Nr. 7 15 juli 1971
NOTULEN
van het verhandelde in de openbare vergadering van de raad
der gemeente Soest op donderdag 15 juli 1971 te 19.30
uur.
VOORZITTER de burgemeester, de heer mr. S.P. Ba
ron Bentinck,
SECRETARIS de heer J.L. van Dommelen, wnd.
secretaris,
Tegenwoordig de leden: mevrouw G.G.A. Alting-Ambrosius,
L.J. Dijkstra, M.A, van Ee, J.J. Ebbers, J.W.H, Geerlings,
M, de Groot, K. de Haan, J.C. Korte, mevrouw E, Korthuis-
Elion, K, Levinga, R,A, van Logtenstein, G.H. Oldenboom,
P.C. Pieren, J R. van Poppelen, A.H.F. Smit, J.C. Smits,
P.L.J.M. Storimans, mevrouw T.R, Walma van der Molen-
De Vries en mevrouw M.C.P. Walter-Van der Togt.
Afwezig met kennisgeving zijn de leden: W,A. Blaauw,
P. Grift, D. Hoekstra, HM. Jonker, mevrouw P,J. Oranje-
Entink en C. Verheus.
De VOORZITTER opent de vergadering en stelt voor om
met gebed te beginnen. Hierna vindt voorlezing van het ge
bed door de voorzitter plaats. Vervolgens deelt hij mede dat
bericht van verhindering is ingekomen van mevrouw Oranje
en de heren Blaauw, Hoekstra, Jonker, Grift en Verheus.
153 Vaststelling raadsnotulen d.d. 19 mei 1971.
Met betrekking tot deze notulen zijn de volgende voor
stellen tot wijziging ingekomen:
WIJZIGING NOTULEN.
VOORSTEL-GEERLINGS.
Op pagina 81, rechter kolom, onder punt 2, dient het
woord „voorveronderstelling" te worden vervangen
door: vooronderstelling.
Op pagina 82, linker kolom, onder punt 7, dient het
eerste woord „Het middel" te worden vervangen door:
Het model.
Op pagina 82, linker kolom, zesde regel van onder,
dient het woord „belangrijk" te worden geschrapt.
Op pagina 82, rechter kolom, dient in de laatste zin
van het betoog van de heer Geerlings het woord
„verkeersplan" te worden vervangen door: investe
ringsplan.
De notulen worden, met inachtneming van de wijzi
gingen, zonder discussie en zonder hoofdelijke stem
ming vastgesteld.
154 Ingekomen stukken.
a. Beschikking d.d. 28 mei 1971, afdeling 5, nummer
50RO/12IK, van de Tweede Kamer voor geschillen-
behandeling uit gedeputeerde staten van Utrecht,met
betrekking tot een door P. Tiggelaven ingesteld be
roep tegen het raadsbesluit d.d. 17 december 1970,
afdeling I, nummer 10266, tot onbewoonbaarverkla
ring van het pand Den Blieklaan 59.
Deze beschikking wordt voor kennisgeving aangeno
men.
b. Brief d.d. 28 mei 1971, afdeling V, nummer 3034,
van het college van burgemeester en wethouders van
Amersfoort inzake de uitbreiding van het regionaal
woonwagencentrum Amersfoort, met voorstel, ge
noemd college overeenkomstig de bij de stukken ter
inzage gelegde concept-brief te berichten.
De VOORZITTER stelt voor, het college van burge
meester en wethouders van Amersfoort te antwoor
den volgens een gewijzigde concept-brief. Deze wijzi
ging is voorgesteld door de betrokken raadscommis
sie. De gewijzigde redactie luidt als volgt:
„Wij hebben kennis genomen van uw nadere toelich
ting op de door u genomen stappen om te komen tot
uitbreiding van het woonwagencentrum op het grond
gebied van de gemeente Soest,
Wij betreuren dat deze nadere uitleg niet in het eerder
van u ontvangen schrijven met betrekking tot deze aan
gelegenheid is gegeven,"
Besloten wordt om het genoemde college volgens de
gewijzigde concept-brief te antwoorden,
c. Besluit van gedeputeerde staten d.d, 21 mei 1971
tot vaststelling van de gemeenterekening en de bedrijfs-
rekeningen voor 1967,
Het besluit wordt voor kennisgeving aangenomen,
d. Controlerapporten van het Centraal Bureau voor
Verificatie en Financiële Adviezen van de Vereniging
van Nederlandse Gemeenten.
De controlerapporten worden voor kennisgeving aan
genomen.
e. Brief van 14 mei 1971 van burgemeester en wethou
ders van Raalte, met verzoek om adhesie te betuigen
aan een motie van de raad dier gemeente om uit finan
cieringsoverwegingen geen temporisering toe te pas
sen op het gebied van scholenbouw, met voorstel dit
schrijven voor kennisgeving aan te nemen, omdat de
Vereniging van Nederlandse Gemeenten op dit punt
alles in het werk stelt de temporisering tegen te gaan,
hetgeen o.m. blijkt uit een brief aan de kabinetsfor
mateur en de in ontwerp zijnde nota aan de staatssec
retaris van onderwijs.
De heer PIEREN merkt op dat zijn fractie, naar aan
leiding van al datgene dat is gezegd in de algemene
beschouwingen bij de begroting voor 1971 ten aan
zien van de scholennood, de scholenbouw en de fi
nanciering daarvan, er een voorstandster van is, adhe
sie te betuigen aan de motie van de gemeenteraad
van Raalte,
De VOORZITTER deelt mede dat de financiële
commissie en de onderwijscommissie voorstellen, de
onderhavige motie te ondersteunen, In het college is
het voorstel van de twee commissies niet meer behan
deld, maar toen dit punt aanvankelijk in het college
kwam, was het de mening toegedaan dat het fout zou
zijn de motie te ondersteunen. Het zou het intrap
pen van een open deur betekenen. Het zou natuurlijk
nooit kwaad kunnen, maar aan de andere kant dient
men zich een zekere beperking op te leggen bij het
versturen en ondersteunen van moties, vooral wan
neer het gaat om een zaak die al zoveel aandacht
heeft en waarover zoveel te doen is. Men dient niet
blindelings aan alle moties, die op zichzelf misschien
recht van bestaan hebben, adhesie te betuigen. Men
zou wel honderden moties kunnen doen uitgaan,
want er zijn vele wensen. Maar als dit zou gebeuren,
dan gaat op de duur de kracht van een motie eraf.
Er valt te dien aanzien een vergelijking te trekken met
de verkeerstekens langs de weg. Wanneer er te veel
staan, let men er ook niet meer op. Hoe minder mo
ties er zijn, hoe meer indruk een motie maakt,
Spreker meent dat de wethouders zich helemaal niet
zullen verzetten tegen het adhesie betuigen. Het colle
ge wil alleen een waarschuwende vinger opheffen,
niet te vlot te zijn met moties, vooral niet over die za
ken waarvan ieder weet dat er ten aanzien daarvan be
slist grote problemen heersen en ook heel grote wen-