ook niet meer dan billijk dat de tarieven van Utrecht worden opgetrokken tot het peil waarop Soest reeds zit. Tijdens een in december jl gehouden spoedvergadering van het algemeen bestuur is gebleken, dat de minister van economische zaken de voorgestelde verhoging niet heeft geaccepteerd Een verhoging van de tarieven met 20% is voor de minister de maximaal aanvaardbare verhoging Wanneer alleen de tarieven die beneden het Soester ta nef liggen zouden worden verhoogd, zal dat voor het W,M N. een aanzienlijk groot en onaanvaardbaar verlies betekenen Uit de stukken blijkt dat er reeds een tekort is, Dat tekort zou nog aanzienlijk worden vergroot Men zal begrijpen dat er in de vergadering van het alge meen bestuut heftige tegenstand is geweest tegen het voorstel om ook de tarieven van de buitengemeenten met 20% te verhogen De vertegenwoordigers van de andere buitengemeenten hebben met spreekster het voorstel van het algemeen bestuur onaanvaardbaar genoemd Het dagelijks bestuur voerde natuurlijk de nodige tegenargu menten aan, ofschoon dit bestuur ook meende dat er sprake is van een onrechtvaardige zaak Door het voorstel om de tarieven voor het gehele gebied met 20% te verho gen zullen de verschillen die er thans reeds zijn nog ver der uit elkaar worden getrokken In Utrecht, waar het tarief f 0,30 per m3 bedraagt, zal de verhoging f 0,06 bedragen, terwijl men in Soest f 0,09 per m3 meer zal moeten gaan betalen, omdat de prijs van het water op dit ogenblik f 0,43 per m3 bedraagt Het algemeen bestuur heeft een tussenvoorstel gedaan dat is aanvaard Maar de in dit tussenvoorstel genoemde tarieven zullen nauwe lijks enig soelaas bieden Spreekster is blij met de suggestie om te protesteren te gen de gang van zaken Dat protest is alleszins op zijn plaats Wanneer het niet mogelijk blijkt de tarieven voor Utrecht met een groter bedrag te verhogen, dan is dat jammer In ieder geval zal de materie over een halfjaar opnieuw kunnen worden besproken met de minister van economische zaken Te hopen zij dat het protest van Soest van invloed zal zijn op de beslissing van de minis ter, Wellicht behoort een verlaging van de tarieven voor Soest dan tot de mogelijkheden (Een dergelijke veria ging is de gemeente in uitzicht gesteld Het college aanvaardt gaarne de door de heer Korte naar voren gebrachte suggestie Soest heeft over de verhoging van de tarieven met 100% geen woord vuil gemaakt De ze verhoging is aanvaard, omdat het college meende dat een forse tariefverhoging niet irreëel was Het ligt thans naar spreeksters wijze van zien in de lijn dat ook de ta rieven in de gebieden die op het ogenblik verder onder de gangbare tarieven liggen, fors worden opgetrokken. De heer ELBERTSE merkt op dat het hem is opgevallen dat de bouw van een hoofdkantoor voor het W M N aanvankelijk is begroot op f 3 miljoen Op het ogenblik worden de kosten echter begroot op f 10 miljoen. Wil men de hogere kosten van het hoofdkantoor soms door berekenen in het water? Hoe komt het dat de bouwkos ten zo hoog zijn opgelopen? De wethouder mevrouw WALTER VAN DER TOGT zegt dat de kosten voor het hoofdkantoor van het W M.N, aanzienlijk hoger zijn dan f 10 miljoen In 1970 zal voor deze bouw f 10 miljoen worden uitgegeven In de toelichting bij de begroting staat ook vermeld dat de bouw wordt vervroegd Daardoor zal er in 1970 aanzien lijk meer geld op tafel moeten komen voor deze bouw Het is derhalve niet zo dat de bouwkosten zijn gestegen met f 7 miljoen; alleen het bedrag dat in 1970 zal moe ten worden uitgetrokken is hoger dan men aanvankelijk heeft gedacht De VOORZITTER zegt dat er, daar de heer Korte heeft gesproken namens alle fracties, geen stemming nodig is over hetgeen door het college wordt voorgesteld. De suggestie van de heer Korte wordt door het college gaarne overgenomen De heer KORTE dankt het college namens alle fracties. Hij zal gaarne tijdens de volgende commissievergadering horen welke stappen er inmiddels zijn genomen. De VOORZITTER: Het lijkt mij praktischer de brief die uitgaat naar het ministerie van economische zaken, ter inzage te leggen in de leeskamer Dan kan iedereen kennis nemen van de inhoud van deze brief. Met betrekking tot het stuk wordt hierna besloten over eenkomstig hetgeen daaromtrent door burgemeester en wethouders is voorgesteld. g Brief d,d 19 december 1969 van Gebr, J.C, en P. Swa- ger te Soest, waarbij voorziening wordt gevraagd tegen de ingevolge artikel 25 der Woningwet uitgegane aanschrij ving d d 9 december 1969 Dit stuk wordt gesteld in handen van burgemeester en wethouders om advies h Brief d.d, 16 januari 1970 van de heer M.B.A. Vos, inhoudende beroep tegen de weigering van een bouwver gunning voor een bouwsel aan de Lange Brinkweg. Dit stuk wordt gesteld in handen van burgemeester en wethouders om advies. 2, Voorstel tot verdaging van de beslissing omtrent de vaststelling van de bestemmingsplannen „Soestereng-Weg over de Eng", ,,Soestereng-Park en Centrum", ,,Ker- ckenlandt" en ,,Wieksloterplas", De heer PIEREN merkt op dat de twee na laatste alinea van het voorstel als volgt luidt: „Tijdig binnen de gestelde termijn is een aantal bezwaar schriften ingekomen, waarvan de behandeling tot op dit moment nog niet geheel is afgerond om u nu reeds een voorstel terzake te kunnen doen," De bezwaarschriften zijn natuurlijk allemaal te rubrice ren naar bezwaar, Bij de behandeling van de begroting 1969 is verzocht de commissies meer in te schakelen. Spreker vraagt zich af of het in het onderhavige geval niet gewenst is dat de behandeling van de bezwaarschrif ten plaatsvindt in de vergadering van de betrokken com missie, zodat deze commissie kan meedenken en meebe sturen. Het is z.i, alleszins juist dat aan het onderhavige specifieke onderwerp een extra commissievergadering wordt gewijd, Is het college daartoe bereid? De heer DE BRUIN zegt dat wordt voorgesteld de vast stelling van de genoemde bestemmingsplannen met maxi maal drie maanden te verdagen. Is deze periode van drie maanden de maximale termijn, vastgelegd in artikel 25 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening? De heer DIJKSTRA vraagt of kan worden medegedeeld hoeveel bezwaarschriften zijn ingediend De wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT zegt dat het college graag bereid is de betrokken com missie te kennen in de afhandeling van de bezwaar schriften Burgemeester en wethouders moeten zich nog beraden over de beste wijze van afhandeling. De afhan deling van de bezwaarschriften vergt vanzelfsprekend veel voorbereiding Eerst dienen de verschillende be zwaarschriften immers te worden gerubriceerd. De vraag van de heer De Bruin kan bevestigend worden beantwoord, tweemaal in drie maanden is de uiterste termijn De heer DE BRUIN: Tweemaal drie maanden? 9

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1970 | | pagina 10