de gemeenteraden van de omliggende gemeenten, waaronder Soest, heeft geschreven Het betreft hier een brief waarin wordt gevraagd om het betuigen van adhesie ten aanzien van de zelfstandigheid van Hoog land. In een bepaalde vergadering heeft spreker deze weekvernomen, dat van de omliggende gemeenten al leen Soest nog niet heeft geantwoord op die brief De VOORZITTER zegt dat de door de heer Van Pop- pelen bedoelde brief het college niet bekend is Het is mogelijk, dat die brief de vorige week is binnengeko men, maar De heer VAN POPPELEN: Het zou begin september geweest zijn, In het kranteverslag van de betrokken vergadering van de gemeenteraad van Hoogland, stond dat de omliggende gemeenten een schrijven zou wor den gezonden In een bepaalde vergadering die ik deze week heb meegemaakt, werd daarnaar geïnformeerd De VOORZITTER: Ik wil niet zeggen dat hij niet is binnengekomen, want ik weet het niet In ieder geval is de brief ons niet bekend. Maar er zal navraag naar worden gedaan 273 Voorstel tot vaststelling van de uitkerings- en pensi oenverordening wethouders der gemeente. Dit voorstel wordt zonder discussie en zonder hoofde lijke stemming aangenomen, 274 Voorstel tot vaststelling van een nieuwe verordening op de heffing en invordering van slacht- en keurlonen. De VOORZITTER deelt mede, dat de commissie openbaar slachthuis zich met dit voorstel kan vereni gen, evenwel met uitzondering van twee leden, die te gen de verhoging van de tarieven zijn en die verzoeken het voorscel aan te houden tot meer zekerheid is ver kregen omtrent opheffing van keuringskringen Voorts deelt spreker mede, dat de financiële commis sie zich met dit voorstel kan verenigen met uitzonde ring van één lid dat tegen de tariefverhoging is, een lid dat verzoekt het voorstel aan te houden tot meer ze kerheid is verkregen met betrekking tot opheffing van keuringskringen en één lid dat zich zijn stem voorbe houdt. De heer PIEREN merkt op dat er al vanaf 1964 in de slachthuiscommissie uitvoerig is gediscussieerd over de concentratie van slachthuizen met daaraan gekop peld de opheffing van keuringskringen. In de vele ver gaderingen die daaraan zijn gewijd, is ook aandacht besteed aan de tekorten van de laatste jaren. In 1965 bedroeg het tekort rond f 3 700,--, in 1966 rond f. 8.700,-, in 1967 f. 23.341,-, in 1968 f. 27.155,- en in 1969 f. 30.499,50. Deze tekorten waren voor de le den van de slachthuiscommissie iedere keer weer aan leiding om zich af te vragen: Wat moeten wij met dit slachthuis? Wat doen wij hier verder mee? Regelma tig is toen door de toenmalige wethouder medege deeld dat het college van mening was, dat het gemeen tebestuur een zeer afwachtende houding moest aanne men. In 1968 en 1969, toen werd verwacht dat de tekor ten nog groter zouden worden, is vanuit de slachthuis commissie de gedachte geopperd om de slacht- en keurlonen te verhogen om daarmede het tekort wat kleiner te maken. Met zeer veel klem heeft de toenma lige wethouder dat aan de slachthuiscommissie ontra den, omdat naar zijn mening en naar de mening van het totale college een tekort van rond f, 30.000,— voor dit slachthuis in feite een gulden per inwoner was en daarmede toch ook een stuk gezondheidszorg werd betoond. Door het college is de concept-begro ting voor 1971, die naar sprekers mening in de verga deringen van b, en w. na 1 september jl. is behandeld, toch wel akkoord bevonden. Is hij goed ingelicht, dan is die begroting inmiddels bij de drukker en kunnen de raadsleden haar zelfs een dezer dagen thuis ver wachten. Dit betekent naar sprekers wijze van zien, dat het college akkoord is gegaan met een tekort van rond f. 35.000,- op de slachthuisbegroting. Maar nu komt plotseling het onderhavige voorstel uit de lucht vallen en wel, naar in de slachthuiscommissie is mede gedeeld, op grond van een mondelinge mededeling van de-keuringsarts die vernomen zou hebben (zonder dat wij weten, aldus spreker, van wie), dat waarschijnlijk zeer binnenkort de keuringskringen zouden worden opgeheven. Er wordt echter al sinds 1964 en speciaal vanaf 1965 gewacht op de regeling van het ministerie van landbouw en visserij ten aanzien van het opheffen van keuringskringen. Nu kan men natuurlijk wel zeg gen: Ga met deze 1 cent per kg slachtgewicht maar ak koord. Voor sprekers fractie is dit evenwel echt een principezaak. De hele kwestie van de keuringskringen is al zeer lang bij de regering in behandeling. Aan de ene kant kan worden gesteld: Wanneer je maar te gro te tekorten hebt, zal de rijksoverheid meer gedwongen worden om spoedig een einde te maken aan de heel vervelende situatie zoals die in Nederland is gegroeid wat de keuringskringen betreft. Aan de andere kant kan natuurlijk worden gesteld: Wanneer je de tekor ten zo laag mogelijk houdt, ontneem je de rijksover heid de prikkel om hieraan iets te doen. Sprekers frac tie is van mening, dat de rijksoverheid juist moet wor den geprikkeld om ten spoedigste een einde te maken aan de hele kwestie van de keuringskringen en dat er nu in Nederland maar eens ten spoedigste aandacht aan deze hele kwestie moet worden geschonken. De concentratie van slachthuizen is daar-bij ten nauwste betrokken. Via wat spreker de dikke begroting noemt betaalt de gemeente Soest een zeker bedrag per inwoner aan de in Utrecht gevestigde keuringsdienst van waren. Die dienst houdt zich ook bezig met de controles bij de slagers. Daarnaast wordt door de gemeentelijke vlees keuringsdienst op grond van artikel 8 van de Vleeskeu- ringswet ook een controle toegepast bij de slagers. Er is aldus in feite sprake van een dubbele controle. Er is laatst in een rapport „Vlees- en vee" uitvoerig over deze materie gesproken. De slachthuiscommissie heeft zich destijds uitvoerig beraden over het interimrapport van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Mede naar aanleiding van dit rapport en gelet op de adviezen en de mededelingen die van het college van b. en w. werden ontvangen, heeft de slachthuiscommissie steeds gezegd: Laat ons nu de nadere richtlijnen van het ministerie afwachten en laat ons afwachten hoe het nu met de concentratie van slachthuizen en met de opheffing van vleeskeu ringskringen zal gaan. Bij de behandeling van de begroting in 1968 en 1969 is hierover ook al uitvoerig gesproken, In het afdelings- onderzoek is op een gegeven moment tegen de betrok ken wethouder gezegd: Gaat u nu toch eens naar Den Haag de nadere en de juiste informaties halen. Die wethouder heeft ze, helaas, niet verkregen. Sprekers fractie kan thans niet afgaan op een helemaal niet door schriftelijke bewijsstukken gestaafde monde linge mededeling van een keuringsarts, dat misschien nog in de loop van dit jaar de keuringskringen zouden worden opgeheven. Daarom wenst deze fractie tegen

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1970 | | pagina 183