehad voor uw op recht medeleven ook met de privé-aangelegenheden van de ambtenaren. Zelf ben ik grote dank verschuldigd voor alles waarmede u mij van dienst was. Niet alleen ambtelijk, maar ook in gevallen van zuiver particuliere aard, rakende mijn gezin, mocht ik u meermalen bereid vinden mij uw hoog gewaardeerde steun te verlenen. Dat zal mij altijd bijblijven. Daarvoor nogmaals mijn bijzondere dank. Staat u mij toe, mij thans een ogenblik te wenden tot de hoof den van dienst en de ambtenaren, in het bijzonder tot hen met wie ik da gelijks hier op het gemeentehuis mocht samenwerken. Ik meen te mogen zeg gen, dat onze onderlinge verhouding niets te wensen overliet. Wij hadden zo nu en dan als diensthoofden een vruchtbaar en zeer amicaal contact. Ik ben de hoofden van dienst erkentelijk voor de oprechtheid en collegia liteit waarmede zij mij altijd tegemoet kwamen. Al waren er in het ver leden misschien een enkele keer meningsverschillen van zuiver ambtelijke aard, ik geloof niet dat deze ook maar enige afbreuk aan de goede onder linge verstandhouding hebben gedaan. Ik hoop dan ook dat waar het moge lijk is in de toekomst onze vriendschap niet geheel verbroken zal worden. Ten aanzien van het ambtelijk apparaat in zijn geheel moge ik opmerken, dat ik altijd heb gemeend het zo te moeten zien, dat de secre tarie de centrale schakel vormt tussen het geheel der gemeentelijke dien sten en het bestuur. Ik heb weieens de indruk gehad, dat de diensten ervoor voelden rechtstreeks en direct hun zaken af te doen met het be stuur en de secretarie als centrale schakel overbodig achten. Zij zien dan in de secretarie in die gevallen slechts een tijdverspillende en nodeloze doublure. De vraag is hier of deze verlangde werkwijze schade kan doen aan een geïntegreerd bestuur. Ik durf mij maar moeilijk aan een definitieve uitspraak te wagen. Desintegratie van het bestuur, die ook weieens door wethouders wordt voorgestaan vanwege hun verlangen naar grotere zelfstandigheid en onafhankelijkheid, zou naar mijn mening voor het algemeen gemeentelijk bestuursbeleid weieens desastreuze gevolgen kunnen hebben, die een verdere afbraak van de zelfstandige gemeente in de hand zouden kunnen werken ten koste van het democratisch plaatselijk bestuur. Coördinatie van het geheel lijkt mij een waardevolle noodzaak. De secretarie als centraal verbindingsapparaat kan daarin, dacht ik, onmogelijk worden gemist. Men zal toch dienen te bedenken, dat het altijd gaat om een juiste afweging der onderscheidene belangen die om beharti ging vragen en de inpassing daarvan in de totaliteit van het bestuur. Ik ben de ambtenaren ter secretarie, waarmede ik dagelijks mocht omgaan, dankbaar voor hun onmisbare steun, kennis en ervaring, zonder welke de secretaris uiteraard hopeloos zou hebben gefaald. Op een dag als vandaag ben ik geneigd voor mijzelf verantwoording af te leggen. Ik vraag mij af, wat ik ervan terecht heb gebracht en waarin ik tekort ben geschoten. Ik moet erkennen in menig opzicht in gebreke te zijn ge bleven. Maar ik heb er steeds zo goed mogelijk naar gestreefd eerlijk, rechtvaardig en onpartijdig te zijn. Ongetwijfeld heb ik niet altijd aan redelijke wensen en verlangens kunnen voldoen. Verschillende ambtenaren heb ik misschien weieens teleurgesteld. Maar ik kan slechts eerlijk ver klaren, dat ik niemand opzettelijk onrecht heb willen aandoen. Voor de van hen ondervonden tegemoetkomendheid en hartelijkheid kan ik de ambte naren alleen maar oprecht dankbaar zijn. Ik leg mijn functie thans neer met een gevoel van grote erken telijkheid aan bestuurders en ambtenaren. Het verheugt mij op een dag als vandaag ook dankbaar te mogen erkennen, dat mijn vrouw mij aldoor - 203 -

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1968 | | pagina 204