e-
e
it
t
col-
de
rti-
de
:end
een-
150
151
152
juist op grond van artikel 297 te weigeren. Men kan
zeggen dat de commissie wat dat betreft in feite zijn
weg nog moet vinden, maar in de administratieve
rechtspraak komt een gang van zaken als de onderha
vige meermalen voor. Wanneer een bepaald college
(het hoeft niet een college van burgemeester en wet
houders of een gemeenteraad te zijn) een bepaald
weigeringsbesluit neemt op grond van een bepaald ar
tikel, bijv. in het kader van de sociale wetgeving, en
de beroepsrechter tot de conclusie komt dat een an
der artikel had moeten worden toegepast, dan zegt
de administratieve rechter: De uitkering wordt gewei
gerd, evenwel niet op grond van het aanvankelijk ge
noemde artikel, maar op grond van een ander artikel
en in die zin wordt de beslissing gewijzigd. Op grond
hiervan heeft de commissie voor de beroepschriften
gemeend tot de in haar voorstel neergelegde formule
ring te moeten komen.
Er zou met de N.V. GemarSoest nog over worden
overlegd of de emballageruimte achter het hoofdge
bouw zou kunnen worden ondergebracht. Spreker
weet niet in hoeverre dat overleg nog gaande is.
Wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT zegt
dat dat overleg zal worden gevoerd nadat de raad
zich over het onderhavige voorstel zal hebben uitge
sproken.
De heer PIEREN merkt op dat de commissie voor de
beroepschriften haar voorstel handhaaft en geen be
hoefte aan aanhouding hiervan heeft.
Mevrouw KORTHUIS-ELION zegt dat zij helemaal
met mevrouw Walter kan meevoelen. Spreekster heeft
het gevoel dat de commissie voor de beroepschriften
in een geval als het onderhavige, dat zo obvious is,
een ander artikel moet kunnen invoeren om de wei
gering op te gronden. Maar de moeilijkheid is volgens
haar, dat er bij toepassing van artikel 258 geen be
roepsmogelijkheid is, dat er bij toepassing van artikel
297 wel een beroepsmogelijkheid is, doch bij aanvaar
ding van de door de commissie voorgestelde gang van
zaken deze beroepsmogelijkheid wordt weggenomen.
Het voorstel wordt in stemming gebracht en aangeno
men met 10 tegen 5 stemmen.
Voor stemmen de leden: Ebbers, Levinga, Dijkstra,
Smit, De Haan, mevrouw Walter-Van der Togt, Van
Poppelen, Pieren, Grift en Korte.
Tegen stemmen de leden: mevrouw Korthuis-Elion,
De Groot, Oldenboom, Joosten en mevrouw Alting-
Ambrosius.
Voorstel van de Commissie voor de Beroepschriften
tot het nemen van een beslissing op een door het
Bouwbedrijf A. Huurdeman B.V. ingesteld beroep
tegen de weigering van een bouwvergunning.
Voorstel tot inbreng en uitname van gronden van het
grondbedrijf.
Deze beide voorstellen worden achtereenvolgens zon
der discussie en zonder hoofdelijke stemming aangeno
men.
Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet
voor het gedeeltelijk verharden van het langs de Amers-
foortsestraat gelegen voetpad.
De heer PIEREN vraagt of het niet goed zou zijn als
de zaak waarop dit voorstel betrekking heeft, nog eens
werd bekeken. De commissie openbare werken heeft
zich nogal uitvoerig over het voorstel beraden en
heeft daarbij gevraagd: Is het niet een beetje duur?
De directeur van gemeentewerken heeft toen gezegd:
Er zit misschien nog wel een klein overschotje in.
Spreker zou willen voorstellen dat als er inderdaad
een overschotje in zit, er bij de N.B.M.-halte aan dé
Amersfoortsestraat aan de kant van de marechaussee
kazerne een verbetering wordt aangebracht Men stapt
daar uit de bus bij mooi weer in het mulle zand en
bij regenachtig weer in plassen. Daar moet nodig tot
een oplossing worden gekomen. Spreker wil nu niet
direct over een abri praten; hij neemt aan dat de wijk
raad dat wel zal doen.
Wethouder mevrouw WALTER-VAN DER TOGT zegt
dat het door de heer Pieren voorgestelde bekeken kan
worden, maar dat er werd gedacht dat het niet zo no
dig zou zijn een dergelijke verbetering aan de noord
kant van de Amersfoortsestraat aan te brengen.
De heer PIEREN zegt dat het voor bijvoorbeeld da
mes met mooie schoenen een heel vervelende ervaring
is als zij, uit de bus stappende, plotseling in een grote
modderplas trappen. Het is er bij de bedoelde bushal
te op het ogenblik echt nogal een troep. Het lijkt
spreker goed dat mevrouw Walter de situatie ter plaat
se eens gaat bekijken.
Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan
genomen.
153 Voorstel tot het verdagen van de beslissing over het
ontwerp-bestemmingsplan Kerckenlandt.
154 Voorstel tot het verlenen van een krediet voor het
vervangen van de weegschaal van het openbaar slacht
huis.
Deze beide voorstellen worden achtereenvolgens zon
der discussie en zonder hoofdelijke stemming aange
nomen.
155 Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet
ten behoeve van het aanbieden van een attentie aan
de schooljeugd ter gelegenheid van het 25-jarig rege
ringsjubileum van Hare Majesteit Koningin Juliana.
De heer JOOSTEN vindt het op zich zelf een goed
idee om ter gelegenheid van het 25-jarig regeringsjubi
leum van de Koningin iets voor de schooljeugd te doen,
maar hij is niet zo enthousiast over de wijze waarop
dat volgens dit voorstel zal gebeuren. Ook het advies
van het hoofdenconvent luidt niet onverdeeld gunstig.
Ook van die kant heeft men eigenlijk aanmerkingen
op de tekst; de argumentatie van die kant is eigenlijk:
Dit is het beste dat er geboden wordt en daarom kie
zen we het maar. Uit het advies van het hoofdencon-,
vent heeft spreker begrepen, dat de hoofden niet bijs
ter enthousiast zijn.
Het spijt spreker dat er geen advies van de schoolraad
en de ouderraad is.
Hij vindt het uit te trekken bedrag niet in verhouding
staan tot hetgeen er geboden wordt. Hij zal zijn
stem niet aan het voorstel geven.
Wethouder DIJKSTRA heeft met vreugde beluisterd
dat de heer Joosten zich in principe geheel kan stel
len achter het idee om het zilveren regeringsjubileum
van Hare Majesteit de Koningin op luisterrijke wijze
te vieren. Dit heeft spreker aangenaam verrast.
Het college heeft, zoals het dat bij zaken als de onder
havige pleegt te doen, advies gevraagd aan de instan
tie die ter zake bij uitstek deskundig is, namelijk het
hoofdenconvent, waarin alle hoofden van openbare
en bijzondere scholen zitting hebben. Het college
heeft snel een zeer positief advies van het hoofden
convent ontvangen. Het hoofdenconvent heeft met
zoveel woorden gezegd, dat het uit de talloze aanbie
dingen van alle mogelijke materiaal in hoge mate de
voorkeur geeft aan de in het onderhavige voorstel ge-
101