74 tische tijd tot over het midden van de vorige eeuw. De ze stijl ging vooraf aan de neogotische en neoromaan- se stijl, die juist bij de katholieke kerkbouw erg in zwang is gekomen. De meeste waterstaatkerken staan in de steden en heb ben een wat classicistisch aandoende voorgevel. De zijgevels zijn door de omringende stadsbebouwing wat veronachtzaamd en heel erg eenvoudig gehouden. Dat is aan de kerk te Soest ook te zien. De zijgevels heb ben alleen maar hoge ramen. Er zijn niet zo heel veel van deze kerken meer. Dat is de reden, waarom zij in het vaderlandse erfdeel van de architectuur een bijzonder en steeds schaarser wordend specimen vormen. Wanneer men langs de vrij eindeloze rijksstraatweg door Soest rijdt, komt men weinig aantrekkelijke mo numenten tegen; de oude kerk en de westpartij van de onderhavige kerk zal men zich later waarschijnlijk wel herinneren. De heer VELDHUIJSEN: Is het oude Middelwijk ook zo iets als de onderhavige toren? De VOORZITTER: Neen. De heer VELDHUIJSEN: Dat kan dus wel verdwijnen? De VOORZITTER: Dat heeft de minister ook niet op de lijst gezet. Dat is volkomen waardeloos. Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. 139 (15) Voorstel tot het verlenen van een renteloze geld lening aan het R.K. Kerkbestuur van de Parochie H.H. Petrus en Paulus. 140 (16) Voorstel tot aankoop van grond en toren van het R.K. Kerkbestuur. 141 (17) Voorstel tot wijziging van het Algemeen Ambte narenreglement. Deze voorstellen worden achtereenvolgens zonder dis cussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. 142 (18) Voorstel tot wijziging van de begrotingen 1968 van de algemene dienst, het gasbedrijf en de gemeen telijke sociale dienst. De heer WESTRA zegt dat met betrekking tot de be- roting van het gasbedrijf aanvankelijk een tekort van 70.725,- was geraamd. Het tekort is gelukkig in een winst van f. 15.578,- omgezet. Het oorspronkelij ke tekort zou worden gedekt door de bekende uitke ring van de Gasunie via het Gasbedrijf Centraal-Neder- land. In de loop der jaren zijn al verscheidene uitke ringen gedaan door de Gasunie en datgene wat door de gemeente te vorderen was, is grotendeels opgesou peerd. Te vorderen is nog een bedrag van f. 72.000,- in verband met de uitkering per aansluiting. Verdient het geen aanbeveling dat de gemeente Soest aandringt op uitbetaling van dit bedrag? De gemeente Soest heeft behoefte aan kapitaal om verschillende werken te kunnen uitvoeren. Met betrekking tot wijzigingen van de begroting van de algemene dienst heeft het sprekers aandacht ge trokken dat een groot aantal bedragen is overgeschre ven van de gewone dienst 1968 naar de gewone dienst 1969, omdat bepaalde werken niet zijn uitgevoerd. Op 20 november 1968 besloot de raad om aan gelden die beschikbaar kwamen door het niet verschuldigd zijn van rente en aflossing, een andere bestemming te ge ven. Dit bedrag beloopt in totaal f. 257,000,-.Het bedrag dat betrekking heeft op niet uitgevoerde werken be loopt f. 365.000,-. Er is dus nog ruim f. 100.000,-- over voor het treffen van voorzieningen die in het di recte belang zijn van de huidige inwoners. De vraag rijst derhalve of de dienst van gemeentewerken wel voldoende bemand is om zijn taak op bevredigende wijze te kunnen uitvoeren. Is er wellicht een achter stand in de uitvoering van in wezen kapitaalwerken die nu gefinancierd worden via de gewone dienst? De dienst van sociale zaken ondergaat een heel lange en grote begrotingswijziging. De toelichting die daar op wordt gegeven, is zeer summier. Verscheidene posten zijn met een ton overschreden, maar het waar om ontbreekt. Als men de kranten leest, wordt men gewaar dat Soest feitelijk geen werklozen telt, maar de uitkering werklozen wordt verhoogd met ongeveer f. 130.000,-. Wat is daarvan de oorzaak? Heeft men hier te doen met jeugdwerkloosheid of betreft het hier oudere werklozen die zijn uitgesloten uit het produk- tieproces en niet meer aan de slag komen? De post betreffende de bejaardentehuizen wordt ge steld op f. 654.387,47. Oorspronkelijk bedroeg deze post ongeveer f. 360.000,-. Men heeft hier te maken met een verhoging van ongeveer f. 290.000,- en deze verhoging zou het gevolg zijn van het openstellen van Molenschot, Het is echter bijkans onmogelijk dat Molenschot f. 290.000,- heeft gekost. Een uitvoerige toelichting van de oorzaken waarom de verschillende posten met aanmerkelijke bedragen zijn verhoogd, acht spreker gewenst. De toelichting spreekt van: 100 subsidie, zie post Dat zegt niets. De wethouder VAN DEN AREND deelt mede dat de bijdrage die het Gasbedrijf Centraal-Nederland van de Gasunie ontvangt, f. 50,- per aansluiting bedraagt. Voor Soest met zijn 7.200 aansluitingen betekent dit een bijdrage van f. 360.000,-. Inmiddels heeft het G.C.N. f. 293.500,- (f. 288.000,- plus rente) ontvan gen. Dit bedrag komt Soest toe. Daarvan heeft de ge meente reeds f. 286.000,- geincasseerd, zodat zij wat dat betreft nog een tegoed heeft van f. 7.500,-. De laatste f. 10,— die de gemeente per aansluiting nog tegoed heeft van het G.C.N. wordt niet eerder door de Gasunie betaald dan wanneer alle deelnemende ge meenten het desbetreffende contract hebben getekend. Zodra dit is gebeurd, wordt de laatste bijdrage aan het G.C.N. betaald en komt het bedrag ad f. 72.000,- ter beschikking van de gemeente. Nu heeft Soest daar nog geen recht op. Soest is de enige van alle deelnemende gemeenten die reeds zoveel aan bijdragen heeft ontvangen. Andere deelnemende gemeenten hebben veel minder opgeno men. De gemeente Soest is er dus nog helemaal niet zo nadelig afgekomen. De heer WESTRA: Dat heb ik niet ontkend, maar naar mijn mening moet de gemeente Soest toch aan dringen op de uitbetaling van de f. 72.000,-, die zij nog tegoed heeft. De wethouder VAN DEN AREND: Daarop zal door ons ook worden aangedrongen, maar het bedrag ge baseerd op het laatste tientje kan het G.C.N. niet uit betalen, omdat het dit zelf van de Gasunie nog niet heeft ontvangen. Zodra het G.C.N. het bedoelde be drag ontvangen heeft, zal het aan de gemeente worden doorgespeeld. De wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT zegt dat hetgeen de heer Westra aan cijfers heeft ge noemd, voornamelijk betrekking heeft op administra tie en overboeking van de ene dienst naar de andere. Iets anders is of deze overboeking wellicht een uitvloei sel is van het feit dat gemeentewerken over te weinig personeel beschikt om zijn taak uit te voeren. Tot nu

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1969 | | pagina 73