ri"f
n, wel-
iiing
le be-
het
deken,
:ctie-
allege
eer te
fonds
r op
1,~
twoor-
offers
der-
e trach-
i red-
ke bij-
aan
ren, zo
Bond
ns het
het
tam,
ten
ïun tijd
n? En
ouden?
om
lanko-
door
>ods
ring te
het
rachtje
ige-
daar-
den
nt-
aen in-
ond-
r ten
;eno-
tde,
aan.
ij naar
>ble-
;en zal
zaak
nissie-
sekere
be-
:g ni-
liet
ne neu-
)g steeds
oor de
rel is,
laden
ïstig
re
Iraag
zouden wij zien, dat de commissies meer in de avonduren
konden vergaderen. De directe publieke belangstelling zou
dan zeker verbeteren. Met het teruglopen van de conjunc
tuur zullen de financieringsmoeilijkheden in de naaste toe
komst ongetwijfeld toenemen. Het wordt gaandeweg moei
lijker onder die omstandigheden een gemeente, en zeker
een zo snel groeiende gemeente als de onze, behoorlijk te
besturen. Het is van enorm belang dat het publiek ook via
de openbare commissievergaderingen van die moeilijkheden
en de vele problemen waarmede wij steeds meer geconfron
teerd worden, kan kennis nemen. Alleen bij een open beleid
kunnen en mogen wij ook begrip verwachten voor soms
moeilijke en impopulaire besluiten, welke ongetwijfeld
meermalen zullen moeten worden genomen.
Wij hopen en vertrouwen dat wij, met voorbijzien van partij
politieke belangen, in het komende begrotingsjaar, dat
voor onze gemeente ook op bestuurlijk gebied een bewogen
jaar zal worden, slechts het waarachtig belang van de ge
meente voor ogen mogen hebben; dat wij ons werk als
raadslid dan ook zo mogen verrichten, dat wij ons^in de
eerste plaats afvragen wat de kiezers er wel van vinden; maar
dat wij ons allen in de eerste plaats afvragen wat God er wel
van vindt. Dan, maar ook dan alleen, kunnen wij instem
men met de woorden van de dichter van Psalm 90, als hij
bidt tot zijn God:
„En bevestig Gij het werk onzer handen over ons".
„Ja, het werk onzer handen, bevestig dat".
De VOORZITTER sluit hierna, te 21.22 uur, de vergade
ring, die op woensdag 24 november 1971, te 9.00 uur zal
worden voortgezet.
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad
der gemeente Soest op 17 februari 1972.
De secretaris, De voorzitter,
171