16 oktober 1968
den overgegaan tot de aanschaf van meer en grotere machines, dan kan
worden overwogen alle machines onder te brengen bij één dienst. Op het
ogenblik is het echter wenselijk dat de kleine graafmachine wordt aan
geschaft door het gasbedrijf en ook ten laste van dit bedrijf komt.
De heer DE BRUIN betwijfelt ten zeerste of de aan te schaffen
graafmachine 240 250 dagen per jaar van 's morgens vroeg tot 's avonds
laat aan het graven is in de gemeente Soest
Omzetbelasting, omslag gemeentewerken en straks de b.t.w. zijn
helemaal niet in het geding, wanneer de machine wordt aangeschaft door
gemeentewerken en gebruikt door het gasbedrijf. In wezen is het gasbe
drijf een administratieve eenheid in gemeentelijk verband, maar zeer
zeker geen juridische eenheid in gemeentelijk verband. Drie voornoemde
componenten kan men dan ook zeer zeker buiten beschouwing laten bij
verhuring van de graafmachine door de dienst gemeentewerken aan het gas
bedrijf. Men verhuurt ook geen fiets aan zijn vrouw.'
De heer KORTE zegt geen antwoord te hebben gehad op de door
hem gestelde vragen.
Wethouder Van den Arend heeft inmiddels nog duidelijker ge
maakt dat het onderhavige stuk helemaal niet goed is opgesteld. Het
stuk gaat niet uit van de werkelijkheid. Spreker heeft dan ook ernsti
ge bezwaren tegen het voorliggende voorstel.
De wethouder VAN DEN AREND antwoordt dat op het ogenblik één
graafmachine wordt gehuurd met een man erbij. Het personeel van het
gasbedrijf behoeft echter niet te worden uitgebreid na aanschaffing
van de graafmachine. De graafmachine zal worden "bemand" met een fitter
en een huloje. Het gasbedrijf heeft de beschikking over enkele hulpjes
die worden ingezet voor alle mogelijke werkzaamheden. Tot nog toe werd
er een graafmachine met een arbeidskracht gehuurd. Dat hulpje komt
thans op de graafmachine te zitten. Deze wordt daarvoor gpeciaal opge
leid, Het. gasbedrijf heeft derhalve geen extra personeel nodig en be
hoeft dan ook geen extra kosten te maken.
De heer DE GROOT vraagt of de directie van het gasbedrijf
zich bij de aanschaf van de graafmachine terzijde laat staan bij de
keuze van de graafmachine. Wanneer de machine eenmaal in gebruik is,
zal dan ook worden bekeken of de tweede machine van hetzelfde fabrikaat
dient te zijn? De raad zal er blijkens de beantwoording van wethouder
Van den Arend immers rekening mede dienen te houden, dat het mogelijk
is dat te zijner tijd een krediet wordt gevraagd voor de aanschaf van
een tweede graafmachine.
Het is noodzakelijk dat er een goede keuze wordt gedaan en
dat men zich door deskundige terzijde laat staan.
De wethouder VAN DEN AREND zegt dat het voor de hand ligt
dat er een machine wordt gekocht die aan de gestelde eisen en ver
wachtingen voldoet. Hij kan op het ogenblik niet zeggen welk type ma
chine zal worden aangeschaft. De raad kan er echter van op aan dat
deskundige adviezen zullen worden ingewonnen.
De heer DE GROOT meent dat er kan worden gesproken van een
proef. De keuze van de tweede machine zal z.i. afhangen van de resul
taten die worden bereikt met de eerste graafmachine.
De heer VAN POPPELEN zegt dat het instituut van een centra
le verzorgingsdienst de achtergrond vormde voor het meerderheids
advies van de commissie openbare werken en de financiële commissie.
Zullen burgemeester en wethouders de raad te zijner tijd hun stand
punt in dezen mededelen?
De heer OLDENBOQM gelooft dat burgemeester en wethouders
reeds een principe-uitspraak, hebben gedaan door het onderhoud centraal
te stellen. Wanneer men het onderhoud centraal stelt, dan stelt men de
- 212 -
