college geven, ook al vindt hij de gang van zaken hoogst onbevredigend. De VOORZITTER wijst er op dat het college bij de in de raadsvergadering van 17 meij.1, behandelde krediet aanvrage ook heeft overgelegd de brief die door het dagelijks bestuur van Eemland aan het samenwerkings orgaan is gestuurd en is behandeld in de vergadering van dit orgaan op 28 maart j.1. In die brief staat heel duidelijk wat er gedaan is. Nu kan men dat natuurlijk wel in allerlei stukken gaan herhalen, maar daar schiet men ook niet veel mee op. Er wordt duidelijk gewerkt aan een structuurschets van Eemland. Vroeger is er enige verwarring ontstaan doordat de oorspronkelijke opdracht aan het coördinatieteam anders heeft geluid. Dej in 1969 gegeven opdracht is in 1971 veranderd. In de zoeven bedoelde brief van het dagelijks bestuur van Eemland aan het samenwerkingsorgaan staat duidelijk, dat het geld bedoeld is voor een structuurschets en dat de schets is ingedeeld in vier hoofdstukken, onder ande re betreffende een inventarisatie van alles wat er aan bovengemeentelijke visies enz. bestaat zowel sociaal- economisch als planologisch als op andere punten. Als je een structuurschets of een ontwikkelingsplan of hoe men het noemen wil maakt, dan zul je eerst moeten inventariseren wat er is en dan zul je van daar uit je visie voor de toekomst moeten opbouwen. Dat inven tariseren is klaar wanneer de hoofdstukken II en III af zijn. Het college heeft de desbetreffende gegevens overgelegd bij de in de raadsvergadering van 17 mei j.1. behandelde kredietaanvrage. De heer JOOSTEN zegt dat hij het nog niet helemaal begrijpt. Er is ook nog een alternatief: om tot een goed plan te komen, zou er een bedrag van f. 500.000,-- no dig zijn. Nu dat niet als een haalbare kaart wordt gezien, wordt er maar een tussenweg gekozen. De VOORZITTER zegt dat de opmerkingen van de heer Joosten niet juist zijn. Men laat op het ogenblik de inventarisatie afmaken. De werkgroep structuurbe leid, die onder andere uit mensen uit de verschillende deelnemende gemeenten bestaat, blijft nadat de inven tarisatie klaar is daarover doordenken en daarmede ver der exerceren. Daarbij vraagt men zich af of het in de toekomst al dan niet nodig zou zijn, dat de externe ad viseurs ook aan het leveren van de visie medewerken. Tot nu toe zeggen wij nee, aldus spreekster, en ik dacht dat het ook nee zou kunnen blijven. Voordatje een structuurschets helemaal afmaakt, is het zeer zinnig dat je weet wat er concreet in de praktijk mee kan worden gedaan. De opzet van het Samenwerkingsorgaan Eem land is op het ogenblik zo, dat het nogal een vrijblij vende zaak is in de gemeenschappelijke regeling. Men is op het ogenblik bezig om de gemeenschappelijke re geling wat vaster te maken. Want wanneer de structuur schets van Eemland er is, dan zouden de gemeentelijke bestemmingsplannen eigenlijk daaraan aangepast moeten worden, maar volgens de bestaande gemeenschappelijke regeling hoeft dat niet. Daarom zou men er liever eerst naar toe werken, dat de gemeenschappelijke regeling een beetje harder wordt gemaakt voordat de structuur schets, de visie voor de toekomst wordt afgemaakt. De inventarisatie moet echter wel worden afgemaakt, want anders krijgt men voor het ene stuk gegevens van dit jaar en voor het andere stuk gegevens van een vol gend jaar. Wanneer men gegevens heeft, dan kan men ze met een zekere interpretatie enz. ook wel op de toe komst projecteren. Dat is de achtergrond van het feit dat men toch wel erg graag de hoofdstukken II en III wil afmaken. 144 145 146 Het voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aan genomen. De heer Levinga verkrijgt op zijn verzoek aantekening indé nptülen,'dat hij zich'mpt de. gen Onrein beglissiüg niet heeft verenigd. Voorstel tot het vaststellen van een voorbereidingsbe- sluit als bedoeld in artikel 21 van de Wet op de Ruimte lijke Ordening. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet ten behoeve van de inrichting van de brandweerkazerne te Soesterberg. Deze beide voorstellen worden achtereenvolgens zonder discussie en zonder hoofdelijke stemming aangenomen. Voorstel van de Commissie voor de Beroepschriften tot het nemen van een beslissing op een door de heer A.B. Grift ingesteld beroep tegen de weigering van een bouwvergunning. Mevrouw K.ORTHUIS-ELION zegt dat zij, met alle res pect voor het vele werk dat de commissie voor de be roepschriften de laatste tijd heeft gedaan gezien het grote aantal adviezen van de commissie dat in deze raadsvergadering aan de orde komt, er toch met grote klem op wil wijzen dat men met het onderhavige ad vies van de commissie en als de commissie op deze ma nier zou doorgaan, een foute richting in gaat, een rich ting die haar veel zorgen geeft. Los van de kwestie of men al dan niet vindt dat een be paalde bouw tot stand mag worden gebracht, moet worden gesteld dat een vergunning altijd moet voldoen aan het recht. In de opdracht die de commissie heeft gekregen bij haar instelling, staat dat ze kan nagaan of een beslissing onrechtmatig is geweest. Als dat het geval is, kan ze de beslissing vernietigen en een ander advies geven. Maar ze kan ook uit beleidsoogpunt een andere interpretatie van het recht geven. In de opdracht staat echter ook uitdrukkelijk, dat ze de andere beleidsbe slissing dan die welke het college gegeven heeft, alleen geeft voor zover het voeren van het beleid dat ze voor stelt, binnen het wettelijke kader blijft. Het advies dat de commissie nu geeft, past niet binnen het wettelijke kader. Integendeel. De commissie zegt: Er is voor zover wij kunnen beoordelen met het weigeren van de vergun ning geen openbaar of particulier belang gediend, dus is het onrechtvaardig, dus laten we de rechtsregel ter zijde. Hoewel het stellig niet zo door de commissie zal zijn be doeld, komt het spreekster voor dat men hier gewoon met een begin van een ondermijning van de rechtsstaat te maken heeft. Je hebt regels in deze staat en daardoor weet iedereen precies waaraan hij toe is. Dat kan voor de een wel eens wat minder prettig zijn dan voor de an der. Als je met velen op een bepaald stuk grond leeft, kan het belang van de een in strijd zijn met het belang van de ander. Dan bepaalt de rechtsregel het meest rechtvaardige tussen die belangen. Het kan zijn datje op een bepaald ogenblik zegt: Deze regel is pertinent Onrecht. Maar in een rechtsstaat kun je dan die regel niet opzij zetten. Dan ga je hem vervangen door een an dere regel. Want je moet volgens het recht handelen. In het onderhavige geval is de commissie voor de beroep schriften duidelijk van oordeel, dat de heer A.B. Grift het door hem gewenste gebouw moet hebben. Dan moet ze niet het recht opzij zetten. Ze moet dan zeggen dat er een nieuw klein bestemmingsplannetje of een aan passing van het bestaande bestemmingsplan moet ko men; van een dergelijke gang van zaken zijn er verschil lende voorbeelden te noemen. Of er zou moeten wor- 95

Historische kranten - Archief Eemland

Notulen Raad Soest | 1973 | | pagina 96