dat de heer Van Dam als commissaris van de Koningin u nu niet kan toespreken, want hij zou u ongetwijfeld hebben bedankt voor datgene wat u in de provincie hebt gedaan. Hij zou daaraan hebben toegevoegd dat u in uw functies die u in de provincie hebt bekleed, heel wat voor de provincie hebt gedaan. De periode die bestreken wordt door uw ambtsbezigheden in de provincie is nog iets uitgebreider dan het tijdvak dat u in Soest hebt doorgebracht. De commissa ris van de Koningin zou stellig hebben gememoreerd dat u in november 1939 geinstalleerd bent als burgemeester van Abcoude, een gemeente in de provincie Utrecht, al willen een hele hoop Noord-Hollanders dit laatste niet geloven. U bent daar opvolger geworden van de heer mr. A.L. des Tom be, die burgemeester van Soest werd. Deze bent u later ge volgd door in zijn plaats burgemeester van Soest te worden. Er zit overigens in deze geschiedenis geen automatisme, eensdeels gelukkig, want ik heb uit de benoemingsberich- ten begrepen dat niet de burgemeester van Abcoude, maar de burgemeester van Heilo u opvolgt en dat u niet weer de heer des Tombe in Apeldoorn bent achterna gegaan. Wel is deze, ik meen één dezer maanden, ook met pensioen ge gaan. Mijnheer de burgemeester, u hebt een tijd in Abcoude ge werkt,' u hebt deze hoek van onze provincie goed leren ken nen, u hebt er de moeilijkheden van de bezettingstijd on dervonden, u bent daar ondergedoken en ontslagen door de bezetter. Dat was in een periode die ook diep in uw geheu gen gegrift staat. Na de bevrijding hebt u aan de andere kant van de plas nog gediend als waarnemend-burgemeester in Vinkeveen en daarna, in 1946, bent u naar Soest geko men. Voor de daaraan voorafgaande 714 jaar dienst in de provincie Utrecht, men zou zoiets kunnen vergeten, wilde ik u ook bijzonder hartelijk danken. U hebt Soest zien groeien. De almanak over de bevolkings cijfers geeft voor Soest per 1 januari 1950 aan 22,500 inwo ners. ik neem aan dat de vier eerste jaren van uw burge meesterschap niet de snelste groeijaren van de gemeente Soest zijn geweest, zodat u de gemeente hebt zien groeien van beneden de 20.000 zielen tot nu ongeveer 39-000 inwo ners. In dezelfde almanak staat ook dat Soest op 1 januari 1980 een inwonertal van 50,000 zal hebben. De groei is na tuurlijk gepaard gegaan met allerlei bestuurlijke en planolo gische moeilijkheden. Als gedeputeerde, in het bijzonder be last met de ruimtelijke ordening en volkshuisvesting, heb ik deze ontwikkeling mede mogen begeleiden. (Misschien zult u in uw beantwoording zeggen: mee helpen veroorzaken dat er in één van de groeizonen in onze provincie moeilijk heden waren met betrekking tot de ruimtelijke ordening en de volkshuisvesting.) U hebt in deze jaren heel wat gezien en u bent zelf het best in staat om daarvan te gewagen. Ik neem aan dat ter gelegenheid van uw 25-jarig jubileum als burgemeester van Soest daarover heel wat te vertellen is ge weest. Burgemeesters zweren bij de aanvang van hun ambtsperiode dat zij de belangen van hun gemeente zullen dienen. De commissaris der Koningin en de gedeputeerden zweren dat zij de belangen van de provincie zullen dienen. Deze beide belangen lopen natuurlijk niet altijd gelijk op. Iets dat in het belang van een provincie is, behoeft niet altijd ook het belang van een gemeente te dienen. De commissaris heeft mij toevertrouwd dat als hij hier had gestaan, hij psalm 72 onberijmd had geciteerd om u te typeren als een rechtvaar dig, wijs en zacht - maar niet in de zin van zachtaardig - vorst. Ik heb toen tegen hem gezegd: Van burgemeester Bentinck herinner ik mij dat hij bijzonder standvastig was in de onderhandelingen, maar dat hij dit deed met de ogen die de meest vriendelijke zijn die ik ooit ontmoet heb. Mevrouw