Dames en heren! Ik heb een mededeling te doen, ten aanzien waarvan u het recht heeft dat u haar het eerste verneemt, Ik heb aan H M. de Koningin ver zocht om mij met ingang van 15 mei 1972 ontslag te verlenen als burgemeester van Soest. Mevrouw ORANJE-ENTINK: Mijnheer de voorzitter! Uw mededeling komt als een donderslag bij heldere hemel en hij komt aan. Wij zullen uw besluit moeten respecteren. Ik ben ervan overtuigd dat u bij uw besluit niet alleen aan uzelf hebt gedacht, maar dat u ook het gemeentebelang, de gemeente die u zeker lief is geworden, voor ogen zult hebben gehad. Ik hoop dat u nog heel lang goede herinneringen zult houden aan de tijd, dat u hier burgemeester was. Ik verwacht dat er straks betere reacties op uw mede deling zullen komen dan de mijne nu, die min of meer een schrikreactie is. Ik hoop, dat ik zelf later ook uitgebreider en beter overwogen dan nu, onder woorden mag brengen de gevoelens die mij op dit ogenblik bekruipen. De VOORZITTER: Dames en heren! Ik dank me vrouw Oranje voor haar woorden U begrijpt allen wel, dat ik dit besluit niet zo maar en ineens heb ge nomen. Er liggen aan het besluit allerlei overwegin gen ten grondslag. Het is een zeer wel overwogen be slissing, waarin motieven van ja en neen een rol spe len. Feit is, dat de samenwerking in het college en met de raad dit besluit alleen maar moeilijker heeft gemaakt. De VOORZITTER sluit hierna, te 23.45 uur, de ver gadering. Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Soest op 16 december 1971. De secretaris, De voorzitter,

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1971 | | pagina 158