rk en zal en die zich ;ehad, zouden at er verder termijn te re tijd in ze- :worden het- racht heeft daad is het ar het aan- g handhaven, rden over- wel over het t het geluid otestants- :r gecombi- jwonen. shock getuigd etreft met te twijfel met akelijk leider taak zal heb- ien, is ook in n. In die com- overtuigen, 11-time kracht t, dat Arti- in de jaren jpt, er een mo meer aankan. 1 verricht, ing kan er heeft als de een gegeven assistentie van :gemaakt ten en, waarvan rk in vrije tijd i gegeven mo- nistrateur en n cursussen gen trekken, hten werk niet kan worden j met het voor- ze ook een be- enschapsgeld irdelijk voor. bij de stukken ig heeft ge- bedragen in t aan dat het i er ook op iften dat het ft in de tota- X het weet hoe n Pieren en Van ich in afdeling aantal vragen lijk en welover- ren. Hij kan rk al heeft hij wel wat kritiek. Die kritiek betreft voornamelijk het beheer en de statuten. Hij meent dat hij het de betrok ken wethouder wel een beetje kwalijk mag nemen, dat wat dit betreft de zaken nog niet klaar zijn. Het betreft hier immers niet iets nieuws. Het voorstel hangt al een halfjaar in de lucht. Artishock heeft lang genoeg gevraagd en gezeurd. Naar sprekers mening zijn burgemeester en wethouders in dezen niet hard genoeg opgeschoten. Vandaar dat hij verleden week de suggestie heeft ge daan om het voorstel maar aan te houden, hoewel hij wel wist dat dat niet zou kunnen, aangezien de zaken veel te veel dringen. Ondanks alle lovende woorden die er tot nu toe zijn ge sproken wil spreker toch wel een klein beetje kritiek op de vereniging Artishock uiten. Artishock laat zich liever niet leiden. Zij leidt zelf. Zij duldt geen inspraak, noch van de raad, noch van burgemeester en wethou ders. Het college en de raad zijn gewoon pionnen die verschoven mogen worden; zij mogen slechts ja zeggen op het voorstel. Er moet echter wel worden gezorgd voor weloverwogen statuten, voor een goed beleid of hoe men het ook noemen wil. Want als het gemeente bestuur gemeenschapsgelden beschikbaar stelt voor een goed doel, mag het ook wel weten hoe het gebruik er van wordt verantwoord en wat ermede gaat gebeuren. Men denke in dit verband aan de sportstichting. Men heeft een directeur sport van de gemeente aangesteld en in het bestuur hebben mensen van de gemeente en bur gers zitting. Spreker vermoedt evenwel dat Artishock hier niet zo gek veel voor voelt. Want zij heeft uitein delijk in haar rapport gesteld: „Gedurende het bestaan van de vereniging heeft het gemeentelijk cultuurbeleid zich voornamelijk geken merkt door een afwachtende houding. Men kan niet spreken van optimale faciliteiten." Naar sprekers mening is de gemeente nu op de goede weg. Hij verwacht hierbij dat het college ervoor zorgt, dat er een beheerscommissie komt, zeer zeker wat de financiële zaken betreft. Hierover is in het verleden al vaak gesproken. Spreker meent dat hij zowel van de kant van het college als van de zijde van de raad wel eens heeft beluisterd, dat men niet helemaal gelukkig was met een financiële verantwoording op een blaadje papier die in vijf minuten kan worden geschreven. Nu, nadat er lang op is gewacht, ligt er plotseling wel een volledige financiële verantwoording. Deze verantwoor ding is waarschijnlijk zo kersvers, dat het college haar gisteren of eergisteren heeft moeten lezen. Ze lag vori ge week nog niet bij de stukken. Wat dat betreft klopte de zaak niet helemaal. Spreker hoopt, dat het in dit op zicht in de toekomst wel degelijk beter zal gaan. Een jaartje geleden heeft hij aan wethouder Dijkstra gevraagd: Hoe gaat het daar met de financiële zaken De wethou der heeft daarop geantwoord: Dat gaat jullie niets aan, dat doet c.r.m. Spreker vindt het best dat c.r.m. ook een gedeelte voor haar rekening neemt, maar hij dacht dat als het gemeentebestuur gemeenschapsgelden ter beschikking stelt, de gemeenschap ter zake via controle ook een beetje zeggenschap moet hebben. De heer DE GROOT heeft aanvankelijk