Oranje heeft zojuist opgemerkt dat u in staat bent zaken voor te dragen op een wijze, waarvan u het geheim re cept bezit Zij heeft daarbij de vraag gesteld of dit recept soms op anderen over te dragen is. Naar mijn mening is dit niet mogelijk, een ander, en dit wens ik de gemeente van harte toe, kan het misschien weer op een andere manier. U nam - het woord "bikkelharde" wil mij niet over de lippen komen - uwstandvastige houding altijd in met een vriendelijkheid die ook volstrekt een deel van uw persoonlijkheid uitmaakt. Op zo'n manier kunnen de tegengestelde belangen die er kun nen zijn, worden verzoend en kan men on speaking terms met elkaar blijven. Mijnheer de burgemeester, het provinciaal bestuur heeft u in uw hoedanigheid van burgemeester van verschillende plaat sen in Utrecht altijd bijzonder gewaardeerd. Het is ook echt niet zo dat er in de griffie, of in welk onderdeel van de pro vincie ook, gezegd wordtNu, die was bij zijn afscheid toch wel aan zijn eind. Ook wij vinden u een volkomen gezonde man, die de beslissing heeft genomen om iets eerder dan zijn 65-jarige leeftijd weg te gaan. Dit bericht heeft ons ver rast, Wij hebben het gevoel dat dit helemaal niet nodig is, maar u hebt uw eigen verantwoordelijkheid en uw eigen wijsheid. Wij moeten deze beslissing dus respecteren. Wij prijzen ons gelukkig dat u nog in de provincie blijft wonen, u blijft voorzitter van de Monumentenraad en wie weet wat de provincie nog gaat vragen aan goede mankracht. Mijnheer de burgemeester. Ik wil u - de raad zou het mij niet vergeven als ik dit niet deed - ook bijzonder hartelijk danken voor de toespraak die u tijdens de algemene be schouwingen bij de begroting voor 1972 van de gemeente Soest hebt gehouden. In dit betoog bracht u naar voren dat het provinciaal bestuur met het goedkeuren van bestem mingsplannen een hele lange tijd nodig heeft. Deze opmer king heeft geleid tot vragen van een statenlid en bovendien het college van gedeputeerde staten de gelegenheid gegeven, om zijn beleid met betrekking tot het goedkeuren van be stemmingsplannen nog eens te verdedigen. Om te voorko men dat wij in de situatie komen, waarvan u meende dat deze al aangebroken was - waarover verschil van mening tussen ons blijft -, wordt er een ambtenaar aangesteld, ex tra boven alle personeelsstoppen, U ziet welk een heilzame invloed u in uw hoedanigheid van burgemeester hebt gehad op het provinciaal bestuur. De andere burgemeesters die ik hier zo rijkelijk tegenwoordig zie, zullen zich er alleen maar over kunnen verheugen, dat u dit als het ware aangezwen geld hebt. Mijnheer de burgemeester Wij danken U bijzonder voor al hetgeen u gepresteerd hebt in uw gemeente, op breder vlak in het nog jonge Samenwerkingsorgaan Eemland, maar ook op provinciaal niveau Wij zijn er trots op dat u in Utrecht blijft wonen en wij wensen u met mevrouw Bentinck en uw familieleden nog bijzonder gezegende jaren toe. (Applaus) De VOORZITTER: Dames en heren! Nu ik vanmiddag af scheid van u neem en over enkele dagen niet alleen mijn werk alhier beëindig, maar tevens het ambt neerleg dat ik sinds 1939 heb mogen bekleden, is er aanleiding om bij dit laatste even stil te staan, Toen in de loop van mijn school jaren de wens bij mij rijpte, het ambt van burgemeester als beroep te kiezen, hebben mijn ouders mij in deze keus vol komen vrij gelaten en veroorloofden zij mij daarnevens een opleiding en studie tot dat doel te kiezen. Bij de beëindi ging van mijn ambt voel ik de behoefte hen daarvoor in mijn dank te betrekken. Tevens betuig ik mijn eerbiedige dank aan H.M, de Koningin - en haar adviseurs - die mij bij herha ling haar vertrouwen schonk en mij de kans gaf naar eigen

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1972 | | pagina 66