21 februari 1968. om tegen te stemmen, want dat zal slechts een loos gebaar zijn. Spreekster kon deze zaak echter niet laten passeren zonder de door haar gemaakte op merkingen te maken. De heer DE GROOT stemt in met hetgeen door mevrouw Polet is gezegd. H^j meent dat het college nog wel iets kan doen, want men kan wor den vrijgesteld van het betalen van schoolgeld, wanneer het inkomen van het gezin beneden een bepaald minimumbedrag blijft. Blijkens de normen komt een gezin met zes kinderen bij een inkomen van net 10.000,per jaar voor vrijstelling in aanmerking. Blijkens het preadvies zijn er op dit ogenblik geen vrijstellingen van kracht in Soest. Spreker betwijfelt of er geen ge zinnen voor een dergelijke vrijstelling in aanmerking komen. Is het moge lijk dat niet iedereen van alle mogelijkheden op de hoogte is? Het verdient aanbeveling de bewoners van Soest op de geringe mogelijkheden die er zijn, te wijzen. De heer VERHEUS dacht dat men het in de onderwijscommissie eens was geworden over een andere redactie met betrekking tot de vrijstellingen. De woorden "wettelijk minimumloon" zouden worden ingevoegd. De VOORZITTER: Inderdaad. Dat bedrag van 128,-- is inmiddels al 131,-- geworden. De heer VERHEUS: Daarom zouden ook de woorden "wettelijk minimum loon" worden toegevoegd. De heer DE GROOT merkt op dat de opmerking van de heer Verheus waarschijnlijk wel terecht is. Maar de fractie van de Boerenpartij is niet vertegenwoordigd in de onderwijscommissie en spreker kon dus niet weten wat er in deze commissie is besproken. De VOORZITTER: Ook andere raadsleden zitten niet in de onderwijs commissie. Het is goed dat de heer Verheus mij even aan dit punt herinnert. Voortgaande zegt spreker dat mevrouw Polet zal begrijpen, dat hij niet op haar betoog zal ingaan. Tot op heden was het voor kleuteronderwijs verschuldigde schoolgeld niet zo verschrikkelijk hoog. Dan vragen de mensen zich niet zo snel af of er mogelijkheden tot vrijstelling zijn. Het is thans voorstelbaar, dat er meer belangstelling voor de vrijstellingen zal bestaan. Nu er in de raad over deze materie is gediscussieerd, zullen er ongetwijfeld mensen zijn, die een poging zullen wagen om vrijstelling te verkrijgen. Mevrouw ORANJE-EntinkHoe wordt bekend gemaakt dat er mogelijk heden tot vrijstelling zijn? De VOORZITTER: Ongetwijfeld zal er iets over deze discussie in de pers verschijnen. Dat zal dan wel voldoende zijn. Wanneer men vrijstelling kan krijgen van het betalen van een bedrag van 48,- dan is men heus wel geneigd om iets te lezen in de krant. De heer DE BRUIN merkt op dat mevrouw Polet tijdens de raadsverga dering van 17 januari j.1. heeft opgemerkt dat de gemeenteraad niet de plaats is om over het beleid van Den Haag te spreken. Hij meent dat dit ook voor het onderhavige agendapunt geldt. Mevrouw POLET-MuslerSoms kan het water je echter zo na aan de lippen komen, dat je toch over het beleid van Den Haag moet spreken.' De heer DE BRUIN: Maar het gaat om het beleid van Den Haag.' Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 43(23) Voorstel tot het geven van een naam aan de openbare school voor g.l.o. te Soestdijk en het beschikbaar stellen van een krediet voor het aanbrengen van deze naam aan het schoolgebouw. Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 44(24) Voorstel tot het garanderen van een geldlening ad 1.400.000,aan te gaan door de N.C.H.B. ten behoeve van de bouw van 48 premie-bejaardenwoningen na bij "Molenschot".

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1968 | | pagina 46