even geaarzeld, toen hij zich afvroeg of hij zijn medewerking zou moe ten verlenen aan dit voorstel. Na alle lovende woorden aan het adres van Artishock die hij nu heeft mogen be luisteren, waagt hij het niet meer aan de goede bedoe lingen en de goede werken van Artishock te twijfelen. Hij stemt van harte met dit voorstel in. Men moet zich goed realiseren dat de bedragen waarover men nu spreekt in een tijd van overbestedingen, van inflatie, slechts een begin zijn en na enkele jaren zullen uitgroeien tot een veelvoud, doordat de gemeente gaat groeien, door dat Artishock nog een groot aantal taken ziet waar ze tot nu toe niet aan toe heeft kunnen komen, door de toenemende geldontwaarding en door de enorme stij ging van salariskosten. Wethouder DIJKSTRA zegt dat het het college veel ge noegen doet, dat alle fracties zich in principe met het voorstel kunnen verenigen. Dat men het hierover eens heeft kunnen worden, doet spreker te meer genoegen omdat in bijeenkomsten, commissies en afdelingsverga deringen wel eens nogal stormachtige kritiek over Arti shock is gehoord. In verband met de begrotingsbehandeling 1970 en het vragen van een krediet van f. 35.000,— voor een omhei- ning en andere voorzieningen ten behoeve van het St. Josephgebouw is eind 1969 van verschillende kanten gevraagd: Wat gaan we eigenlijk doen met dit gebouw? Moet het gecontinueerd worden? Zo ja, dan moet er veel meer geld in worden gestoken. Zo nee, dan moeten we de zaak gaan slopen. Wat gebeurt er allemaal in dit gebouw? Artishock was toen in vergelijking met wat ze nu is nog maar een peuter. In april 1970 is aan de raad een nota aangeboden waar in werd geargumenteerd, dat Soest inderdaad rijp was voor een maatschappelijk-cultureel centrum. Daarop werd omstandig ingegaan en daaraan werd verbonden het voorstel om het gebouw daarvoor beschikbaar te stellen onder bepaalde voorwaarden. De hele nota ge tuigde van de verwachting van het college dat de kleine Artishock van toen zich wel eens zou kunnen ontwikke len tot wat andere gemeenten een maatschappelijk-cul tureel lichaam noemden. In deze verwachting is men niet teleurgesteld. Artishock heeft zich na een periode van veel proberen en experimenteren inderdaad ontwik keld tot een organisatie die in Soest doet wat in andere gemeenten door een van overheidswege opgezet cultu reel centrum moet gebeuren. Spreker ziet deze gang van zaken liever dan de gang van zaken die men in andere gemeenten kent. Bij de beoordeling van de hele kwestie heeft het colle ge zijn licht opgestoken bij vele andere gemeenten in den lande, bijv. Dordrecht, Purmerend, Amersfoort, En schede en Groningen. De daaruit getrokken conclusie is: in de meeste gevallen heeft men van gemeentewege een culturele organisatie of een cultureel centrum of een culturele raad opgericht en in bijna alle gevallen is, dat een sterk bureaucratische gemeentelijke zaak gewor den die handen vol geld is gaan kosten door een zeer zware infrastructuur en waarin het particuliere iniatief eigenlijk verstikt is. In Soest heeft men het anders gedaan. Het college heeft Artishock, maar ook de vele andere organisaties die zich op het gebied in kwestie hebben bewogen en van daag de dag aan het groeien zijn, bijv. de Soester Gemeen schap, nauwkeurig geobserveerd. Op een gegeven mo ment heeft het college overeenkomstig zijn verwachtin gen mogen constateren, dat Artishock in Soest de fac- to doet wat in andere gemeenten van overheidswege tot stand is gebracht. Artishock doet het niet alleen door exposities van alle mogelijke kunstfacetten, maar ook door een rijke scala cursussen, door thema-ochtenden (waar spreker persoonlijk niet zo kapot van is), en door het op gang brengen van allerlei discussies op maatschap pelijk, cultureel en politiek gebied. In dit verband zij ook nog genoemd de jaarlijkse kunstmarkt, waar som migen met angst en beven tegen aankeken. Spreker 131

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1972 | | pagina 136